Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 44
HET WEZEN EEXER TOT FORMATIE GEKOMEXE KEKK. nu eener zichtbare kerk
en blijft altoos de onzichtbare kerk^ de ingeschapen aandrift van deze geestelijke en mystieke kerk om zich naar buiten te toonen. De onzichtbare kerk is het lichaam Christi, d. i. de organische verbinding van
men
mits
alle
Zijn
daarbij
is
insluite
uitverkorenen door den H. Geest onder Christus als hun hoofd. dus in eenige stad of eenig dorp een zeker aantal levende leden
van
lichaam Christi woonachtig, dan is er het wezen der kerk, dit tot bewustzijn, zoodra slechts deze leden, op hoe gebrekkige wijze dan ook, gemeenschap der heiligen oefenen, en en
dit
komt
des zins en willens zijn, om deze hunne gemeenschap tot voller en zuiverder kerkelijke openbaring te brengen, zoo dra de mogelijkheid hiertoe
vallen
geboren wordt. Gezelschappen zooals door sommige
slechts
onkerkelijke hier
secten
dus
of
kringen
antichristelijke
buiten
;
niet
omdat
in
worden
opgericht,
deze kringen geen levende
zijn noch ook alsof men in deze kringen geen gemeenschap der heiligen zou pogen te oefenen maar overmits de zin en de wil ontbreekt, om, waar dit kan, de kerke-
lidmaten Christi kunnen opgesloten
;
;
openbaren. Gelijk een pas gestekte rank, ook al voor het oogenblik nog zoomin blad als tros, toch het wezen van een wijnstok bezit, overmits het vaststaat, dat zij al voortgaande vanzelf tot het uitbotten van blad en bloesem en het aldus formeeren van tros en druif komen zal, zoo ook bezit een vergadering het wezen eener kerk, ook al werken haar organen nog niet, zoodra slechts lijke
formatie te
toont
hij
vaststaat,
verkrijgen
wilde
schoot
dat
wingerd hij
opgroeiende en verder ontluikende, die organen deze organen zullen werken. Daarentegen is een geen wijnstok en mist het wezen ervan, ook al
ze,
zal
hoog
en
in zijn
hout op en
derigste loof, eenvoudig,
omdat
hij,
hij overdekt met het weelhoe ook uitgroeiende, nooit één
al is
enkele tros van de edele druif kan telen. ligt dus ook niet in de genademiddelen noch de instellingen die deze genademiddelen helpen aanwenden. Geen wijnstok toch, om bij hetzelfde beeld te blijven, kan leven, veel min tieren, zonder vocht en licht, -zonder aarde en warmte; maar wie zal daarom ooit in vocht of warmte het wezen van den wijnstok zoeken? Kn zoo nu ook kan wel geen kerk leven zonder de genademiddelen, maar nooit mag daarom, in welk genademiddel ook, het wezen der kerk als besloten gedacht worden. En even hetzelfde geldt van de instellingen die deze genademiddelen toedienen. Om den persikboom in het leven te houden, moet hij met mest gevoed, begoten met water en bij vorst met riet gedekt worden maar noch die voeding aan zijn wortel, noch de gieter of het riet, waarmee de tuinman hem
Het wezen eener kerk
in
,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's