GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 76

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 76

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

7^ II Nieuwe filosofische uitdagingen (11)18-1^40)

Hoe langer de oorlog duurde, des te meer maakte het enthousiasme van de bevol-

king in veel landen plaats voor berusting, later voor wanhoop en twijfel aan iedere

motivering om de oorlog voort te zetten. Een zinloze oorlog die eindigde met de

vernederende capitulatie van Duitsland. De vredesbesprekingen in 1918 resulteer-

den niet in stabiele verhoudingen in Europa, maar liepen uit op een wraakgericht.

Met de daaropvolgende economische crises en de latente en spoedig manifest wor-

dende wraakgevoelens in Duitsland bleef een crisissfeer bestaan.^

Eerder dan gespecialiseerde vakwetenschappers en politici hadden kunstenaars en

literatoren, die de verandering van tijden vaak beter aanvoelen, het crisisgevoel van

velen tot uitdrukking gebracht. Ook verscheidene filosofen maakten zich - op ver-

schillende manieren - tot tolken van hun tijd.

Rickert en Windelband, representanten van de neokantiaanse Badense School,

verdedigden dat - naast de natuurwetenschappen en hun methoden van onder-

zoek - de geesteswetenschappen hun eigen methoden van onderzoek hadden. De

geesteswetenschappen stelden de cultuur als probleem aan de orde, alsmede een

beoordeling ervan. In diezelfde tijd kwam Husserl met zijn transcendentale feno-

menologie, waarin hij de zelfstandigheid van het object van zowel de natuur- als

de geesteswetenschappen bekritiseerde. Niet dat hij de resultaten van deze weten-

schappen betwistte, noch afbreuk deed aan de eisen van 'strenge wetenschap', maar

hij realiseerde zich dat in Europa de wetenschappen hun missie hadden verloren.

Zijn fenomenologie had als diepste motief om op grond van verantwoord redelijk

handelen een 'wahrhaft befriedigendes Leben, ein individuelles und soziales Leben

aus praktische Vernunft zu ermöglichen'.' Marxistische theorieën met een mate-

rialistische maatschappijanalyse, die niet alleen in filosofische studies maar ook in

de arbeidersbeweging en politieke partijen tot uitdrukking kwamen, vormden een

uitdaging. Een variant van deze stroming, het leninistisch marxisme, manifesteerde

zich na de Russische revolutie van 1917-1918 vooral in de vorm van de communis-

tische Sovjet-Unie en werd niet beschouwd als een filosofische uitdaging, maar als

een politiek gevaar. Veel wetenschappers toonden belangstelling voor het vitalisme,

onder andere de levensfilosofie van Bergson waarin een primaat werd toegekend aan

het élan vital boven materie en verstand.

Kantianisme, fenomenologie, marxisme en vitalisme kregen forse kritiek te ver-

duren van de Wiener Kreis van M. Schlick cum suis Aanhangers van deze kring ver-

dedigden op neopositivistische wijze dat wetenschappelijke uitspraken moesten

worden getoetst op hun verifieerbaarheid en logische consistentie. Uitspraken om-

trent zingeving van leven, samenleven en cultuur werden gediskwalificeerd als me-

tafysisch en derhalve als speculatief. De opkomende existentiefilosofie (Heidegger,

Jaspers, Sartre) opponeerde tegen zowel deze neopositivistische als andere filosofi-

1*1 sche benaderingen en vroeg aandacht voor de concrete mens en zijn vrijheid als een

voortdurend transcenderen uit de facticiteit van zijn bestaan. Ook de Frankfurter

Schule speelde in de jaren dertig onder leiding van M. Horkheimer een oppositio-

nele rol. Alle filosofische theorieën en vakwetenschappen werden gediskwalificeerd

als burgerlijk en onkritisch, omdat zij de maatschappelijke, economische en poli-

2 Zie Bouman, Van renaissance tot wereldoorlog, pp. 259-260. Voor de geschiedbeleving van velen in die oor-

logstijd, zie Bouman, Een handvol mensen, pp. 71-111.

3 Husserl, Formale und transiendentale Logik, 'Einleitung' (1929), p. 5.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 76

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's