VU Magazine 1986 - pagina 247

^ucheela mchainan: "Thaise economie is alhankelijk van wostitutie en ntoerisme" (Kees. C. Keuch)

Bovendien zouden de vrouwen weinig voordeel hebben van de beroepsopleidingen die de Duitse overheid ten behoeve van hen heeft opgezet. Het niveau daarvan is voor veel vrouwen te hoog gegrepen. Het afvalpercentage is dienovereenkomstig. De vrouwenorganisaties doen ten slotte een verzoek aan de Duitse regering nauwer samen te werken met Thaise en Duitse niet-gouvernementele vrouwengroepen en hen te ondersteunen in hun pogingen de opvang van de slachtoffers van prostitutie te verbeteren. Bovendien zou verdere studie de oorzaken van de immorele prostitutiepraktijken aan het licht moeten brengen. "22 februari organiseren we een seminar over ontwikkelingsbeleid en de positie van vrouwen. Het zal een soort evaluatie worden van het Vijfde Economische Plan dat in 1987 afloopt. Bovendien doen we enkele aanbevelingen voor het Zesde Plan." Aan het woord is Sucheela Tanchainan, medewerkster vrouwenstudies aan het 'Social Research Institute'. Vol trots vertelt ze over de activiteiten die de afdeling het afgelopen jaar heeft ontplooid. Intussen rukt ze energiek een aantal onderzoeksrapporten over de positie van Thaise vrouwen uit haar volgeladen boekenkast^ schenkt een echte Thaise kop zoete koffie in, probeert een paar woordjes Nederlands te praten — ze heeft ten slotte colleges gevolgd aan het Institute of Social Studies in Den Haag — maar vervolgt idan in het Engels haar verhaal: "In het Derde Economische Plan (1972-1977) schonk de overheid meer aandacht aan de positie van vrouwen. De planners onderkenden een aantal specifieke problemen van vrouwen zoals de werkgelegenheid en de gezondheidszorg. Er kwam toen een bevolkingspolitiek op gang die in de vorm van 'family planning' zijn beslag kreeg. In het Vierde Plan (1977-1982) werd verder geconstateerd dat de wettelijke arbeidsbescherming van vrouwen veel te wensen over liet. Vrouwen in de constructie maakten veel te lange dagen en verdienden ook nog eens minder dan mannen. Ook het analfabetismepercentage was bij vrouwen veel hoger. Dat is overigens nu nog zo." Mevrouw Sucheela pauzeert even, kijkt me verbaasd aan als ik mijn tweede kop koffie nog net weet te vrijwaren van een eetlepel suiker en vervolgt grinnikend haar verhaal: "Weet je met welke plannen de overheid toen kwam aanzetten? Er werden huishoudtrainingen opgezet voor plattelandsvrouwen. Jonge meisjes moesten opgeleid worden tot goede huisvrouwen. Ongelooflijk, vind je niet? Voor het Vijfde Eco-

nomische Plan (1982-1987) werd gelukkig een speciaal vrouwencomité aangewezen, The National Council of Women of Thailand, dat verantwoordelijk werd gesteld voor specifieke vrouwenkwesties. De commissie kwam met het plan Income generating projects op te zetten voor arme plattelandsvrouwen in het noorden. Nou, het resultaat hebben we gezien! Voor manden vlechten, weven, borduren en het maken van kunstbloemen is geen markt. Dus voor de vrouwen ook geen inkomen... De overheid moet geld pompen in de landbouw. Daar zijn vrouwen actief. Ze moet de landbouwprijzen verhogen en stabiliseren en op deze manier de vrouwen een inkomen garanderen. Ik ben benieuwd naar het Zesde Economische Plan!" Diep onder de indruk van haar woorden, neem ik afscheid van mevrouw Sucheela. Hangend in een overvolle stadsbus, de interviewaantekeningen zorgvuldig knijpend onder mijn transpirerende arm en lachend tegen de eeuwig glimlachende Thaise mensen. Iaat ik mij door het drukke, stinkende en hete Bangkok vervoeren, terug naar het hotel. Ik realiseer me dat er vrij veel eensgezindheid bestaat over de wijze waarop de economische problemen in Thailand tot een oplossing kunnen worden gebracht. Had mevrouw Pasuk Phonpaichit het tijdens ons gesprek ook al niet over stimulering van de landbouw en werkgelegenheid voor vrouwen? oewel de Thaise overheid geen propaganda maakt voor het sextoerisme, ontbreekt aan de andere kant ook elke vorm van controle op immorele prostitutiepraktijken, de reclamecampagnes van toeristenbureaus en op de corruptie binnen het politieapparaat. Voor de regering vormt het toerisme een veel te belangrijke bron van deviezen. Wat ziet mevrouw Pasuk Phongpaichit aan toekomstmogelijkheden voor Thailand? Krachtig formuleert ze haar aanbevelingen: "Er wordt veel gepraat over het creëren van werkgelegenheid op het platteland. IVIaar in de praktijk... De binnenlandse economie moet tot ontwikkeling gebracht worden, zodat de import en export in balans komen. We moeten minder produkten uit het buitenland importeren, anders blijven we de deviezen uit de sexbusiness nodig hebben. Kort gezegd komt het neer op het tijdelijk verlagen van de economische groei en investeren in de landbouw, zodat de koopkracht van de plattelandsbevolking stijgt en de binnenlandse industrie en dienstensector groeien. Na deze interne opbouw van de economie, zal de export van Thaise produkten deviezen opleveren voor de import." Volgens mevrouw Pasuk zou een dergelijk economisch beleid ook het prostitutieprobleem voor een groot deel kunnen oplossen: "Kijk, er moet voor vrouwen werkgelegenheid komen op het platteland. Ik bedoel dus werk dat goed en regelmatig betaald wordt en dat redelijk dicht bij huis is. De economische dwang om te migreren en te gaan werken als prostituee neemt dan in ieder geval af. Ik ben benieuwd naar de inhoud van het Zesde Economische Plan!" Ik knik instemmend. "Ja, ja dat Zesde Plan kan erg belangrijk worden." Door middel van een stevige handdruk probeer ik uitdrukking te geven aan mijn bewondering voor het goede werk dat mevrouw Pasuk doet. Met een 'tot ziens' verlaat ik voor de tweede keer het universiteitsterrein. In mijn hoofd weerklinken voortdurend de woorden: "Zal het lied 'Where have all the flowers gone... gone tot the massage parlours and bars" ééns niet meer waar zijn en... wanneer

H

dan?" n Pasuk Phongpaichit, From peasant girls to Bangttok massauses, ILO, Geneva, 1982 J. C. de Vries, Onderzoek naar sextoerisme, Leiden, 1985 L. van der Velden, Visitors and tourists to Ttiailand and ttieir demand for prostition, Amsterdam, 1980-1981 Siriporn Skrobaneli, 77?e transnational Sex-exploitation of Thai women, Den Haag, 1983 Miek Custers studeert sociologie aan de Universiteit van Amsterdam en houdt zich onder andere bezig met onderzoek naar vrouwen in de derde wereld

225

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen