GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 303

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 303

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

collectief. Een afweging die zou moeten resulteren in bijvoorbeeld een aanzienlijke verhoging van het collegegeld. Brinkman: "Volgens de traditie der Verlichting is het een belang van de staat en de maatschappij dat burgers onderwijs hebben genoten. Dat is niet te betwisten, maar naarmate burgers langer en hoger onderwezen zijn, hebben zij daar gewoonlijk ook individueel profijt van. Ik laat in het midden of ons hoger onderwijs nu een kolossale intelligentietest en maatschappelijke selectiemachine is, of dat studenten voor het leven wetenschappelijk gevormd v/orden. Hoe dan ook, hogere inkomens en betere posities op de arbeidsmarkt worden gewoonlijk genoten door hoger onderwezenen, en in ieder geval komen lagere inkomens en werkloosheid vaker voor onder laag geschoolden. "Daarnaast moeten belang en profijt van werkgevers niet over het hoofd gezien worden. In de moderne bedrijfsvoering zijn opleidingskosten onvermijdelijk, maar beperking zal worden nagestreefd. Dat lukt het best als werknemers kant en klaar, op maat geschoold, door het onderwijs worden afgeleverd, op kosten van de belastingbetalers. "Economen leren ons dat onderwijs geen echt collectief goed is. Men kan van het genot worden uitgesloten en er kan individueel worden afgerekend. De voorzieningenstructuur is deelbaar en er is rivaliteit in het gebruik. Meer deelnemers aan langduriger, hoger onderwijs (niassa-hoger-onderwijs) stelt een bekostiging uit collectieve middelen dan ook niet aUeen voor financiële, maar ook voor rationele problemen. "Deze financiële problemen die voortvloeiden uit het massa-hoger-onderwijs zijn in Nederland onder controle gebracht in de eerste helft van de jaren tachtig (taakverdelingsoperaties onder andere, en goedkopere docenten en meer studenten per docent). Maar naast de financiële beheersing heeft de rationele analyse veel minder aandacht in de politiek gekregen. N u echter het streven naar verlaging van belastingdruk en overheidstaken, naar afslanking van de verzorgingsstaat hoog op de poHtieke agenda is gekomen, valt te verwachten dat ook het Verlichtingserfgoed van de collectieve bekostiging van onderwijs ter discussie zal worden gesteld." Distantie Moet een universitaire studie primair gezien worden als een beroepsopleiding die vooral nut heeft voor het studerende individu, of als een algehele wetenschappelijke vorming met een maatschappelijk belang dat voorbijgaat aan, maar vooral ook verder reikt dan een direct inwisselbaar economisch voordeel? Daarover ging het ook in de bijdrage aan de discussie van prof.dr. Arnold Lahrie die niet onder stoelen of banken stak dat hij weinig moest hebben van het "onzalig rendementsprincipe". Als cultuur-

historicus en kenner van het werk van Von Humboldt, gaf hij er bovendien overduidelijk blijk van diens gedachtengoed nog altijd springlevend te achten. Labrie: "De eis tot academische Einsamkeü und Freiheit is vaak uitgelegd als een pleidooi voor resignatie: Humboldts universiteit zou feitelijk een ivoren toren zijn gev/eest. Die interpretatie kan bij nader toezien echter geen stand houden. Inderdaad ziet Humboldt de universiteit als een vrijplaats, waar jonge mensen in de gelegenheid worden gesteld om in vrijheid en onbekommerd door directe maatschappelijke behoeften hun individuele talenten te ontplooien. En inderdaad keert hij zich fel tegen pogingen vanwege de staat om de inhoud van het onderwijs direct af te stemmen op maatschappelijke belangen, die de staat noodzakelijk acht. Maar daarom is zijn idee van de universiteit nog niet wereldvreemd, onpraktisch of onmaatschappelijk. Integendeel: zijn stelling luidt dat de universiteit haar maatschappelijk nut juist daar bewijst, waar zij in vrijheid onderzoek en onderwijs verzorgt. Dat maatschappelijk belang ligt namelijk niet vast en kan dan ook niet op voorhand worden gedefinieerd door de staat of door de bestaande beroepspraktijk. "De moderne samenleving is veranderlijk en slechts vrijheid verschaft de universiteit de openheid om op die veranderingen te reageren en de kritische distantie om daaraan richting te geven. D o o r de universiteit op voorhand af te stemmen op de belangen van staat en beroepspraktijk, verliest zij die openheid en kritische functie en dient zij slechts ter bevestiging van de bestaande verhoudingen. De moderne samenleving heeft daarentegen juist behoefte aan een universiteit, die dankzij haar vrijheid een kritische rol kan vervullen en - mede dankzij fundamenteel onderzoek - vernieuwingen kan entameren. Het maatschappelijk nut van deze instelling is onbetwistbaar, ook al toont het zich niet direct - en is het niet zonder meer te vertalen in een percentage van het bruto nationaal produkt -, maar juist indirect." Prudentia "In de 184 jaar die sinds de oprichting van de Universiteit van Berlijn zijn verstreken, is ongetwijfeld veel veranderd. En toch denk ik dat de basisidee achter de creatie van Humboldt nog altijd correct is. Een burgerlijke democratische samenleving als de onze heeft nog altijd behoefte aan een instelling als de universiteit, die op grond van haar academische vrijheid een kritische rol in de samenleving kan vervullen en die jonge mensen op een hoog niveau opleidt door hen deze kritische zin (dat is: een wetenschappelijke attitude) bij te brengen. "Veranderingen in de samenleving vereisen ongetwijfeld aanpassingen. Maar die aanpassingen moeten - ook daarin ben ik het eens met

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 303

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's