Vrije Universiteitsblad 1950 - pagina 77

predikant Ds A. Schippers en werd op 9 Februari 1907 te Maasdijk geboren. Reeds op 21-jarigen leeftijd werd hij predikant bij de Gereformeerde Kerk te Drachtstercompagnie en diende daarna de Gereformeerde Kerken van Wanswerd, Rotterdam en Amsterdam-Watergraafsmeer. In 1938 promoveerde Dr Schippers, toen nog predikant te Wanswerd, cum laude op een proefschrift 'Getuigen van Jezus Christus in het Nieuwe Testament'. Sindsdien heeft hij nog verschillende artikelen gepubliceerd, waarvan we noemen: Het recht van den oorlog (uitvoerige artikelenreeks). Vreest God, eert den Koning, Romeinen 13 naast Openbaring 13, De brief aan de Romeinen (De Bijbel toegelicht voor het Ned. volk), De dienst des Woords (in: Van den Dienst des Woords pag. 1—53),Het ethisch aspect van het vraagstuk der atoomenergie (1947), Christus en zijn tijdgenoten (in: Christus de Heiland, 1948), De grote stad en het massa-probleem (1948), Dagfinale, October; over vragen van cultuur en ontspanning (1949). Voorts is Dr Schippers redacteur van 'Bezinning' en medewerker aan den nieuwen druk van de Winkler-Prins-Encyclopaedie, waarin hij onder andere schreef over het Calvinisme. Prof, Schippers z°al, zo de Heere wil, met ingang van den nieuwen cursus zijn ambt aanvaarden en onderwijs geven in de ethiek en de encyclopaedic. Het onderwijs in de dogmatiek komt nu geheel aan Prof. Berkouwer. Dr J. Lever is op 20 Juli 1922 te Groningen geboren. In 1939 legde hij eindexamen af aan de R.H.B.S.

Prof Dr H Sauppers Dr J. Lever te Den Helder, waarna hij biologie ging studeren aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Enigen tijd geleden promoveerde hij aan dezelfde Universiteit tot doctor in de Wis- en Natuurkunde op een proefschrift, getiteld 'Onderzoekingen betreffende de schildklierstructuur'. Hierbij ^verd hem het praedicaat 'cum laude' toegekend. Van 1941—1943 was Dr Lever assistent aan het Zoölogisch Laboratorium te Utrecht. Van 1943— 1946 was hij als bioloog in dienst van de Werkgemeenschap voor Endocrinologie te Utrecht, terwijl hij van 1946—1950 als bioloog werkzaam was voor de Landbouworganisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek te 's-Gravenhage, waarnaast hij als assistent in dienst van het Zoölogisch Laboratorium te Utrecht bleef. In 1950 werd hij tot hoofdassistent aan laatstgenoemd laboratorium benoemd. Van de hand van Dr Lever verschenen reeds onderscheidene publicaties van vakwetenschappelijken en meer wijsgerigen aard. Ook de nieuw benoemde lector hoopt zijn functie met ingang van den cursus 1950—1951 te aanvaarden.

\ daartoe was begonnen. Thans werden ineens drie mannen als hoogleraar benoemd, van wie door bevoegde personen getuigd kon worden, dat zij uiterst bekwaam zijn. Wij kunnen niet anders zeggen, dan dat God ons gezegend heeft. Hij heeft in dit alles ons zeer verrast. Het is als een wonder in onze ogen. Onze Universiteit moge het zo blijven zien. Allen, die aan haar arbeiden en met haar medeleven, mogen hun verantwoordelijke roeping verstaan tegenover dit nieuwe pand van Goddelijken zegeq, D, N.

Niet dit i» de vraag of ons volk de offers, die voor Vrije Universiteit nog nodig blijven, zal kunnen brengen . . . . Maar deise of het betit van fen eigm Christelijke Univeniteif haar die offers tvaard gijn.

2123

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen