GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 99

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 99

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

mjKSSUBSIDlE

Valkenswaard: Ik heb geprobeerd er van te maken wat ik kon. Niemand die naar mijn mening voor een bijdrage aan de V,U. in aanmerking kwam, is overgeslagen. H e t voorlopig resultaat is ongeveer ƒ 1.— per ziel. I k ben dankbaar en enthousiast en verwacht meer. E r is dank in ons h a r t jegens God, die de harten zo neigde om een dreigend gevaar voor ons kostelijk bezit, de V.U. af te wenden. Een slotopmerking (ook citaat): Een heerlijke spannende tijd ligt achter ons. Het was mooi werk, het voorbereidende werk. De spanning werd steeds groter, naarmate 20 October naderde. Deze is nu, plaatselijk voorbij. De uitslag is verbijsterend, om klein onder te worden. Doch aUe spanning is nog niet geweken. De landelijke uitslag is nog niet bekend. I k hoop ook dat die uitslag even verbijsterend mag zijn als hier en dat aan het einde van alle actie betuigd kan worden: Niet ons, o Here, niet ons, maar Uwen Naam geef ere. '

Naar aanleiding van het artikel in ons blad voor September/October ontvingen we een brief van een lezer over het subsidie-vraagstuk. We zijn dankbaar ook voor deze reactie. De schrijver hoopt dat de V.U. niet tot het aanvaarden van subsiside zal overgaan en zegt o.a.: 'Liever eeö gebrekkige inrichting, waar met liefde door professoren en studenten gewerkt wordt, waarvoor gebeden, gestreden, en geofferd wordt, dan een inrichting optima forma met Overheidssteun, waardoor toch een deel der zelfstandigheid wordt prijs gegeven'. . Aan den inhoud van den brief zal uiteraard de nodige aandacht worden geschonken. Hier zij voorlopig alleen herhaald, dat Directeuren van oordeel zijn, dat een subsidie voor de V.U. principieel niet behoeft t e worden afgewezen en als rechtmatig kan worden aanvaard, wanneer, vaststaat, dat de geestelijke vrijheid volstrekt onaangetast blijft.

siteit en het uitbreken v a n de doleantie? H e t is , haast niet te geloven. , ' Heeft hij er nooit van gehoord, dat de hoogleraren van de V.U. niet allen kerkelijk-Gereformeerden zijn, doch dat, om alleen dit maar te noemen, ook twee Hervormde hoogleraren aan haar verbonden zijn? Zou hij niet weten, dat j a a r op j a a r eèn vrij groot aantal 'jonge leden van de Hervormde Kerk zich aan de Vrije Universiteit laat inschrijven en daar opgeleid wordt? I n de cursusjaren 1944/45—1947/48 zijn in totaal 1185 studenten voor de eerste maal ingeschreven. Daarvan behoorden niet minder dan 121 t o t de Hervormde Kerk. Als de schrijver over al deze dingen nog eens rustig en onbevooroordeeld wil nadenken, zal zijn verbazing over het contribueren aan de V.U. door een goed Hervormd gezin misschien overgaan in waardjering voor het feit, dat deze famUie bhjk gaf haar roeping t e verstaan door in gebed en daad mee te werken aan de instandhouding v a n de Vrije Universiteit, die, na jaren v a n geloofsstrijd, in 1880 in geloofsmoed is gesticht door grotendeels 'goed Hervormde' mannen en vrouwen. Laat de schrijver eens lezen de rede van wijlen Ds J , J . K n a p : 'Vrije Universiteit en volksleven' (1933). De citaten die hier volgen zijn daaruit genomen: ^Wat is nu de conclusie van mijn toespraak? Mij dunkt deze: wij kunnen de Vrije Universiteit niet missen; zij werkt niet in 't belang ener bepaalde

volksgroep, maar brengt door haar Calvinistische opzet een zegen aan 't gansche nationale leven, dat jammerlijk ontspoord is, omdat het de ordinantiën Gods voor eigen vondsten heeft ingeruild. Wij kunnen bij dezen staat van zaken de Calvinistische Universiteit niet missen: zij roept althans ons eigen volk terug tot Gods recht, Gods wil, Gods ordinantie, opdat wij daarvoor in gehoorzaamheid heren buigen, en ons volk tot vrede, voorspoed en welvaart kome. Ik lees in de Schrift; dat de Antichrist zeker verschijnen zal, hij werpt zijn schaduw nu reeds over ons uit. Maar ik lees ook, dat er iets is, dat hem zijn opperste openbaring lang wederhoudt. Wat of wie dit is, staat er niet bij. Maar ik spreek als mijn overtuiging uit, dat onder méér andere machten, ook de Vrije Universiteit zulk een ^weerhoudende' macht is,. . . zij neemt het bij den toenemenden afval" op voor den Heere, onzen God en zijn Gezalfde, — zij is een zwaar tegenwicht tegen den triomf van den Antichrist. Niet missen, — dit is negatief. Steunen, — dat is positief. Daarom, sluit ik met den oproep tot ons Christenvolk de Vrije Universiteit krachtig te steunen. Schuif onder haar het sterke draagvlak van Uw geloof en liefde, van Uw, gebed en offer.' En als gij naar de mate uwer kracht uw schouders zet onder dit Instituut, dan dient gij Gods zaak: gij laat uw stem dan invloeien in de spraak, die van deze Hogeschool uitgaat: ^Want uit Hem, en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.'' 1847

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1947 - pagina 99

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1947

VU-Blad | 105 Pagina's