GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 231

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 231

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

4 A. Troost: ethicus met een beperkte visie op ethiek 227

Inmiddels was T r o o s t in het najaar van 1946 predikant geworden van de Gerefor-

meerde Kerk (vrijgemaakt) in Vleuten-De Meern. D e keus voor de vrijmaking, die

hij in 1945 uit volle overtuiging had gemaakt, zou hem spoedig berouwen. D e ont-

wikkelingen in de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt), kort getypeerd als ' d o o r -

gaande reformatie', met de oprichting van het Gereformeerd Politiek Verbond, vrij-

gemaakt-gereformeerde scholen en andere organisaties van vrijgemaakte signatuur,

stonden hem tegen; hij had er principiële bezwaren tegen. In 1951 gingen Troost en

de overgrote meerderheid van de vrijgemaakte kerk van Vleuten-De Meern terug

naar de Gereformeerde Kerken. In hetzelfde jaar verliet hij het Utrechtse en werd

predikant in het Friese Beetgum, vervolgens in het Veluwse d o r p Kootwijk en daar-

na studentenpredikant in Rotterdam.*''

O n d a n k s het tijdrovende beroep van predikant, wist Troost zijn agenda goed te

beheren en tijd te reserveren voor zijn promotiestudie. In Kootwijk vond hij de

tijd en de rust die hij nodig had o m zijn proefschrift te voltooien, en in het voorjaar

van 1958 promoveerde hij in de theologische faculteit van de Vrije Universiteit met

prof.dr. R. Schippers als p r o m o t o r . Zijn proefschrift, getiteld Casuïstiek en situatie-

ethiek. Een methodologische terreinverkenning, was een resultaat van calvinistisch-

filosofische reflectie op de ethiek. Over zijn filosofische oriëntatie (beter: overtui-

ging) was hij duidelijk. In het ' W o o r d vooraf' van zijn proefschrift merkte hij op dat

Dooyeweerd en VoUenhoven diepgaand aan zijn wetenschappelijke vorming had-

den bijgedragen. N o g duidelijker was zijn opmerking over de in zijn proefschrift te

bespreken wijsgerige problemen 'die wij dan bezien in het licht van de door ons aan-

gehangen "wijsbegeerte der wetsidee"'.**

Het eerste onderwerp dat Troost in zijn proefschrift besprak was de casuïstiek: een

methode om een algemene morele norm toe te passen op een concreet geval. Deze

methode berust op het feit dat er veel gelijksoortige en overeenkomstige situaties be-

staan. In het toepassen van een algemene morele norm zijn dus allerlei variaties mo-

gelijk, en logisch-deductieve redeneringen komen in de beoefening van de casuïstiek

dan ook veel voor, zowel in de katholieke moraaltheologie als in de calvinistische en

neocalvinistische ethiek. De casuïstiek was al eeuwenlang door theologen en filoso-

fen bekritiseerd en één van de steeds terugkerende bezwaren was, dat haar methode

de integrale eenheid van het christelijk ethos van de liefde versplinterde in een groot

aantal motieven, argumenten, voorschriften en regels.

Vervolgens onderkende Troost dat vooral in de twintigste eeuw veel critici van de

casuïstiek kwamen tot een situatie-ethiek. Zij verdedigden dat elke situatie onher-

haalbaar en dus uniek is. Als zodanig kwamen zij tot een verabsolutering van de situ-

atie, verwierpen algemene normen, ook van goddelijke geboden, en besteedden zij

vooral aandacht aan persoonlijke waarden. Mede onder invloed van het existentialis-

me hechtten zij veel waarde aan de mens en zijn vrijheid. Wat anderen normen en ge-

boden noemden, interpreteerden zij hoogstens als mogelijke indicatieven die mensen

een oriëntatie geven voor hun handelen in concrete situaties. Troost nam deze sub-

jectieve situatie-ethiek op grond van zijn eigen opvattingen kritisch onder de loep.

In het laatste hoofdstuk van zijn proefschrift ontvouwde hij zijn eigen opvattingen

over de ethiek als een zelfstandige vakwetenschap. Hij markeerde zijn eigen opvat-

87 Biografische informatie verkregen in een gesprek met Troost (Meerkerk, 9 juli 2007). Zie ook archief Troost.

88 Troost, Casuïstiek^ p. 27.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 231

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's