Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 189
faculteitsbestuur Met de hand aan de geldkraan stelde hij geleidelijk aan en, zo
ervoeren velen dat althans, met zonder aanzien des persoons, het wetenschappe-
lijk personeel en de vakgroepen m toenemende mate onder vormen van curatele.
Met de op deze wijze de facto verschuivende machtsverhoudingen tussen faculteits-
bestuur en secretaris-beheerder begonnen er zich echter spanningen op te bouwen.
Binnen de faculteit kon niet anders geconstateerd worden dan dat de beheerder m
toenemende mate het facultaire reilen en zeilen bepaalde". Met name bij het
wetenschappelijk personeel en bij de vakgroepen ontstond daarbij m de loop der
jaren steeds sterker het gevoel dat er aan de zijde van de beheerder van willekeur
en van een prive-agenda sprake was. In het najaar van 1990 kwam het tot een uit-
barsting (zie de paragraaf "Het onderwijs- de eerste fase opleiding" in dit hoofd-
stuk). Het feit dat een en ander met een sisser afliep neemt met weg dat ook de
verhouding tussen beheerder en faculteitsbestuur, waarbij de sterke indruk kon
ontstaan dat aan de zijde van de eerste machtsuitoefening met langer een middel
maar een doel geworden was, meer en meer onder spanning kwam te staan. In
een laat stadium (1999) zou dat uiteindelijk resulteren m een definitieve breuk
(hoofdstuk 5).
Intussen mocht door de jaren heen de kruistocht van Renkema tegen individualisti-
sche wetenschappers juist bij het met-wetenschappehjk personeel op een zekere
sympathie rekenen Binnen de VSF/FdA was er, zoals eerder beschreven, voor
gekozen het met-wetenschappelijk personeel integraal onder te brengen m zelf- is?
standige servicegroepen die rechtstreeks onder de beheerder ressorteerden.
Daarvoor waren, ook daarop is eerder ingegaan, goede redenen geweest (hoofd-
stuk 2) De gekozen organisatievorm bracht echter risico's met zich mee. Er kon
met name bij het technisch en analytisch personeel dat, in tegenstelling tot de
situatie bij veel zuster-(sub)faculteiten, met direct aan de vakgroepen verbonden
was, de neiging ontstaan om zich allereerst te identificeren met het eigen
expertisegebied en met de (sub)facultaire beheersorganisatie Het feit dat, onder
eindverantwoordelijkheid van de beheerder, de taak van de technisch/analytische
afdelingen primair gelegen was in het, naar vermogen en uiteraard in goed over-
leg, leveren van die diensten die het wetenschappelijk bedrijf ten behoeve van de
uitvoering van de facultaire onderwijs- en onderzoekstaak van hen vroeg kwam
daarbij wel eens op de achtergrond te staan De observatie van Otto dat de afstem-
ming van programma's met de technische afdelingen onvoldoende is, kan in de
eerste plaats worden opgevat als een indicatie van de zijde van de technische afde-
lingen dat er van goed overleg onvoldoende sprake was. Op het niveau van de vak-
groepen wordt de situatie veelal anders beleefd Daar leeft het gevoel dat, onder
aanvoering van de beheerder, de technische en analytische afdelingen zich dreigen
te ontwikkelen tot een staat binnen de staat. In 1996 stelt de onderzoeksvisitatie-
commissie "A number of programme directors reported to the Committee that the
Faculty contains a large contingent of technical staff which is not under control of
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's