GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 458

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 458

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Augustinus zei al dat de mensen moesten ophouden met zich voort te planten^ omdat de landbouwgronden uitgeput raakten. Bovendien had Augustinus berekend dat de hemel vol raakte. Dat geeft te denken nietwaar? ^^ H En de bevolkingsgroei gaat door. "Ja, daarom moeten we het zoeken in mdustrialisatie en ontwikkelmg van de steden. Het landbouv/areaal in Malawi is in de afgelopen zeventigjaar even snel in omvang toegenomen als de bevolking. De intensiteit van het landgebruik is dus gelijk gebleven. Maar je kunt steeds meer mensen voeden met de opbrengst van steeds minder grond. De huidige techniek maakt dat mogelijk, ook zonder de al te intensieve methoden die we in Nederland toepassen. Je moet natuurbehoud en natuurbescherming koppelen aan intensievere landbouw en industrialisatie en je moet natuur en ander landgebruik strikt gescheiden houden. Andere manieren van natuurbeschermen betekenen niet meer dan pappen en nathouden en zijn tot mislukken gedoemd. O p den duur is er dan geen plaats meer voor de natuur. "De aarde kan nog steeds de mensen voeden, ook zonder ruimte verkwistende landbouwmethodes. Maar Augustinus zei in het jaar vierhonderd of daaromtrent al, dat de mensen moesten ophouden met zich voort te planten, omdat de landbouwgronden uitgeput raakten. De Magreb was toen al gedegradeerd tot woestijn. Bovendien had Augustinus berekend dat de hemel vol raakte. Dat geeft te denken nietwaar, als de hemel in zijn tijd al geen plaats meer bood, waar moeten wij met z'n allen dan nog heen? "Gebruik van technologische vernieuwingen, in de landbouw en elders, leidt tot meer welvaart en daarmee tot afname van het kindertal. Zo gaat het bijna overal ter wereld, de enige uitzondering op die regel vormen de Islamitische landen. Betere educatie is ook van belang, vooral van vrouwen. En gezondheidszorg zonder _/ami/y planning is een crime. Als je kinderen een goede toekomst tegemoet gaan, hoefje er minder van te maken. Dan zoek je het m de kwaliteit, minder in de kwantiteit." I Het is dus grotendeels een politiek probleem. "De politiek speelt zeker een rol. Kijk maar naar de Nederlandse ontwikkelingshulp. We geven nog steeds veel geld voor prestigieuze pro-

jecten als havens en universiteiten. Er gaat nauwelijks een cent naar scholen. Een basisschool in Tanzania heeft totaal geen spullen. Geen pennen, geen schriften, niets. We beweren v/el dat we de allerarmsten helpen, maar dat is weinig meer dan kretologie. En daarin staan v/e niet alleen; alleen de Denen doen een beetje aan financiering van verbeteringen in het lager onderwijs. "Een ander probleem is dat het ministerie van ontwikkelingssamenv/erking wil aansluiten bij de traditionele landbouv/methoden. Die moet je inderdaad niet vergeten wanneer je iets wilt veranderen, maar in de praktijk betekent het vaak dat veranderingen vertraagd of helemaal tegengehouden worden. In Nederland hebben we de technologie wel een kans gegeven; als je er even bij stilstaat is er hier in enige tientallen jaren erg veel veranderd. Er is geen reden om aan te nemen dat zoiets in Afrika niet kan, als ze tenminste de mogelijkheden krijgen. Met name de slechte infrastructuur kost kapitalen. Volgens de Wereldbank gaat alle ontwikkelingshulp op aan slecht transport: kapotte vrachtwagens, inefficiënte havens, gebrekkige telefoonverbindingen of onbetrouwbare leveranties. "Een stad als Arusha in Tanzania zit meer dan honderd uur per week zonder stroom. Dat heeft vergaande economische gevolgen. En hoe komt dat? Door mismanagement van de Tanzanianen, maar ook doordat de stad niet in the picture is bij mensen als JAH Pronk. Die wil de opbrengst van landbouwgebieden in de omgeving van zo'n gebied besteden. De presidenten van landen als Kenya of Tanzania onderschrijven dat beleid met de mond, ze moeten wel anders kunnen ze naar de hulp fluiten. Ondertussen doen ze wat anders. Ze weten heel goed, dat een revolutie op het platteland nog nooit is geslaagd. Stedelijke revoluties daarentegen hebben om de haverklap succes. Dus gaat het geld uiteindelijk naar de steden. Daar ga je dan met je beleidsvoornemens." H

U klinkt nogal cynisch. Waar komen uw ideeën eigenlijk vandaan? "Cynisch ja, hoev/el ik ze zelf liever realistisch noem. Ik heb veel gereisd. Als student in Groningen zat ik bij de GSB, de Groninger Studentenbond, en was ik marxist. In 1974 ben ik naar Indonesië gegaan om er een doctoraalonderwerp te zoeken. Dat was een schok: armoede, mensen in vodden, slechte voeding. Maar het is veel verbazingwekkender om te zien wat ze inmiddels bereikt hebben. Of neem Singapore, die stad is moderner dan Amsterdam. Twintig jaar geleden hadden we in ons land geen bedelaars en werden psychiatrische patiënten behoorlijk opgevangen. Nu liggen ze 's nachts in de kou buiten op straat. Die tegenstellingen hebben me aan het denken gezet over het ontv/ikkelingsbeleid en over de aanpak in verschillende landen. Dit soort denken is me trouwens met de paplepel ingegoten. Mijn vader was hoogleraar culturele antropologie. Die heeft me

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 458

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's