GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 490

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 490

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

deskundige, vaak een beroepsarcheoloog, als adviseur te hebben. Deze geeft aanwijzingen als het gaat om welke gedeelten opgegraven moeten worden, hoe vondsten behandeld kunnen worden of waar men de vakmensen kan bereiken die als enigen voor een goede conservering borg kunnen staan. Steeds meer afdelingen nemen zelf de publikatie van resultaten van de opgravingen ter hand. Daarbij maakt men soms een boek in samenwerking met plaatselijke historische verenigingen of met een gemeentearchief. Men gokt dan op de markt van belangstellende stad- en streekgenoten. Vooral als het er verzorgd uitziet kan zo'n boek een geodverkopend sinterklaasgeschenk worden. Rijk worden de afdelingen er zeker niet van. Gelden die nodig zijn voor opgravingen en voor het verenigingswerk van de AWN worden nog steeds grotendeels opgebracht door de leden zelf. Dat wil overigens niet zeggen dat men rijk moet zijn om aan de werkzaamheden van de AWN te kunnen deelnemen. De contributie is bescheiden en voorts bestaan de bijdragen voor het grootste gedeelte uit tijd en inspanning. Soms zweet, als er 's zomers gegraven moet worden en soms tranen als er 's winters gewerkt moet worden aan saaie dingen als uitzoeken van de vondsten, beschrijven, restaureren en opbergen. Gemeenten verlenen soms subsidies, maar met het teruglopen van de gelden die de lagere overheden te besteden hebben, lopen die nogal terug. Wel wordt nog regelmatig een teken van goede wil gegeven door de amateur-archeologen een werkkeet met stratenmakers of mensen van de plantsoenendienst te laten delen. Op die manier kan men dan in ieder geval het gereedschap opslaan zonder dat men er elke zaterdag mee moet sjouwen. Sponsoring weet men tot nu toe buiten de deur te houden, maar wel is het in toenemende mate de gewoonte te proberen de aandacht van de media te trekken teneinde ruchtbaarheid te geven aan het werk van de AWN. In plaatselijke kranten lukt het regelmatig een stukje te krijgen. In de landelijke pers is er sprake van een groeiende belangstelling voor archeologie, al is de aandacht van de pers wel erg toegespitst op spectaculaire vondsten. De aandacht van televisie en radio is gering. Tijdens de feestdag ter viering van het vijfendertigjarig bestaan van de AWN betreurde de voorzitter, S. Mooijman, dit. "Het is al weer veertien jaar geleden dat de cursus 'Graven naar het verleden' werd uitgezonden. Ondanks het succes van toen, is er tot nu toe geen vervolg geweest. Zou het niet weer eens tijd worden voor een dergelijke serie? Het derde net zou zich voor zoiets kunnen lenen."

E

én van de taken die leden van de AWN ook in toenemende mate op zich nemen is het verzorgen van lessen voor het lager en middelbaar onderwijs. Nu het vak

436

üe fundering van de in 1648 ingestorte toren van de Grote Kerk in Alkmaar leent zich uitstekend voor stadskernonderzoek.

geschiedenis, voorzover dat nog gegeven wordt, steeds meer wordt toegespitst op de geschiedenis van de twintigste eeuw, lijken de hunebedden en de Germanen geheel uit het collectieve geheugen van de Nederlanders te verdwijnen. "De Nederlander kijkt niet terug naar zijn verleden", zei de secretaris van de AWN, P. van der Zivaal, onlangs tegen een journalist. "Dat bettoedt ons aan de ene kant voor chauvinisme, maar de kennis van de eigen geschiedenis en het cultureel erfgoed is minimaal... Men heeft op school geen breed historisch kader meegekregen." De AWN probeert daar incidenteel iets aan te doen door schoolkinderen een enkele les te geven, een tentoonstelling in een school te organiseren of door kinderen rond te leiden op een opgraving in hun eigen stad of dorp. Tot een drastische aanwas van jeugdige leden leidt dit tot nu toe niet. Al jaren is het ledental vrij constant rond de tweeëneenhalf duizend. Veel amateur-archeologen lijken voor hun leven verknocht aan hun hobby. Van de enkele honderden leden die zich in het eerste jaar bij de AWN aanmeldden zijn tweehonderdvijftig nog steeds lid.

De AWN wil overigens wel het historisch bewustzijn van de hele bevolking verhogen, maar zou ook niet erg gelukkig zijn als er ineens tienduizenden amateur-archeologen zouden opstaan. Daarvoor is ons land veel te klein en het aantal specialisten is te gering om al te grote groepen amateurs op een verantwoorde wijze te kunnen begeleiden. Dat laatste is namelijk zeer belangrijk. Amateur-archeologen op het land hebben in tegenstelling bij voorbeeld tot hun collega's onder water - wat overigens een veel jongere tak van de archeologie is - een goede naam. Hoewel er ook veel amateurs zijn die niets leuker vinden dan het tevoorschijn toveren van een vuistbijl, een pot of de fundamenten van een gebouw. Toch zijn het geen vondstenjagers en dat heeft er mede voor gezorgd dat de amateur-archeologen bij de beroeps een reputatie hebben op te houden. Er moet trouwens bij gezegd worden dat er in Nederland ook geen vondsten van kisten met gouden munten te verwachten zijn. Amateur-archeologen zijn vaak de laatste redding van de vakarcheologen. Noodop-

VU-MAGA7INF. DECEMBER 1986 t ^

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 490

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's