GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1950 - pagina 107

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1950 - pagina 107

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

in de bezettingstijd voortdurend had ingenomen. Zo konden na de l)evrljding ook wij weder voortgaan. De actie was toen, om vier ton bij elkaar te brengen voor de bovenste verdieping van het gebouw van de Wis- en Natuurkundige faculteit en zie, mede door den aanwas van ons spaarsterstal, hadden onze vrouwen, door de macht van dit kleine, eind 1949 de vier ton l)ij elkaar. En toen kregen we, na achttien jaren gelovig wachten en doorsparen, het bericht van H. H. Directeuren dat de Medische faculteit nu in het zicht is; over de brug van de Wis- en Nat. faculteit is de Medische faculteit nu' bereikt. De V.U. kan nu de Medische studenten brengen tot hun candidaatsexamen. De Here heeft grote dingen gedaan! Nu zijn wij verblijd! De Medische facvilteit — wat houdt dit in! — Wij hebben onze Christelijke ziekenhuizen. Van hoe groot belang is het dat onze zieken worden verpleegd in een christelijke omgeving; dat zij vertroost en opgebeurd worden door een zuster, die met hen dezelfde Jezus belijdt als Zaligmaker van de zonden. O, wij beseffen te weinig de waarde van een Christelijke verpleging. Welk een mooie arbeid voor onze jonge meisjes; Wij kunnen niet genoeg dankbaar zijn aan iien die haar leven aan die taak hebben gewijd; vaak, vooral vroeger, tegen geringe beloning. Van dit laatste getuigt ook de actie 'Verlicht de last', welke bedoelt om hulp te bieden aan zovele oud-verplegenden, die in moeilijke financiële omstandigheden verkeren. Let daar eens op, er zou onder die oud-verpleegsters wellicht ook een kunnen schuilen, die eens U of een uwer nabestaanden op het ziekbed tot een zegen is geweest. Chr. ziekenhuizen zijn er te weinig in ons land. Voor de verpleging van krankzinnigen heeft Veldwijk zijn stichtingen over het gehele land verspreid, maar voor de verpleging van onze gewone zieken zijn wij nog lang niet zover. In verschillende provincies wordt een Christelijk ziekenhuis gemist en is men aangewezen op een.Rooms-Katholieke of neutrale inrichting. Nu houdt oprichting van een medische faculteit niet in, dat er Christelijke ziekenhuizen worden opgericht, maar het een houdt wel met het ander verband. Zowel in de riiedische wetenschap als in de toepassing daarvan, o.a. ook in de verpleging, is het van groot belang welk beginsel ons drijft en nu dient de Med. faculteit juist daartoe om onze jonge mensen naar de beginselen van Gods Woord de Medische Wetenschap te doen beoefenen en straks als arts in toepassing te brengen. Wij vrouwen letten altijd meer op het practische en vraagt ge mij wat de Med. faculteit inhoudt, dan zou ik zeggen: dat wij in Gods gunst steeds meer Christenartsen krijgen. Ik ken een Christenarts, hij woonde in het zuiden van ons land; hij werd geroepen in een gezin waar de

vader plots ziek geworden was. Hij kwam, vond de toestand heel ernstig, ja hopeloos. Hij vertelde dit aan moeder de vrouw en vroeg aan haar of hij haar man hiervan in kennis zou stellen; de vrouw vond dit het beste; de dokter bereidde toen de man voor op z'n dood, wat toch niet lang meer kon duren en toen, toen nam de dokter de hand van de patiënt in zijn hand en hebben ze samen gebeden. Doch voor deze Med. faculteit moeten Directeuren per jaar 3 ton inkomsten hebben, dan krijgen zij 17 ton van het Rijk erbij! Dus wij moeten als het ware 'een spiering uitwerpen om een karper te vangen'. Wij mogen Directeuren nu niet in de kou laten staan. Dit alles nu te bereiken ligt, menselijkerwijze gesproken, eigenlijk 'geheel in Uw aller handen'. Wij gaan er nu allen weer op uit om spaarsters te winnen; 't is voor Gods zaak en dan is ons allen immers geen moeite te groot maar ook ging ding te gering. Zo ging ik ook zelf weer op pad in niijn blok in da .lordaan, waar ik reeds 18 jaar in ditzelfde blok werk. Ik was op de Rozengracht bij het Rozenhofje, daar kwam ik een juffrouw spaarster tegen en dan is het al gauw: 'alles goed'? 'Ja Mevrouw, met mij wel, maar juffrouw N.N. op het Hof is heel ernstig ziek, zal het niet lang^meer maken', 'Wel', zei ik, 'ik kom straks even naar haar kijken'. Op het hofje zelf behoefde ik voor de vernieuwde actie niet te zijn, omdat ze allen trouw jneedoen. Ik ging later even naar die juffrouw; ze wonen daar ieder op een aardig kamertje, alles 'kraakzindelijk'. De deur stond aan en zo stond ik dan al gauw zonder veel commentaar naast de juffrouw haar bed. Ze herkende me al gauw; met de conversatie gaat het gewoonlijk niet zo %'lot, omreden ze erg doof is. Ze vertelde me: haar hart was ten end, ze lag nu voor de hemelpoort. Heel langzaam en duidelijk sprekend zei ik haar, als ze zich nu maar veilig in Jezus armen mocht voelen, dan is het genoeg. Zij hoorde dit, zij geloofde dit zeker. 'Maar Mevrouw dat 'gevoel' is soms zo ver weg', en dan, ja dan zit je bij dat bed en dan vlucht je ziel ineens tot den Here en smeek je; 'och Hei-e Jezus laat dit Uw kind Uwe nabijheid ge-. voelen'. Na een klein kwartiertje bij haar gezeten te hebben ging ik weer op stap, en ineens stopte ze me een gulden in m'n hand en zei 'Dit is voor de V.U. Mevrouw, want als U in September komt lichten, zou ik er wel niet meer kunnen zijn en dan is dit er al vast maar'. Het was voor mij een diep ontroerend moment, dat de Here nu zo'n stervend vrouwtje gebruikt om ons met meer moed en liefde ons werk voor Zijn zaak. Zijne ere, hier op aarde te doen aanvatten. Ik wou zo graag dat, wanneer ik U dit vertel, ook dit gevoel bij (J allen zo mocht zijn, ze zijn er wel meer, zulke gevallen! Kort geleden waren we als Prov. ringhoofden bij mij aan huis. Een Mevrouw vertelde me, dat ze een spaarster had, die elke keer zeven a acht gtdden in 2153

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1950

VU-Blad | 131 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1950 - pagina 107

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1950

VU-Blad | 131 Pagina's