Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 187

:

DE ONDERNOMEN VELDTOCHT. „Het

U

is

•den

toch

staat

toegang

om

ons vast, dat de roede der kastijding

bij

om

nedergedaald, dan

deze alleen

spoed waarmede door het

Cl.

geene andere reden op

moderne predikanten

dat Gij de leerlingen van

:

H, Avondmaal hebt bemoeilijkt

tot het

169

hetwelk duidelijk

;

van A., doende wat des Kerkeraads

Best.

blijkt uit

den

die attesten

is,

beschikbaar zijn gesteld. In de bewuste beheerszaak meenen wij niets anders te kunnen

de

zien

dan

niet

aangedurfd

om

aanleiding

gezochte

U

te

schorsen

om U

om

het Class. Best. heeft het wellicht

;

;

waart Gij toch geschorst

had zich gekeerd geheel tegen zulk een kerkelijk

attesten, de publieke opinie

die

treffen

te

eene zaak van belijdenis

bestuur enz."

Aan den toeleg nu, waarom wij geschorst zoudeu hebbeu, betuigden, naar men van goede zijde vernam, een tweehonderd Kerkeradeu ^) hunne adhaesie ;

«en

lidmaten

duizend

vergaderd

„

Rotterdam

onderscheidene

;

hoogeu

broeders, op wier oordeel ik

vrienden te Utrecht

handhaving der Apostolische Geloofs-

Vereeniging tot

Doopsgezinde Gemeente"

de

'm

ielijdenis

de

zelfs

;

te

te

Amsterdam

;

ja,

vele Friesche

schenen datzelfde doel toe

prijs stelde,

te juichen.

Niet onbekend met de kaart der kerk, met het verleden en het karakter

van eene menigte predikanten, ouderliugeu^ bliezen, die,

maakte ik mij echter

die aldus

2),

van wie fout gaan,

klandisie te berichten,

dan

er zoo over.

duizenden, die geen adhaesie schonken de Utrechtsche, volgens

Bijv.

i)

om nam.

„De Algemeene Kerkeraad

te

dit

Woord

schappij van het

droefheid

op

redenen

en

een

Ook

is

die cijfers

de adhaesie

^)

van

Herv. Gem. in

te

Amsterdam, „broederlijke

de kerk van Christus de heer-

des Heeren te erkennen, en de Sacramenten heilig te houden,

verontwaardiging

aantal

„Doch wat zeggen ?

heeft in een brief aan de „geschorste" leden

Ned.

der

gemeenschap gevoelende met degenen, die betoonen

zijne

ik dacht gedurig

Slandaard-htx\c\\\.

Utrecht,

Algemeenen Kerkeraad

van den

;

per advertentie veel grooter

hebben.

zij

,Ook de Kroniekschrijver dacht de

op de bazuin

de beteekenis van de troepen,

op het valsch alarm afgaande, naar het geweer grepen

aan de taktiek

bij

enz.

niet ongerust over

uitgesproken over de schorsing, die

leden van den

Amsterdamschen Kerkeraad

is

om bekende

toegepast." Hij

«bidt dien broeders toe de vertroosting en de hulpe van dien Koning, die aller harten kent." 2)

Zelfs

werd

Gods

eer

streden,

op eene briefkaart veroordeeld als een bestrijder van wie voor door iemand die zich schuldig maakte aan het criinen nefandum\

ik

ook van onderscheidene adhaereerende predikanten,' van hunne conscientie, van hunne bescheidenheid, andere dingen verwacht had. Maar bij opstand tegen elk wettig gezag hebben kwaaddoeners^ gewoonlijk hel grootste woord. De arglistigheid zoekt

terwijl ik

met 3;

al

zulk geroep voldoening aan de beschuldigende conscientie te geven.

Merkwaardig

is

daaromtrent het bericht, in de Standaard voorkomende, aangaande

de bovenbedoelde vergadering Vrijdag

is

te

Utrecht

was boven verwachting.

een

,,in

de stad der zeven kerkhoven"

:

conflict. De opkomst Gebouw van K. en W.

meeting gehouden over het Amst.

De bekende

kleine concertzaal van

't

was „mudvol". De vergadering droeg een zeer provinciaal karakter — vele predikanten met hun kerkeraad merkte men op — zij werd geleid door dr. Van Goor en geopend met psalmgezang en een verheffend gebed van ds. Hoekstra. ;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen