GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1984 - pagina 456

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1984 - pagina 456

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

hoofdredactuer, pafer J. H. C. Greyghton, formuleerde het zó: ,,Het doel is een offensieve versctiansing op te werpen tegen de chaotisclie vloedgolven die de wereld dreigen op te slurpen". Aan heteindevan de jaren vijftig en het begin van de jaren zestig daalde het aantal abonnee's zo sterk dat gezocht werd naar een andere opzet van het blad. De omzetting op 14 februari 1963 in Amsterdam van de stichting 'De Linie' in de Naamloze Vennootschap 'De Linie N. V.' betekende formeel dat het katholieke weekblad De Linie voortgezet zou kunnen worden onder lekenleiding. De interim-hoofdredacteur van De Linie, pater J. Arts, vond de journalist G. J. van den Boomen, werkzaam bij De Volkskrant, bereid de hoofdredactie op zich te nemen. Van den Boomen stelde vier voorwaarden: er zou een gegarandeerde onafhankelijke redactie moeten komen, aan de 'nieuwe' Linie zou een behoorlijke termijn van 'experiment' gegund moeten worden, er zou een bekwame directeur aangetrokken dienen te worden en het blad zou een nieuwe naam krijgen. Aan alle vier deze voorwaarden kon vervolgens voldaan worden. Bij het verschijnen van het eerste nummer was de ontvangst van het blad in het algemeen lovend, al schreef Het Noorden "(—) het toch wel jammer (te vinden) dat De Nieuwe Linie het motto van de oude: 'Alles bestaat in Hem' niet heeft overgenomen." De eerste oplage bedroeg 21.000 exemplaren. Het eerste nummer verscheen op 4 mei 1963.

Fragmenten uit het vraagesprek met nisme en protestantisme. Zó zag ik dat toen. Dus: 'Was De Nieuwe Linie een Gerard van den Boomen: ,,Nee, je kunt niet zeggen dat De Nieu- 'katholiek' blad? —Niet in de strikte zin we Linie bij haar start in 1963 een van dat woord'." katholiek weekblad was. Ik heb nog een stuk gevonden — uit november Maar hoe is deze explicatie van jou te 1962 — waarin nog geen sprake is van rijmen met de gepasseerde statuten De 'Nieuwe' Linie, maar waarin ik van de Naamloze Vennootschap De schrijf dat 'dat nieuwe blad een onaf- Linie NV, waar het ging om het kathohankelijk blad moest zijn'. Eén van de lieke weekblad De Linie? kernpunten was namelijk dat het blad ,,Die statuten zijn gemaakt door het dat tóen bestond — De Linie — door de bestuur. Formeel was het — 'benauwe binding aan de Sociëteit van stuurlijk' — een katholiek blad, dat Jezus verhinderd werd om te groeien. schreef het bestuur ook. De redactie Dat stuk heette 'Journalistieke veren ik hadden er ook zeker geen benieuwingvan De Linie'—,en ik schreef zwaar tegen dat dat zo in de statuten het op verzoek van Joos Arts en de stond — omdat wij immers tóch de clubmensen die toen al meteen nieuw inhoud van die krant bepaalden. Wij blad bezig waren. Ik schrijf: '(—) De konden dus niet aangesproken worLinie is té gebonden katholiek, té ge- den op dat woord 'katholiek' weekbonden SJ. Het blad moet onafhankeblad, alsof wij daarmee onderhorig lijk worden en is een blad 'van katho- zouden zijn aan de kerk van Rome of lieke huize'. Het blad moest toen naar aan een censor. (Want dat was toen mijn idee volstrekt onafhankelijk zijn, het kenmerk van een katholiek blad: en niet gebonden aan een groep of een blad was 'katholiek' als het een bepaalde lijn in de zin van 'verbonden censor aanvaardde; zo'n persoon aan voorschriften van de katholieke hebben we dus nooit gehad noch aankerk of iets van dien aard'. vaard). Toen op een gegeven moment Er staat óók: '(—) Het blad moet in de het woord 'censor' eens viel uit de redactie met name uitbreiding zoeken mond van pater Maas SJ — toen 'Robij protestantse christenen en hartelijk me' weer eens lastig begon te worden aandacht vragen voor de humanisten —, heb ik hem direct gezegd dat dat en hun ideën en problemen. In deze niet kon. Vanaf het eerste begin is richting gaat het geestesleven en gaat door het bestuur nooit de eis gesteld ook de katholieke pers in Nederland. datereen censor moest komen". In deze ontwikkeling moet De Linie niet achteropkomen, zelfs niet gelijk Was er tussen partijen eigenlijk eenopgaan, maar voorop trekken'. Hier is stemmigheid over wat het blad nu door mij dus al duidelijk aangegeven, 'was'? dat het blad wél zeker van katholieke huize' zou zijn en zeker christelijke ,,lk heb er nooit een geheim van gemaakt wat ik onder dit blad verstond. elementen zou bevatten, maar toch Dat het wat 'links van karakter' zou zéker verbindingen zocht met humamoeten zijn —, dat werd ook geaccep-

teerd. In het eerste stuk heb ik dat al duidelijk gemaakt. Het was echter ook zeker zo dat het bestuur mentaal op een ander spoor zat dan de redactie. En dat heeft ook tot duidelijke spanningen geleid in de eerste jaren" — Maar als ik vraag: bestond er nu eenduidigheid tussen bestuuren hoofdredactie over wat het blad nu precies was? Dan moet je eigenlijk zeggen: Nee! — ,,Dat is nooit echt expliciet gemaakt, maar ik moet zeggen: 'inhoudelijk'? Achteraf 'nee'! Maar het heeft vanaf het begin niet zó duidelijk op tafel gelegen dat wij zeiden 'we willen dit niet' en dat zij zeiden 'we willen dat niet" — Maar in de lezerskring wordt toch bijna over de hele lijn gesproken over een katholiek blad? - ,,Dat klopt" - Je merkt dat aan de Ingezonden Brieven. De Nieuwe Linie ging door onder het vaandel van een katholiek blad! — ,,ledere lezer die De Nieuwe Linie een katholiek blad vond, moest dat maar vinden. Maar er waren ook lezers, schrijvers en medewerkers die dat niet vonden. Je kunt eenvoudig niet zeggen dat de redactie vanaf het begin een 'RoomsKatholiek' blad wilde maken. Ook niet een katholiek blad. Wél duidelijk een blad van 'katholieke huize' dat vanuit die achtergrond schreef. Je kuntzeggen datde levensbeschouwelijke onderwerpen die in De Nieuwe Linie aanhangig werden gemaakt, vooral georiënteerd waren op de katholieke problematiek. Die oriëntatie speelde nog tot aan de jaren zeventig, en tóen ging dat afnemen". Is die 'omslag' ook heel bewust gebeurd?

,,Het is niet zo dat we om de een of andere marketing-reden zeiden: wedoen-geen-katholiek-nieuws-meer. De katholieke gemeenschap in Nederland was in die tijd in volle ontwikkeling. (En ik kan niet verhelen dat de redactie van De Nieuwe Linie gewoon een deel uitmaakte van die katholieke gemeenschap). We gingen zelfs voorop in die ontwikkeling. Het is zeker geen bewuste policy van ons geweest alsof we op een dag zeiden: we-moeten-vanaf-morgen-of-volgend-jaareen-heel-andere-koers-gaan-varen. Dat is een langzame ontwikkeling geweest die in de aard der dingen lag". Stroming ,,lk geloof niet dat je kunt zeggen dat De Nieuwe Linie bij haar start een 'levensbeschouwelijk' karakter had. Als je daar althans onder verstaat 'een gesloten levensbeschouwing': dé communistische, dé sociaal-democratische, dé katholieke, dé reformatorische levensbeschouwing —, dat kan iknietzeggen, nee." Representeerde De Nieuwe Linie vanaf 1963 'eenstroming'? ,,Een stroming van katholieken-meteen-duidelijke-achterban, dat is nietzo geweest. Zéker, we wilden de ontwikkelingen in de katholieke kerk duidelijk volgen, zoals ook die in de Nederlandse politiek en die met betrekking tot opvattingen over sexualiteit, later ook in de wereld van de studentenbeweging. Maar je kunt niet zeggen, dat wij een bepaalde stroming vertegenwoordigden die je met een vaste nauw omschreven achterban kunt aandui-

Gerard Klaasen; "gemengde gevoelens...''

Op 23 juni 1982 verscheen het allerlaatste nummer van het opinieweekblad De Nieuwe Linie. Als voortzetting van het voormatige 'jezuietenblad' De Linie heeft het negentien jaar bestaan. Een blad, weliswaar van katholieke huize, dat echter een duidelijk'linkse'signatuur had en, in de roerige jaren zestig en daarna, onbekommerd stelling nam vanuit de filosofie dat men, in een tijdperk van snelle maatschappelijke veranderingen, een voortrekkersrol diende te vervullen; de reden waarom de oprichter van de oorspronkelijke Linie, pater J. Creyghton, het zijn 'van huis weggelopen dochter'noemóe. Het is echter de vraag of daar de enige oorzaak ligt voor de ondergang van De Nieuwe Linie al vormt 't daarin een belangrijk element. Ook het ontbreken van een trouwe 'achterban' en van voldoende financiële speelruimte hebben daarin een rol gespeeld, aldus Gerard K/aasen, journalist, KRO-medewerker en zelf oud-medewer-

370

ker van het blad, die met de geschiedschrijving van De Nieuwe Linie zijn studie in de communicatiewetenschappen aan de VU afrondt: ,,lkzouzeggen: De Nieuwe Linie is, toen het spannend werd, té ver voor de muziek uitblijven lopen waar ze nota bene zelf zo'n getalenteerde inbreng in had. Ze verdwaalde op zoek naar nieuwe harmonieën, terwijl ze in het orkestenbestand van haar eigen lezerskring en katholieke achterban nog zoveel moois en prikkelends had kunnen waarnemen. De thangels van de Basisgemeenten waren op het beslissende moment nog niet voldoende gestemd. Toen de Nieuwe Linie ten slotte moegestreden opgaf, speelden ergens in een zijstraat in een donkere kapel de zware klanken van het orgel van het Katholiek Nieuwsblad... Zoveel is echter zeker-, De Nieuwe Linie heeft 'Van de Prinsengracht'-af een niet meer uit te vlakken bijdrage geleverd aan de kritische verheffing van de Nederlandse katholiek in de jaren zestig en zeventig.

Met gemengde gevoelens kijk ik naar de pehode waarin ze haar katholieke gestalte van zich afwierp en daarmee de lezers te snel van zich vervreemdde. Maar ik ben blij dat ik iets heb kunnen meemaken van de overlevingsstrijd van hetopinieblad-in-constante-verandering, dat, ondanks dat het soms loodzware artikelen bevatte, tóch — oerrooms — de zelfspot niet uit de weggingen haar bestaan tot op de laatste pagina van het laatste nummer bleef relativeren." Op deze pagina's bij wijze van voorpublicatie, enkele fragementen uit deze studie —waaronder gedeelten uit het interview dat Klaasen had met de oud-hoofdredacteur van De Nieuwe Linie, Gerard van den Boomen — die medio november, in boekvorm zal verschijnen. Het boek wordt uitgegeven door de VU-boekhandel en S zal circa ƒ 25,- gaan kosten. D o > <

vu-Magazine 13 (1984) 10 november 1984

vu-Magazine 13 (1984) 10 november 1984

cle nieuwe linie^,

Het voormalige pand van De Nieuwe Linie aan de Prinsengracht: "kritische verheffing van de Nederlandse katholiek"

den of die op de een of andere manier georganiseerd was of 'samenschool' anders dan dat ze allen een abonnement hadden op De Nieuwe Linie. D'r is ook altijd een flink verloop geweest van abonnee's, 'komenden en gaanden'. Wij waren zelfs voor een heleboel mensen een 'doorgangshuis', van streng-katholicisme naar openkatholicisme tot 'oecumenisch christendom', en voor sommigen zelfs tot niet-christendom. Geen stroming in dié zin dus. Wij wilden een 'algemeen opnieblad voor Nederland' zijn met — in de eerste zeven, acht jaar zeker — vanuit de redactie een speciale aandacht voor ontwikkelingen in de katholieke kerk, — omdat we daar vandaan kwamen. Het was een 'blad-meteen-opinie'. Het had geen platvormgedachte, zoiets als 'in dit blad komen nu dus alle opinies van rechts tot links aanbod'."

371

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1984

VU-Magazine | 536 Pagina's

VU Magazine 1984 - pagina 456

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1984

VU-Magazine | 536 Pagina's