GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 17

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 17

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

liefde voor het maken van anagrammen. Dat wil zeggen: ze nam een dichtregel en uit deze zin probeerde ze met dezelfde letters zoveel mogelijk andere zinnen te vormen. Het was een spel met strenge regels: geen enkele letter mocht overblijven, allemaal moesten ze opnieuw gebruikt worden. Dit spel kan opgevat worden als een kritiek op een bepaalde vorm van logica (mannelijk, wetenschappelijk) die altijd op zoek is naar ondubbelzinnige betekenissen en dieper liggende bedoelingen. Zo weet elke psychiater sinds Freud dat wanneer een vrouwelijke patiënt spreekt over een paraplu, ze het niet werkelijk heeft over een paraplu maar dat we zijn aangeland in het rijk der (seksueel geladen) symbolen. De taal van de patiënte is daarbij op zichzelf niet zozeer van belang maar wordt beschouwd als symptomatisch voor haar persoonlijkheid. De psychiater is op zoek naar het ziektebeeld achter de woordenstroom. Tegenover het serieuze diepte-onderzoek brengt Unica Zürn de logica van het woordspel in het geding. Volgens Vogelaar wil zij het verdrongene aan het spreken krijgen: "Het verdrongene moet dan niet gezien worden als iets dat onder het oppervlak zou zijn weggestopt maar als iets in het oppervlak dat niet echt verdwijnt maar misschien eerder een gat in de blik is, een blinde vlek in een blik die gewoontegetrouw op zoek is naar de diepere betekenis of bedoeling en daarom nauwelijks oog heeft voor hetgeen zich aan de oppervlakte (van een tekst) afspeelt." Door dit spel onttrok Unica Zürn zich aan gangbare, beperkende definities van redelijkheid. Zoiets zou een bevrijding uit een keurslijf kunnen zijn, maar niet altijd brengt het spel met de betekenissen geluk, zoals uit de levensloop van Unica Zürn blijkt. Op vierenvijftigjarige leeftijd sprong zij van het balkon van haar Parij se appartement op de vijfde etage. D Het negende jaarboek voor vrouwengeschiedenis, getiteld 'Geleerde vrouwen', bevat onder andere biografieën van vrouwelijlie wetenschappers als Johanna Westerdijk, Gesina van der Molen en Marianne van Herwerden. Uitgeverij SUN, f 28,50. Koos Neuvel is socioloog en journalist

VU-MAGAZlNE—JANUARI 1989

' I

r is sprake van tomeloze overproduktie van cultureel behang", zo stelde cineast Jan Vrijman in de toespraak waarmee hij op 9 november 1988 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam de tentoonstelling 'COBRA, veertig jaar later' opende. "De culturele behangselfabrieken draaien op volle toeren, vullen,,,de galeries, de schouwburgen,..en de glanzende pagina's...met die gekunstdrukte plaatjes en praatjes voor de vaak". Vrijman stelde daar de maatschappelijke betrokkenheid van de groep kunstenaars tegenover die van 1948 tot 1951 zich als Cobra manifesteerde. Kunstenaars als Corneille, Appel, Alechinsky, Constant en Jorn, die zichzelf als schilders en dichters beschouwden, werden toen "door kunstcritici en publiek neergesabeld als oplichters, bedriegers, knoeiers, volksverlakkers". En nu worden ze geëerd met een prestigieuze tentoonstelling, waar je geweest moet zijn, wil je er bij horen.

Ei

van Constant (1948) citeerde. Het gaat bij kunst niet zozeer om schoonheid, kunst betekent wezenlijk bevrijding, zegt Vrijman. Uitstekend, prachtig zelfs, maar als we nou van een bepaald type van co CD CL

men de kijkers echt allemaal omdat ze intussen door deze kunst zijn 'bevnjd'? Of om de pure schoonheid, zoals Vrijman in zijn toespraak toch nog suggereerde? Of om de huidige mode om het des-

Cultureel behang?

CC

bevrijding niet gediend zijn, bijvoorbeeld die van Cobra? Dan, zo meent Vrijman, behoren we of tot de reeds beschreven behangselcultuur, of tot de mayonaise-cultuur, of tot de élite-cultuur die tegenwoordig morele stellingnamen in de kunst ironisch afdoet. Er is natuurlijk op zijn minst nog een vierde cultuur van mensen die zich vanwege hun eigen aesthetische normen of morele stellingname, of bijvoorIs dit nou een bewijs dat beeld vanwege hun opvatdie kunstcritici en dat puting over de grenzen bliek destijds ongelijk waarbinnen zij zich door hadden? Volgens mij niet. kunst willen laten bevhjIk vond het toen niet den, bepaalde kunstuitinmooi, ik vind het nog steeds niet mooi. De gusti- gen niet zien zitten. Je bus non est disputandum kunt dat afdoen als bourgeois vooroordeel of culpleegt ten onrechte te turele afstomping, daar worden vertaald als "over smaak valt niet te twisten". kan best wat van waar zijn. Maar als grote aanJuist daarover valt echter wel degelijk, en met harts- tallen mensen zich niet aangesproken voelen, tocht, te twisten! De klasdan ligt het niet aan de sieke spreuk wil alleen aangesprokenen maar zeggen dat het zinloos is: aan de aansprekers. Het er is immers geen gemeenschappelijke noemer. gaat niet aan om hen, zoals rookmagiër Robert En voorzover die er toch is - kwaliteit, bijvoorbeeld, Jasper Grootveld in de woelige jaren zestig deed, of schoonheid - is dat als 'klootjesvolk' af te voor rebellen als de Codoen, mensen die zich bra-mensen bij uitstek het niet willen laten bekeren. bewijs dat "het heersend De aandacht die de Cokunstbesef te muf is om bra-tentoonstelling nu zelfs als bedwelmingsmidkrijgt zou Vrijman eigenlijk del dienst te doen", zoals moeten beangstigen. KoVrijman uit het Manifest

tijds verstotene alsnog de eren, en daarmee de eigen verlichtheid te tonen? Het is allemaal mogelijk. Tot aanvaarding van Cobra als pure schoonheid ben ik zelf inmiddels echter niet gekomen, overigens met volle respect voor hen die zich door dit werk laten ontroeren. Als schilders \e willen bekeren, dan kun je nog daaraan voorbij lopen. Moeilijker is dat bij bouwmeesters. Wat zij neerzetten moet door mensen worden gebruikt. Willen deze dat niet, omdat "zowel de toen sterk naar voren komende architectonische opvattingen, als de in het gebouw belichaamde heilsverwachtingen" hen niet (meer) aanspreken, dan ontstaan botsingen tussen klootjesvolk en kunstenaar. Het citaat is dan ook uit het vonnis van de president van de Zwolse rechtbank van 2 maart 1988 in de zaak Van Klingeren tegen Dronten, naar aanleiding van het voornemen van die gemeente om De Meerpaal, multi-functionele schepping van de architect uit de jaren zestig, aan te passen, aan eisen van goede exploitatie. Dat mocht van de rechter. Weg heilsverwachtingen.

15

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 17

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's