GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 29

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 29

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

ten compact discs met informatie. Voor de communicatiewetenschap wordt het traditionele massamedium al met al steeds minder interessant.

N

iemand heeft die snelle ontwikkelingen in de communicatie voorzien; ik niet in ieder geval. Ook de deskundigen op het gebied van de computer hebben dit niet kunnen voorspellen. Het is dan ook onverstelbaar snel gegaan, met name ook op het terrein van de telecommunicatie. In zekere zin is dit een revolutie, waarbij zich iedere twee jaar opnieuw een fundamentele verandering voltrekt. Dat niemand in de communicatiewetenschap en de informatica de omvang van de huidige informatierevolutie heeft voorzien, wil nog niet zeggen dat men in die vakken de ontwikkelingen lijdzaam volgt en er geen enkele grip op heeft. Dat kun je niet zeggen. De communicatiewetenschap is onderdeel van deze ontwikkelingen, die buitengemeen complex en ingewikkeld zijn. Welke wetenschap stuurt nu eigenlijk wél het maatschappelijk proces? Communicatiewetenschappers sturen mee, net zoals anderen meesturen: ze zijn betrokken bij beleidsprocessen waarin belangrijke beslissingen zijn te nemen, zoals over de inrichting van ons mediastelsel. We leven nu in een totaal andere wereld dan vijftien jaar geleden. Alleen de mens is dezelfde gebleven. Wat dat betreft ben ik redelijk pessimistisch. Al die moderne electronica en nieuwe media hebben ons geen cent gelukkiger gemaakt. Ondanks de introduktie van steeds snellere en krachtiger computersyVU-MAGAZINE—JANUARI 1988

Prof. dr. J.J. van Cuilenburg (1946),tot31 december 1987 hoogleraar communicatiewetenschap aan de VU, wordt met ingang van het nieuwe jaar hoogleraar communicatiewetenschap en informatiekunde aan de Universiteit van Amsterdam; een overstap die in de media is getypeerd ais 'de transfer van het jaar'. Hij is tevens hoogleraar/directeur van de Stichting 'Het Persinstituut', bestuurslid van het Bedrijfsfonds voor de Pers en sinds 1981 voorzitter van de redactiecommissie van VU-magazine. Interview: Gert J. Peelen Foto: Bram de Hollander

stemen, zie ik de kwaliteit van de informatie bepaald niet toenemen. Wél de omvang. Kwaliteit is natuurlijk ook niet afhankelijk van technologie; een schrijver schrijft niet beter als hij achter een personal computer gaat zitten. Maar de kans is groot dat hij wel méér gaat schrijven. In het gebruik van bijvoorbeeld tekstverwerkers zit het risico van een vertechnisering van het schrijfproces. Als je vroeger een tekst moest maken op een rammelende typemachine, dan ging je daar achteraf met een vulpen nog eens zorgvuldig in corrigeren. Nu komt het in hoog tempo uit de printer en slechts weinigen hebben de neiging er daarna nog eens naar om te kijken. 'Schrijven is schrappen', zegt Kees van Kooten, en ik probeer dat ook mijn studenten duidelijk te maken. In ieder geval verschijnt er steeds meer gedrukte informatie op de markt. Ieder wetenschappelijk instituutje heeft tegenwoordig z'n eigen tijdschrift. Nu weet ik wel dat publiceren in de hedendaagse wetenschappelijke cultuur bittere noodzaak is om te

kunnen voortbestaan; een omstandigheid die wordt versterkt door de onderwijsbezuinigingen. Maar de voortdurende toename van wetenschappelijk leesvoer leidt mijns inziens bepaald niet tot een kwaliteitsverbetering in de wetenschap.

M

ijn belangstelling voor de media ebt wat weg. Er vindt al zoveel onderzoek plaats op dit terrein. De fundamentele uitdaging ligt voor mij niet langer daar. Die zoek ik nu meer in de sfeer van de informatiekunde. Maar dat past allemaal nog steeds binnen de kaders van hetzelfde vak. Communicatiewetenschap houdt zich bezig met beroepsmatige informatievoorziening aan willekeurig welk publiek, en met mensen die daarvan hun beroep maken. Informatiekunde is daarvan een onderdeel; daarin gaat het om het gebruik van informatie ten behoeve van besluitvorming, en dan met name om de vraag naar bijvoorbeeld de doelmatigheid, betrouwbaarheid.

werkgever met mijn oude liefde - de media, en met name zaken als persconcentratie en pluriformiteit - blijven bemoeien. Het verschil met betrekking tot mijn werk daar en hier, ligt voornamelijk in het feit dat de UvA echte communicatiewetenschappers - in de breedste zin van het woord - aflevert, terwijl de VU politicologen en bestuurskundigen opleidt, die daarnaast wat aan communicatiewetenschap hebben gedaan. Als hoogleraar communicatiewetenschap en informatiekunde, kom ik daar terecht in de grootste opleiding op dit vakgebied, van Nederland. In feite bestrijkt die opleiding een terrein dat steeds breder wordt. Maar dat vind ik een goede zaak. De markt voor studie naar massamedia is immers redelijk overvoerd. Als je, los van de wetenschappelijke belangstelling, de scope van je studierichting niet verbreedt, dan leid je studenten op die geen baan zullen kunnen vinden. Ik geloof nu eenmaal niet in het opleiden van mensen die straks duimen

'Niemand heeft die snelle ontwikkelingen in de communicatie voorzien; ik niet in ieder geval.' toegankelijkheid en relevantie van de informatie op basis waarvan beslissingen worden genomen. Als je op zoek bent naar grensverleggende communicatiewetenschap, dan moetje daar zoeken. Mijn overstap van de VU naar de Universiteit van Amsterdam, heeft daar ook mee te maken, al zal ik me ook bij mijn nieuwe

gaan zitten draaien. Je moet altijd uitgaan van de vraag, waaraan de maatschappij, op korte of wat langere termijn, behoefte heeft. Dat kan tot gevolg hebben datje het ene vak wat meer stimuleert dan het andere. Stel dat ineens iedereen kunstgeschiedenis aenis wil gaan studeren. Dat leidt alleen maar tot frustraties.

5

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 29

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's