Studentenalmanak 1909 - pagina 152
146
Daar lag hij op zijn matras te slapen, met zijn gezicht naar
mij toegewend. Ik staarde naar die bleeke gelaatstrekken,
en opnieuw laaide mijn haat fel op. Ik sloop naar hem
toe, o zoo voorzichtig, om hem niet te wekken.
Toen ik vlak bij hem was, trok ik mijn mes. Ik zette
mijn knie op zijn borst en hield zijn mond vast, opdat hij
piet zou kunnen schreeuwen. Toch uitte hij even een k r e e t ;
maar dit bracht mij niet van mijn voornemen af, hoewel
hij zich krachtig verweerde. Ik voelde een reuzenkracht in
mij, en de angst die uit zijn oogen sprak vervulde mij met
genot. Ik stak mijn mes in zijn schedel en woelde er mee
in zijn weeke hersenen. En zie, daarin zag ik het geschre-
ven, met bloedige letters: Giftmenger. Zoo duidelijk moge-
lijk zag ik het daar staan, rood op wit. Want al mijn
zinnen waren gescherpt door dien éénen, grooten haat, die
mij gansch vervulde.
Toen zag ik ze aankomen in de verte, de drie gedaanten,
als lichten die heen en weer dansten. Ik kan onmogelijk
den vreeselijken angst beschrijven, dien ik toen ondervond.
Ik zag weer dat zij het op mij gemunt hadden. Zij grepen
mij aan, en sleurden mij mee, steeds verder en verder, tot
in de eeuwige verdoemenis.
MYRTILLUS.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909
Studentenalmanak | 184 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909
Studentenalmanak | 184 Pagina's