GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1928 - pagina 181

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1928 - pagina 181

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZWERVER 171

omheen aan de eene kant een eikenhout gelijste koningin

met prinses, aan de andere een ebbenzwart-gerand familie-

portret, zitten vader en zoon genoeglijk tegenover elkaar

aan de met vuil vaatwerk beladen tafel te mediteeren.

Terwijl Jans, de huishoudster, met 'n azijnsflesch op weg

is naar „Juut op het huukske" om 'n paar ,,warme pintjes",

zit Koelewijn, behaag'lijk blauwe rookkringels voor zich

tiitblazend, er over te denken, dat hij toch nog „meraokels

veul met 't jonk ophèt, al hèt ie nooit veul plezier van 'm

beleefd", en Tijmen zit al maar te grinneken en te hik-

lachen, — hij weet niet waarom —, „mar secuur is die

ouwe van 'm toch lebendig goed veur 'm, en aordig ok, um

nou subiet 'n flinke burrel te laot'n haol'n!"

Het blauw-gele petroleumlicht speelt, vanonder den

groenen kap vandaan een wonderlijk kleurenspel met zijn

gebronsden ouden zeemanskop, als Koelewijn met levendig

gebaar en nadrukkelijk hoofdbeweeg zijn zoon weer op de

hoogte helpt van 't gebeuren in 't afgeloopen jaar: dat

Jannes-oom weer is gaan trouwen, dat Jochems een vracht-

auto aangeschaft heeft om met visoh naar Baam en Hilver-

sum te rijden, dat de dominé twee beroepen gehad, en de

buurvrouw 't achtste kind gekregen heeft, dat de „Hoop

van Spakenburg" heel nieuw tuig krijgt, dat er electrisch

licht komen zal, en dat „Steven van rooie Derk" gisteren

ƒ 22 per tal op de veiling kreeg voor de poonen,

,,En hebbe jullie ok zoo'n noodweer gehad, eergiestere

veur 'n week?

Ik zag Densdagsaovcs den zwarten bal al uuthangen,

maor ik zeg tegen Hent, zooveul as me maot, 'k zeg Hent,

zeg ik, as we nou murrege niet als te laot op huus ansture,

dan kan 't nog gien kwaod, zeg ik.

En 'k zag 't al ankomme, Woensdagmiddag, van die

dikke venijnige kwamme d'r andrieve, da 'k me deksels

haostte; mar net da 'k den haove inzwaoide zeit Hent, ok

net zoo, „baos daor hei 'm", zeit ie, en mèt dat ie 't zeit

daor sleet me de bezaon los, dexur zoo'n rukwind, en krek

d'r op, een slag, a'k zelden nog gebeurd hè!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928

Studentenalmanak | 238 Pagina's

Studentenalmanak 1928 - pagina 181

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1928

Studentenalmanak | 238 Pagina's