GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 436

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 436

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

V

oor gereformeerden biedt de morele opvoeding de nadruk op het proefschrift van Wieb dat het er niet zozeer om gaat kindeTop veel mogelijkheden tot ren iets te verbieden of te onderherkenning. Al komen de verboden drukken, maar om hen te stimuleren en de argumenten waarmee men en te ontplooien. Uiteindelijk moedeze poneerde ons nu overdreven ten kinderen zelf ervan overtuigd voor; toch valt daarin veel te ont- zijn dat wat zij doen ook het goede dekken van wat een 'gereformeerde is. Daartoe moeten mensen deugden opvoeding' heet. De pedagoog dr. ontwikkelen, in overeenstemming J.C. Sturm (35) wijdde aan deze op- met Gods Woord. Wat zijn deugvoeding ook een proefschrift, geti- den? Naastenhefde, verantwoordeteld Een goede gereformeerde opvoe- lijkheidsgevoel, godvrezendheid, ding, waarop hij in dezelfde maand matigheid, barmhartigheid etc. Onals Top aan de Vrije Universiteit deugden zijn afgodendienst, hoogpromoveerde. Johan Sturm houdt er moed, wraakzucht en afgunst. Het niet van als men de gereformeerde doel van de morele opvoeding is dat opvoeding afdoet met cliché's over kinderen uiteindelijk zelf leren te onderscheiden tussen goed en kwaad. Maar ouders moeten ze daarin wel tot voorbeeld zijn. Zo luidt een opvoedingsadvies uit 1916: "Verstandige ouders voeden ook bij ruime middelen hun kinderen op in eenvoud en bescheidenheid en getroosten zich de noodige zelfbeperking, om hun kinderen hierin ten voorbeeld te zijn."

Het is onmogelijk dat iemand zich een plaatsje in de hemel verwerft, uitsluitend op grond van goed gedrag. Daarom is een morele opvoeding, gericht op zedelijke zelfstandigheid, zo belangrijk.

E

én van de belangrijkste deskundigen op het gebied van de opvoeding in gereformeerde kring was de pedagoog dr. Jan Waterink (1890-1966), oprichter van het Paedologisch Instituut te Amsterdam en hoogleraar aan de Vrije Universiteit. Hij was gedurende lange tijd verbonden aan de redactie van het vakblad Moeder, waarin hij

Toch bleek lange tijd 'vleselijke conversatie' voor het huwelijk een geaccepteerd gebruik te zijn.

veel bij bellezen en over wat allemaal niet mocht. Hij verwijt Top in Ad Valvas, weekblad van de VU, dat deze teveel met de blik van nu terugkijkt op vroeger. De historicus moet juist zo'n cultuur van binnenuit beschrijven.

Dr. J.C. Sturm: De lijn van beheersing overschaduwde de lijn van vrijheid. Foto AVC/VU

De jongelingsvereniging op gereformeerde grondslag 'Prediker I2-la'.

Sturm introduceert het begrip 'nieuw-gereformeerd', ter onderscheiding van het oude calvinisme. Hij typeert nieuw-gereformeerden als "die traditionahstische gelovigen die een open oog leerden hebben voor wat rondom hen aan de hand was." Sturm signaleert daarbij twee lijnen: die van de volksverheffing, verspreiding van kennis en cultuur en zelfstandigheid, en de lijn van demagogie, moedwillige bekrompenheid, verzuiling, indoctrinatie en onvrijheid. Onder leiding van Abraham Kuyper werd weliswaar met een open oog naar de wereld gekeken, maar ontkwam men toch ook niet aan een zeker dogmatisme. Toch concludeert Sturm dat in de "opvoedingswerkelijkheid van niet weinig gereformeerde gezinnen en scholen in de twintigste eeuw ongetwijfeld de lijn van beheersing en onderdrukking die andere lijn van vrijheid en zedelijke zelfbepaling overschaduwd heeft." Nieuw-gereformeerden legden er bij 26

De hier genoemde deugden en ondeugden zijn natuurlijk niet exclusief voorbehouden aan christenen. Maar nieuw-gereformeerden "betwijfelen of er eigenlijk wel in de volle zin des woords gesproken kan worden over zedelijkheid bij ongelovigen." Deugden van niet-christenen noemde men daarom wel 'blinkende zonden'. 'Zonden' omdat ze voortkwamen uit een verdorven en onbekeerd hart, maar blinkend omdat ze toch van morele moed blijk gaven. De reden dat niet-gelovigen nooit tot echte zedelijkheid konden komen, lag in de wedergeboorte. Uit dankbaarheid voor hun verlossing gehoorzamen christenen Gods wet.

VU-MAGAZINE—NOVEMBER 19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 436

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's