GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 464

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 464

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

ml magazine 22 oud-bibliothecaris van de Kuyperstichting. Zo werd dezezaak in goede verhouding geregeld. Tegen samenwerking met communisten in het verzet hebben wij in deze lijn ook nooit bezwaar gemaakt Op de dag dat Duitsland in oorlog ging met Rusland schreef ik dan ook in het C.S.D. De Russen zijn nu feitelijk onze bondgenoten. Na de oorlog ontmoette ik Gerben Wagenaar en we ontdekten, dat we elkaar meermalen in verband met het verzetswerk hadden ontmoet. Ik schrijf je dit, omdat je het misschien bij je aantekeningen kunt bewaren en bij gelegenheid gebruiken, waarbij je mijn naam niet behoeft te noemen, tenzij het nodig is om trouw en waarheid te bevestigen. " Of het tot principiële discussies is gekomen in het kamp SchoorI tussen anti-revolutionairen en communisten vermeldt de geschiedenis niet (officieel giochten ze niet met elkaar spreken van de Duitsers), wel zijn er later in de illegaliteit vormen van samenwerking geweest tussen verzetsmensen uit C.P.N.- en A.R.-kring. De C.P.N, gaat er prat op, dat zij als enige partij illegaal voortbestond, van A.R.-zijde wordt betoogd dat dit van twee partijen kan worden gezegd: A.R. en C.P.N. Gereformeerden en communisten ontmoetten elkaar ook in de cel. Daar komt — soms met de dood voor ogen — een dialoog op gang.

„Ter dood veroordeeld"

Een van de „twaalf apostelen", de A.R.-journalist R. Hagoort (overleden in 1965) van het Chr. Sociaal Dagblad, herinnert zich in een brief aan een collega later over dit treffen tussen communisten en anti-revolutionairen:" „Lou de Visser was bekend als communist — stellig — maar als een rechtschapen mens, met wie men kan praten. In het kamp SchoorI, waar 30 Juni 92 A.R. werden heenvervoerd (hoe de Duitsers de partij van Colijn zagen, kan hieruit blijken, dat, naast de communisten, alleen van de A.R.-partij en van geen enkele andere de leidende figuren werden gegijzeld) troffen zij daar de communisten, zij het dat die in een andere vleugel van het kamp zaten. De A.R. werden echter „anstandig" behandeld. Hun enige taak was, naast het schoonhouden van hun eigen barak het schrappen van aardappelen voor de keuken, die hun door communisten werden gebracht. Maar hun toilettonnen werden door communisten geleegd. Eén der eerste dagen kwam De Visser met de aardappelbrengers mee. Hij wendde zich tot mr J. A. de Wilde (oud A.R. minister van Financiën) en zei: „Zeg, De Wilde, het is daaraantoe, dat wij hier gezamenlijk zitten, maar vind jij het goed, dat wij jullie st.. moeten ruimen.^' Uit heel de toon bleek, dat zij, bij alle principiële tegenstelling goede vrienden waren. De Wilde antwoordde: „Daar heb ik nog niet bij stilgestaan, maar wij zullen het direct behandelen." Die middag aan tafel werd de zaak besproken en werden vrijwilligers opgeroepen voor het ruimen van de tonnen. Van de vrijwilligers weet ik de namen niet meer. Wel weet ik, dat één ervan mr. Van Andel was.

Gerard Maas (thans C.P.N.-bestuurder) verhaalt daarvan in zijn autobiografische documentaire roman „Terdoodveroordeeld" (Pegasus, 1971). Op D-day bevinden zich in Scheveningen 21 terdoodveroordeelden, die wachtten op het moment dat het vonnis zal worden uitgevoerd. Ze worden uit hun cellen gehaald, hun boeien worden verbonden door een ketting. Zo vervoeren de Duitsers de 21 naar de bunker in Vught, waar ze moeten wachten op het moment dat het bevel komt hen dood te schieten. Ze zijn letterlijk aan elkaar gekoppeld. „Zij probeerden te slapen om zo goed mogelijk ook deze nacht door te komen. Er kwam niet veel van slapen. Zij hadden de hele dag al liggen soezen en duffen. ledere keer moest er weer een naar de WC. In het donker stommelde dan de hele troep naar het closet Zij deden het zonder morren." Na een dag of wat maken de S.S.-ers de boeien los en dan worden de 21 verspreid over cellen waar ze met drie of vier man in komen. De hoofdpersoon Anton komt terecht in een cel met drie mannen van een verzetsgroep op de Veluwe, die Joodse en andere onderduikers had geholpen. Ze hadden ook overvallen gepleegd op distributiekantoren en arbeidsbureaus. Wachtend op de dood, begint het viertal een dialoog. „Wij, dat wil zeggen, Bertus en ik, zijn hervormd," zei Groen toen het gesprek in de avond voortduurde en Evert is gereformeerd. „Ik ben communist", zei Anton daarop, „Onze levensopvattingen verschillen dus nogal." „Ik heb al met zoveel communisten gezeten," reageerde Evert daarop. „Ik geloof dat het verzet alleen bestaat uit communisten en gereformeerden." „En hervormden/' vulde Groen aan. „De communisten vechten alleen tegen de moffen omdat Hitler oorlog voert tegen Sowjet-Rusland, zei Evert als om aan te geven dat de communisten heel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 464

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's