GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 396

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 396

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

magazine

geweest wanneer het VU-project, dat immers vroeg om 150 'toevoegingen' in 1973, zou zijn begeleid met enig gepast feestgedruis in de Amsterdamse advocatuur. Want al waren 150 'toevoegingen' niet zo veel op een totaal van ongeveer 7500 in 1972 in het arrondissement Amsterdam, er zou de advocatuur toch wat weinig populair, wat matig betaald werk uit handen worden genomen.

Positief

SIGMA COATINGS

Sigma Coatings BV is een bundeling van Pieter Schoen, Varossieau en Vettewini<el. Sigma Coatings heeft als werkterrein: verven, lakken en coatings voor alle toepassingen: scheepsverven, verven en lakken voor industrie en constructie, alle produkten voor huisschilder en doe-het-zelver, enz., enz. Sigma Coatings heeft 12 fabrieken in Nederland, vestigingen en verkooporganisaties over de gehele wereld met in totaal ruim 2.000 medewerkers.

Hoofdkantoor Amsterdamseweg 14, Uithoorn. Tel. 02975-72 22/32 51, telex 13142 Sigma.

32

Mr. Verburgh, die in verschillende arrondissementen lezingen hield over het project, ervoer dat buiten Amsterdam de reacties op het plan zeer positief waren, juist omdat het soelaas zou kunnen bieden in de stroom van 'toevoegingen' die werden gevoeld als belasting van het kantoor. Hij kreeg bij zulke gelegenheden reacties in de geest van: we wilden dat je hier morgen zou kunnen beginnen. In Amsterdam bleken de zaken anders te liggen. Van de ongeveer vijfhonderd advocaten die in het arrondissement hun praktijk uitoefenen, bleken er enige tientallen te zijn, die de inkomsten uit pro-deo-zaken niet konden missen. Op 13 maart werd een vergadering belegd waarbij de instituutsraad van het Instituut voor Rechtshulp van de VU, een vertegenwoordiger van het Bureau van Consultatie (een door de Amsterdamse balie benoemde commissie die het 'toevoegingen'beleid voert) en de deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten zich over het vraagstuk van de toevoegingen bogen. Van de kant van de VU werd gegarandeerd dat het project aan geen van de advocaten die min of meer afhankelijk waren van pro-deozaken, ooit een zaak zou kosten. Bovendien werd er op gewezen, dat er een kans bestond op een extra toevloed van cliënten omdat de Juridische Polikliniek in de wijken zou gaan werken, zonder financiële of psychologische barrières. Het aantal pro-deo-zaken in Amsterdam had ook zonder dat de neiging om met ongeveer tien procent per jaar toe te nemen. Wanneer de verwachte nieuwe toeloop niet zou ontstaan, dan zou door het Bureau van Consultatie periodiek worden nagegaan of de activiteiten van de polikliniek nadelige gevolgen voor de advocatuur zou hebben. Als dat het geval zou zijn, dan zou naar een andere regeling worden omgezien. Gegarandeerd werd kortom, dat het project aan geen enkele advocaat in het arrondissement schade zou berokkenen. De zaak leek hiermee in kannen en kruiken. De adjunct-secretaris van het Bureau van Consultatie zag, nadat hem de garanties waren gegeven, geen bezwaren meer. In de loop van april werd de financiële kant van de zaak voor wat de VU betrof 'rond' gemaakt. De

directeuren van de VU gingen op 29 april akkoord met de begroting, gezien ook de toezegging van het Bureau van Consultatie dat er 150 pro-deo-zaken aan de Juridische Polikliniek zouden worden toegevoegd. Een weekeind lang verkeerde men bij de Juridische Polikliniek in de veronderstelling dat het project kon doorgaan.

Niet doorgaan Men wilde zo snel mogelijk verder werken en dus werd op 1 mei opnieuw vergaderd. Niet de adjunct-secretaris van het Bureau van Consultatie, met wie tot dusver het contact gaande was geweest verscheen, maar de voorzitter van het bureau met de boodschap dat het project niet kon doorgaan. Het ministerie van justitie en de Amsterdamse balie zouden bezwaren hebben. Bij navraag bleek dat het ministerie geen bezwaren had, maar uiteraard niet wilde treden in het beleid van het Amsterdamse Bureau van Consultatie. Er werd een vergadering uitgeschreven van de Amsterdamse Orde van Advocaten voor de 28ste juni. ^ De Orde moest zich die dag uitspreken over vijf op stencil vastgelegde vraagpunten. In het laatste punt werd de vergadering gevraagd niet minder dan vier plannen voor alternatieve rechtshulp, waaronder dat van de VU te beoordelen. Een weivoorziene agenda, maar volgens mr. Rutgers was er in feite maar één zaak aan de orde: het VU-project. Een der aanwezige advocaten zei, nog voordat de vijf vraagpunten 'in bespreking waren gegeven, dat men eigenlijk alleen bij elkaar zat om over het VU-plan te praten. De spreker, oud VU-man mr. J. Oranje, vond het plan voor de Juridische Polikliniek 'een verderfelijk plan'. Als er voor dit project zou worden gestemd, dan voorzag hij dat binnen tien jaar de gehele rechtshulp aan particulieren zou zijn gesocialiseerd, dat wil zeggen: in handen zou zijn van advocaten-ambtenaren. Of mr. Oranje met die uitspraak stem gaf aan de verborgen vrees van de vergadering is nauwelijks na te gaan. Feit was, dat vraagpunt vier, het kardinale punt voor het al dan niet doorgaan van het VU-project, met 27 stemmen voor, 41 stemmen tegen en 6 onthoudingen werd weggestemd, nadat het eerst was gewijzigd in die zin, dat de algemene bewoordingen, direct werden toegespitst op de Juridische Polikliniek. Tegen de oorspronkelijke formulering werd het bezwaar ingebracht, dat men in het algemeen geen bezwaar zou kunnen hebben, maar dat men wel tegen zou kunnen zijn in het specifieke geval van de Juridische Polikliniek van de VU. Daarop werd de tekst veranderd: 'Kan ermede worden ingestemd dat, in afwijking van het nu bestaande distributiesysteem van toevoegingen in civiele zaken, aan de advocaten die (in loondienst) zijn verbonden aan de polikliniek van het VU-project, desgevraagd door het Bureau van Consultatie jaar-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 396

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's