Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 203
ONDERSCHEIDING TÜSSCHEN DE WARE
Ef^
VALSCHE KERK.
l/^
gemeenten in Klein-Azië heeft de Heere verantwoordehjkheid der leden voor het kerkop
In de zeven brieven aan de
nergens verband gewezen. Gelijk dus onze vaderen de kerk van Amsterdam niet verlieten, omdat die kerk met de kerken van Rome in kerkverband stond, en dus oordeelChristus
wezen
van kerk nog toekwam, zoo mogen ook wij is het dat ze in een onhoudbaar kerkverband staan, overmits dit haar het wezen van kerk niet derven doet. En wat voorts die kerken zelven betreft, zoo heb ik alleen te vraBiedt die kerk waarin ik leef, mijn kerk, mij nog de prediking gen des Woords en de bediening der Sacramenten, in zulk een zuiverheid, dat het wezen dezer beide genademiddelen er nog in overig zij ? Het feit dat er naast deze tamelijk zuivere bediening der genademiddelen óók afgoderij bestaat, heft het wezen der kerk niet op, en stelt wel aan den kerkeraad den eisch om dezen gruwel af te snijden, maar niet aan een lid der kerk om die kerk te verlaten. De organisatie mijner kerk is dan wel krank, verminkt en ten deele tot bederf overgegaan, maar toch niet zoo of ze biedt mij nog in betamelijke zuiverheid de genademiddelen, en dus derft ze nog haar wezen en haar leven niet. Zoo bleven de profeten in de kerk van Jeruzalem, al was ook de afgoderij meê ingeslopen, en jaren lang hebben onze vaderen onder
den, dat haar het
onze kerken niet opgeven,
al
:
Rome
voortgeleefd, eer ze
Deze
laatste
opmerking
kwamen leide
tot reformatie.
nog
tot
een niet minder ernstige
waarschuwing.
Sommigen
stellen
zich aan, alsof het plicht en roeping van
Gods
kinderen
ware, op staanden voet, dezen zelfden dag, den band met
hun kerk
te verbreken.
Maar ook
Komt
er
in
dit schijnt
ons tegen de Schrift en de historie
menschelijke ziekte bedwelming, soms
zelfs
te zijn.
schijndood
Onder Israël scheen vaak alsof geheel de kerk verloren ware, en zie, toch bloeide de onvergankelijke kerk altoos weer op. In den donkeren nacht der middeneeuwen zou men gedurig gemeend hebben dat de kerk verstorven was, en zie, toch verhief ze haar hoofd weder. En ook in de dagen der Hervorming zijn in het allerminst niet alle kerken onmiddellijk hersteld, maar heeft het van 15 17 tot 1570 geduurd, eer het begonnen werk der Kerkhervorming tamelijk algemeen was doorgedrongen. Ook dit mane in onze dagen tot omzichtigheid. Wie het stuk der kerk uitwendig en reglementair, zonder piëteit of hoogere liefde beschouwt, pakt aanstonds zijn reisvalies en is elk oogenblik tot afreizen
voor, ook de kerk kent dezelfde verschijnselen. het
maar
al te
12
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 203](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1883/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's