Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 341

;

;

;

DE ONDERNOMEN VELDTOCHT. December,

eerst ia die

van 28 December

ter tafel

323

kwam,

handen eener

in

Commissie gesteld had dat het Classicaal Bestuur van

Amsterdam inmiddels

besluit in zijne

bij

vergadering van 21 December 1885 genomen, de in den Algemeenen Ker-

aangenomen en goedgekeurde

keraad

Algemeen Reglement en de kerkgebouwen enz.,

gebonden

met de

als in strijd

nietig verklaard en de

is,

Wijzigingen en Bijvoegingen in het

Instructie voor de

Commissie

tot het

Bestuur over

waaraan de Kerkeraad

regelen,

daarop betrekking hebbende kerkeraads-

besluiten vernietigd heeft, en daarvan

schrijven

bij

van 4 Januari 1886 aan

den Algemeenen Kerkeraad heeft kennis gegeven dat het Classicaal Bestuur bovendien,

nsgelijks bij schrijven

i

1886, aan ieder der betrokken kerkeraadsleden,

dat het zich genoodzaakt zag

hem

der door

hem voorloopig

te

om

heeft bericht,

schorsen in de waarneming

bekleede kerkelijke bedieningen en ambten, omdat

had vóór de voormelde Wijzigingen en Bijvoegingen, hem digende

van 4 Januari

nu appellanten,

vóór 18 Januari 1885

dat

te berichten,

hij

de door het Classi-

caal Bestuur uitgesproken vernietiging der besluiten eerbiedigde,

waarvan het Bestuur den bezwaarde op nader

te

gestemd

hij

daarbij uitnoo-

bepalen

tijd

gebreke

bij

en plaats zou

moeten hooren op

dat,

P.

schrijven

dit

W.

van Son,

door

Meijer,

allen,

—

met uitzondering van de Heereu

C. Ingwersen en P. Post,

hunner individueel, onder dagteekening van is

geantwoord „dat

:

andere

zaak,

„Kerkeraad van „bedoelde

en wel door ieder

zich zeer gekrenkt gevoelt door de voorloopige schorsing

hij

,geen

9,

—

11, 15 en 16 Januari 1886,

14

dan

dat

December

hij jl.

in

de vergadering van den Algemeenen

zijne

voorstellen; vervolgens dat

wegens

goedkeurende stem schonk aan de

hij

verre van zich werpt het verwijt,

„dat de Kerkeraad het antwoord op het schrijven van het Classicaal Bestuur

„van

15 December 1885 zou hebben opgehouden en dat

hij

op 14 Decem-

„ber 1885 de door het Classicaal Bestuur gewraakte stem heeft uitgebracht

„naar

eer

„had,

geen

„

eu geweten, en dus het Classicaal Bestuur, zoo het dit geweten oogenblik de mogelijkheid zou hebben ondersteld, dat

hij zijne

verkeerdheid ten deze zou inzien;"

Overwegende, dat het Provinciaal Kerkbestuur van Noord-Holland inde meening, dat het Oassicaal Bestuur van Amsterdam was opgetreden de Nederduitsche Hervormde Gemeente

keraads

is,

vergadering

te

Amsterdam

te

om

in

doen wat des Ker-

en dat het alzoo moest optreden als Classicaal Bestuur, in zijne

van 21 Januari 1886

besloot,

op grond van Art. 47 van het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen