GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1995 - pagina 390

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1995 - pagina 390

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een dergelijke houding is uiteraard niet voorbehouden aan Aziaten. Begin jaren tachtig verrichtten twee onderzoekers aan de Universiteit van Jyvaskyla in Finland een studie naar de spreekwoordelijke zwijgzaamheid bij hun landgenoten. Finnen staan bekend om hun grote tolerantie voor stilte in het sociale verkeer; een eigenschap die hen met de paplepel wordt ingegoten. Finse kinderen worden pas geacht deel te nemen aan een gesprek met volwassenen als ze daartoe uitdrukkelijk zijn gevraagd. Het zijn de volwassenen die de vorm en inhoud van een gesprek bepalen. Aan tafel wordt in de regel niet of nauwelijks gepraat. Als in een dergelijke intieme kring al wordt gezwegen, dan moet de schroom om publiekelijk te spreken nog groter zijn. Van Finnen is bekend dat ze in tegenstelling tot bijvoorbeeld lapanners weinig tussenwerpingen (ja, nee, aha, zozo etc.) gebruiken in een gesprek. Die worden als hinderlijk ervaren en kunnen zelfs als een aanwijzing worden opgevat dat iemand een glaasje teveel op heeft. Een 'typische' Fin luistert zwijgend. Dat maakt hem voor een nietFin tot een moeilijke gesprekspartner. Het kan lijken of de Fin niet oplet, geen interesse toont of zelfs een vijandige houding heeft aangenomen. Door traag te reageren wekt de Fin de indruk dat het onderwerp hem niet interesseert of het gesprek wil beëindigen. In beide gevallen kan hij voor een vreemde snuiter doorgaan. Toch is er ook binnen de Finse cultuur een gradatie in de zwijgzaamheid van mensen. De sprekers van het Hame-dialect staan er te boek als traag, teruggetrokken, onhandig en zelfs bekrompen van geest. De traagheid van de mensen in Hame (een gebied in midden-Finland) is niet alleen spreekwoordelijk; taalwetenschappers hebben aangetoond dat de sprekers van het dialect inderdaad veel langer pauzeren tijdens het praten en beduidend langduriger aarzelen en hakkelen. Voor de relatief 'rappere' Finnen elders in het land is het fenomeen reden tot vermaak. De grap wil dat een komisch televisieprogramma op de zaterdagavond moest worden gestaakt; de mensen in Hame zaten op zondagochtend in de kerk nog oneerbiedig te schuddebuiken van het lachen. HAK

OP DE

gesprek te horen kregen, reageerden ze heel verschillend. Het viel de Newyorkers niet op dat ze van de hak op de tak sprongen of dat er dikwijls niet werd ingegaan op hun opmerkingen. De andere deelnemers vonden dit uiterst merkwaardig; zij hechtten veel meer waarde aan een afdoende respons en waren enigszins geïrriteerd over de dominantie van de Newyorkers, die anderen nauwelijks aan het woord lieten. Op hun beurt vonden de Newyorkers hun stillere gesprekspartners wat stug en terughoudend. De eters uit Californië behoorden niet tot de categorie buitengewoon stille Amerikanen; toch oordeelden ze negatief over het snellere spreektempo van de anderen. Dit lijkt in tegenspraalc met de bevindingen van andere onderzoekers; sociolinguïsten van de Universiteit van Maryland hadden bijvoorbeeld ontdekt dat vrouwen die sneller praten en korter pauzeren een veel positiever zelfbeeld hadden dan hun tragere seksegenoten. Ook de negatieve beoordeling van de stille indianen door mainstream Amerikanen sluit hierbij aan. Met een simpel telefoontje wist Tannen de kennelijke discrepantie op te lossen. Ze belde met de onderzoekers in Maryland en ontdekte dat zij hun studie hadden uitgevoerd aan de City University in New York. De vierentwintig proefpersonen waren overwegend joodse vrouwen uit de stad. Daarmee werd voor Tannen bevestigd dat de Newyorkse joden er in het algemeen een snelle spreekstijl op na houden en stiltes doorgaans negatief waarderen. Bovendien wees de test nog maar eens uit dat stiltebeleving sterk cultuurgebonden is; het ligt er maar aan wat je gewend bent. Misverstanden en onbegrip ontstaan pas als zwijgzame types zich moeten handhaven in een praatcultuur of omgekeerd. ERGERNIS

Voor missionaris William Samarin was het een bijzondere ervaring tijdens een ziekbed talrijke Gbeya in een oorverdovende stilte om zich heen te zien zitten. Zo drukken zij hun medeleven uit en tonen ze tevens aan geen betrokkenheid te hebben bij het ontstaan van de ziekte. "In de ogen van een westerling kunnen deze bezoekers uiterst merkwaardig overkomen; ze staren maar wat in het niets", schrijft Samarin. "Telkens als ik ziek was, maalcten mijn aanvankelijke gevoelens van blijdschap over het getoonde medeleven plaats voor ergernis. Ik verging van de pijn en kon wel wat afleiding in de vorm van een gesprek gebruiken. Maar daarvoor waren mijn vrienden niet gekomen. Ze waren gekomen om me te herinneren aan hun verbondenheid met mij. En die werd uitgedrukt in stilte." Ook elders is ziekte een reden om stilte te betrachten. Van de Aboriginals in de buurt van de Australische stad Darwin is bekend dat zieken er geen recht op spreken hebben. Hun toestand wordt immers als onduidelijk beschouwd en als ze toch iets zeggen, dan wordt dit afgedaan als betekenisloos gebabbel. Bij de Igbo in Nigeria brengt een geval van pokken een algemeen zwijgen teweeg. Alle inwoners van een dorp waarin zich een geval van pokken heeft geopenbaard worden doodgezwegen; ze worden niet eens begroet. In vroeger tijden waren de pokken een uiterst gevreesde ziekte en nog steeds wordt geloofd dat het virus een menselijke vorm kan aannemen en op straat kan rondlopen. Bij de Igbo heerst rond de dood eenzelfde soort rituele

TAK

Grootstedelijke Amerikanen kunnen zonder bezwaren model staan voor de categorie mensen die geen raad weet met stilte. "Vergelijk maar eens een Amerikaanse en een Japanse televisieserie", zegt taalkundige dr Takie Sugiyama Lebia van de Universiteit van Hawaï. "Luister met je ogen dicht en je hoort onmiddelijk het verschil in de mate van vocalisering". De bekende sociolinguïste dr Deborah Tannen, verbonden aan de Georgetown University en auteur van verschillende bestsellers over communicatie tussen mannen en vrouwen, benutte in 1984 een Thanksgivingdiner om de spreekstijlen van 'gewone' en 'luidruchtige' Amerikanen te analyseren. Haar vermoeden dat Newyorkers van joodse afkomst (waartoe ook zijzelf behoort) veel meer en veel sneller praten dan bijvoorbeeld inwoners van Californië (die ook aan tafel zaten) werd bij deze gelegenheid bevestigd. De Newyorkers domineerden het gesprek, veranderden voortdurend van onderwerp en praatten geregeld door elkaar heen. Toen de deelnemers na afloop de bandopname van het WETENSCHAP,

CULTUUR

&) SAMENLEVING

20

- SEPTEMBER

199s

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's

VU Magazine 1995 - pagina 390

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's