Het werk van den Heiligen Geest - pagina 27
Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.
!
VOORREDE.
XXI
menschelijke woorden poogde uit te drukken, dien zegen aan dezen arbeid,
Verborgenheid er u door nader kome en
dat zijn
uw
En hiermede
§ 8.
ook
zou
Voorrede
deze
Jüopen, indien ik niet nog iets te antwoorden
in
A. "VVormser, 1887,
J.
bij
gekomen
Ed. Böhl,
een
verweerstuk, dat ik
maar onder
belofte
Het
om
er
in
belofte
was het
toeschrijft
door
dusver
Voorrede
de
feit,
Geest,
van
den
ik
(Zie bl.
15,
19
iemand geschied
Daar nu
al.)
lag,
vrijen
het ren,
om van
komen. Aanleiding
Jiet
is,
tijd,
tverk
van den Heiligen Geest
te
Böhl
»het
juist in
zijn
mijn studiën
én
beste' gaf,
Uit het
Toelichting
mijne
in
Nu
Thans
Woord, én
van den
ik dien tijd
Böhl van de door mis,
moet
in dit
allerlei
Evenmin ga Zijn
daarvan én
Werk van den Heiligen
Geest
Heidelbergsciie)i Catechismus reeds ten
wil,
in mijn eigen
meeningen toedicht, welker bepleiting
ik in
poging
om
mij
is
ik
nimmer op
in
Uit het Woo)'d,
door mij over de leer der Verbonden
deswege tot een Cocceiaan
te
mij
uitgesproken.
op Dr. Böhls carricatuur van wat
Serie, deel II,
Dogmatiek toekom.
met de opmerking, dat Dr. Böhl mij slag
nam, en waarvan het tegendeel duidelijk door mij
Tweede
ik voor
en voorts geduld oefenen, tot ik aan de thetische uiteenzetting
volsta ik te dien opzichte
slag
dit
Gods", »de erfzonde", »de rechtvaardig-
Beeld
van deze leerstukken, zoo de Heere
op
inlei-
verweerschrift te leve-
making'"' en »de heiligmaking" deels verwijzen naar hetgeen ik in
de
dienen.
stukje tot beetje aan te toonen, hoever Dr.
van
werk van mijne
juist een
waarover Dr. Böhl beschikt, dan deed ik
onze vaderen beleden waarheid afdoolt.
behandeling
oogen onge-
zijn
dat uitvoeriger en vollediger dan
door breede noten op den tekst van
liefst
te
dat Dr. Böhl zelf mijn, in
werk van nader antwoord
ding tot dit
de
oji-
mijn ter perse zijnde
op terug
overziet, scheen het mij niet oneigenaardig toe, Dr.
Had
Adam
Dr. Böhl
is
aan niet genoegzame studie van het werk ran
over dit onderwerp ter perse
hand
door dezen geleerde
zou »aan Christus de erfschuld van
van den Heiligen
iverJc
den Heiligen Geest.
tot
als
gedrongen gevoeld,
ik mij
stelling,
Zur Abwehr, Amsterdam, Verlag von Scheffer und Co., 1888, reeds in De Heraut (no. 526) ter sprake bracht,
8".
critiek
die
tot
had
Woords,
in een afzonderlijk geschriftje, dat ten titel draagt:
Dr.
gronde,
p.
Vleeschivordiny des
aan ons". Tegen dit mijn protest
gelijk
von
uitgave:
1 — 56,
komen tegen de
te
Dogmatiek verdedigd,
toegerekend
zijn
verzet
in
ernstigste
in zijn
weder ten einde kunnen
had aan Br. E. Böhl, hoog-
De
In de Voorrede of Inleiding op mijn:
ten
aan
Weenen.
leeraar te
8".
rijker troost biede
gemoed
ontrust
maken
is
uiteengezet.
toont, dat hij
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's