Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 352
de eerste bladzijde der tweede afscheiding
;
;
I)E
334
;
ONDERNOMEN VELDTOCHT.
door de verwijzing in
te schrijven,
Reglement,
naar het eerste Hoofdstuk van
2
al.
dit
onderzoek aan het oordeel van het betrokken kerkelijk college
dit
overlaat
Overwegende, dat de Uitspraak van de Algemeene Synode van 9 Maart
1886
ook
maar
gelastte
van een nieuw voorloopig onderzoek,
gelastte het instellen
niet
stukken
de
de
tot
zaak betrekkelijk
Amsterdam, opdat
Classicaal Bestuur van
te
verzenden aan het
zoo het oordeelt, dat
dit Bestuur,
de zaak tot ontzetting zoude kunnen aanleiding geven, ze verzende naar het Provinciaal Kerkbestuur,
Overwegende, dat het
zaak in
wat het genoemd Classicaal Bestuur gedaan heeft
Kerkbestuur van
Provinciaal
dat der
iets
tweede bezwaar door appellanten aangevoerd wordt,
als
onbevoegdelijk saamgesteld
Noord-Holland
geweest
is
Overwegende, dat blijkens de Memorie van Grieven dezen
grond,
de
dat
leden
de behandeling
bij
15 van genoemd Reglement, en mitsdien
met Artikel
strijd
bezwaar rust op
dit
van het Provinciaal Kerkbestuur van NoordClassicaal Be-
Holland, die den 21 Januari 1886 beslist hadden, dat het
stuur terecht had geoordeeld, dat de leden van den Algemeenen Kerkeraad, die
in
Wijzigingen
lingen van Art. enz.,
van den 14 December 1885 gestemd hadden vóór
de vergadering
de beklaagde
3,
en Bijvoegingen, gehandeld hadden tegen bepa-
Reglement voor kerkelijk opzicht en tucht
2 van het
al,
en ook degenen, die den 16 Februari 1886 besloten hadden de kerke-
raadsbesluiten
hebben en
van
tot de
12
April
1875
vernietigen,
te
in de
zaak gehandeld
Uitspraak medegewerkt, en mitsdien, alstoen doende wat
des Classicalen Bestuurs
is,
Overwegende, dat
bevoegd waren
niet
bestuur van de zaak kennis te
nemen
in het Provinciaal
Kerk-
;
van
vernietiging
om
geen handelen
besluiten
is
in eene
tuchtzaak,
waarvan Art. 15 van het Reglement voor kerkelijk opzicht en
tucht
gewaagt,
enz.
en mitsdien een beroep op de vernietiging der kerke-
raadsbesluiten van 12 April 1875 niet ter zake doet en buiten beoordeeling blijven
moet
dit
bij
geding
Overwegende, dat de strekking van Art, 15 van bovengenoemd Reglement blijkbaar niet
is,
dat
mag doen
hij,
iu hooger beroep
Overwegende,
dat
deze
(als
leden
in
van hetzelfde Bestuur,
qualiteit), als bij deze uitspraak,
zoodat ook dit bezwaar
is
eener zaak, dit ook
;
tegenstelling
casu niet bestaat, aangezien de
leden van het Provinciaal Kerkbestuur zoowel
1886
nam
die in eersten aanleg kennis
doch
bij
het besluit
kennis van de zaak
ongegrond
;
van 2 1 Januari
handelende in eene andere
namen
in eerste instantie,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's