"Strikt genomen" - pagina 8
het recht tot universiteitsstichting, staatsrechtelijk en historisch getoetst
WAAROM
16
werp ik
beneden ons beider Christeneer, verre van
daarbij, als
Het
mij.
zoo weinig toe, wie van achteren van ons tweeën beter op de
doet er
o,
hoogte
van
te
ANTWOORD.
IK
maar de
weten,
U
moet voor
en
palm der
naam, mijn Broeder,
Ge zoudt
die droefheid niet beleven
pelijk terrein beter
En
eere blijven.
den kring van Neêrlands
in
meer
macht om recht en gerechtigheid
zedelijke
mij
wat
Niet
splinterige qnaestiën bleek.
zoo
indien ooit
min
of
te doen,
Uw
goede
Christenen lijden kón,
om een fout of wat,
die
op wetenschap-
gemeden ware maar wél, indien Ge de onware beschul;
diging nog langer zocht vol te houden, die Ge in een onbewaakt oogenblik
tegen gansch een kring van achtbare mede-Christenen hebt ingebracht. In die beschuldiging toch ligt tusschen
hebt
Gij
uw
in
H.H. Directeuren der doen,
„ivaamaar
het eigenlijke geding.
Kroniek, zwart op wit, laten drukken
U
:
1.
bekende Stichting zich vermeten hebben
dat de iets te
mochten slaan", en zich hebben opgeworpen
ze niet
macht";
^onbevoegde
U en mij
H.H. Curatoren derzelfde
dat
2.
Stichting
als
zich
vergaapt hebben aan het doen van benoemingen, waartoe ze niet gerechtigd waren
noeming
en
;
aanvaarden,
te
H.H. Rutgers
dat de
3.
door een
naam hebben
een
zich
c. s.,
hoogleeraarsbe-
toegeëigend, „die
hun
niet toekomt."
Deze beschuldiging nu hadt Ge óf waar
U
onthieldt
Gij
van het
te
omdat Ge
laatste,
maken te
óf in te trekken.
goeder trouw waandet,
in het eerste geslaagd te zijn.
Toon
U derhalve duidelijk en overtuigend aan, dat schijn U
ik
misleid heeft, dan tot
de
reeds
mag
ik er
lang
te
mannen, wier eer Ge
te
uitgestelde herroeping zult overgaan, en aan de
na kwaamt, volop herstel van eer
Vooraf echter rust op mij de taak, ven repliek
te
„Strikt
Zelf
dan men bewijzen
zult
gunnen
?
Uw met ongemeen talent geschre-
weerleggen.
genomen," kies ik daarbij ten
Ge toch op
erkent
genomen
strikt
dat
ten deze
immers op rekenen, dat Ge alsnu voetstoots
niet
van
alleen
42:
blz.
titel.
„Dr.
hem mocht
Kuyper heeft meer gedaan, Hij heeft
eischen.
gepoogd
te
het jus constitutum (stellige recht), maar ook
het jus constituendum mijn beweren.
.
.
omverwerpt.
1 '
Uw eigen zeggen, tot herroeping zult gehouden zijn (ook al ware al Uw overig betoog onberispelijk), zoodra Ge buiten staat blijkt, om Uw beschuldiging op dit eng afgebakend Hier
zit
in,
dat
Ge
dus, naar
terrein van het stellige recht te handhaven.
Daar houd
Wel ga critiek
ik mij dan
ik voorts
óók
onderwerpen; maar,
nu ook aan. de
andere deelen van
gesteld
al,
Uw
die critiek liet
tegenschrift aan
U
ongedeerd en
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1880
Abraham Kuyper Collection | 214 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1880
Abraham Kuyper Collection | 214 Pagina's