Studentenalmanak 1914 - pagina 162
152 FARRAQO
Gij wilt met mij in stille devotie der ziel een oogenblik
denken over het schoone leven of het leven in schoonheid.
Niet elk oogenblik uit dat leven in schoonheid kan ik u
opnoemen. Ieder heeft zijn eigen oogenblikken die hij niemand
zeggen kan, die een diep geheim zijn tüsschen hem en zijn ziel
alleen en waarvan slechts de stilte fluisteren kan: „het was tè
schoon". Elke ziel heeft haar geheim, elk leven zijn mysterie.
Die oogenblikken — zij moeten ongezien blijven als de ziel zelve
die ze smaakt, gestreeld en gekust door den adem van 't geheim.
Maar dan is er ook een leven waarin wij spreken durven,
waar wij uitzingen onze vreugd, waar wij blijde blikken zenden
en schoone gedachten droomen, waarin de directe glans der
schoonheid ons niet verblindt maar middel is om tot haar te ge-
raken. — Ik wilde wel met u gaan naar dat land; o dat Jeruzalem
moet wèl gebouwd zijn! Maar — uit de verre regionen hoor ik
stemmen van de weinigen die gekund hebben en die zeggen:
„De weg is moeizaam; het gaan in schoonheid is een smartegang
en slecht door smart zal de schoonheidsvreugde uw beminde,
uw bruid worden. Het is de weg van God tot zijn schepping en die
weg is heilig. Durft gij wel ? Bezie uw schoeisel of zij niet rood
zijn van broederbloed; keur het kleed van uw liefde of het niet
zengen zal en gij naakt zult staan".
Ja, de weg der schoonheid is zwaar. Omdat haar rijk niet
is van deze aarde; omdat haar woning niet rust tüsschen de
vele levens van de lotusbloem; omdat haar sfeer een geheel andere,
onbereikbare is; omdat haar natuur is als het opaal aan den
duivenwiek, bevend en huiverend.
Veel loutering en stille verbeiding zal de ziel behoeven om
Haar in zich te ontvangen. Lang zullen de dagen en nachten zijn,
langer dan ik zeggen kan. Maar — zijn wij eens bereid, is een-
maal het leven conform aan wat de schoonheid ons brengen zal —
o, waar dan bruine beuken weenen, waar rose bloesem beeft
aan den tak, waar dag den nacht in schemergrauw ontmoet, waar
wolle wolkjes drijven langs den hemel, waar vormen zijn met
doorlichtende gedachten, waar ziel de vensters opent voor het
komend licht, waar tranen zijn, gevaren en — waar is Liefde,
daar is schoonheid, overvloedig als regen, uitgestort voor u,
voor u, begenadigd kind.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914
Studentenalmanak | 236 Pagina's