Onnauwkeurig? Aan "Het vaderland" in zake Mr. W.H. de Beaufort's verweerschrift - pagina 8
Wiiö nu
we
zooals
en
Amsterdam
niets
dan
een ordinair politiek blad,
het Algemeen Handelsblad,
Standaard
De.
dan zou deze opmerking langs mijn koude
hebben,
qnanti
tutti
Vaderland"
,,Het
hier te
kleeren zijn afgegleden, en geen anderen indruk op mij gemaakt heb-
dan ook
ben,
kameraad
zijn
wel eens van een schooljongen ontvingt,
G-ij
er eindelijk
met vechten
prikkelde door liem na te roepen:
Maar zoo
Immers den
dat
titel,
Bij
U
IM
is
Vaderland
Ge ook een
durft niet
..,Je
hem nog meer!"
en dag in den kop van
letterkundig l)lad
uw
orgaan
zijt.
zulk zeggen dus geen jongensachtig tergen,
ligt in
die, als
sarde en
niet.
voert sinds jaar
Gfij
uitscheè.
maar een
welgewikt oordeel. dat
acht,
Gij
ik
er
mij
van afmaak, zoo
ik niet
antwoord, en
dus eershalve antwoorden moet. Gij schroeft
toch:
„In handigheid om, loaar hij op een aanval niet
ie
antwoorden
weet, er
om
en het dan te doen voorkomen, dat niet hij ongelijk heeft, maar verongelijkt wordt, zoekt Dr. Kuypor zijn wedergade. Dat ondervindt weder
heen
te praten,
W. H.
Mr. ,,Eer
de
teer"
is
Beaufort,
die,
op zijn critiek
door Dr. Kuyper met een
lijvige
brochure
de Deputatenvergadering beantwoord,
over
thans in „Een woord van zelfverdediging en nadere toelichting" (Amsterdam P. N. van Kampen c^: Zoon) de beschouwingen van deze brochure weerlegt.
De heer De Beaufort
toont in
dit
antwoord zonneklaar aan, hoe onbe-
trouwbaar en oppervlakkig Dr. Kuyper is, waar hij zijn historische beschouwingen over onze Staatspartijen van den tegenwoordigen en den vroegeren tijd ten beste geeft, onveranderlijk met de bedoeling, te doen uitkomen de duldelooze tirannie der liberalisten.
antwoordt nu Dr. Kuyper? Niet anders, dan dat liet al heel wat is liberalist, om den antirevolutionair werkeiyk een antwoord waardig te keuren, maar dat toon en inhoud nog altijd de sporen dragon, dat het hem niet wel mogelijk is een antirevolutionair te bestrijden, zooals hij een niet-antirevolutionah* zou gedaan hebben, wat Dr. Kuyper don heer Do Beaufort evenwel grootmoediglijk vergeeft. Nu begrijpt een ieder, die de hoffelijke- en keurige schrijfwijze van den
Wat
voor een
zijn betoog aan te merken de toon niets te wenschen overlaat en de inhoud van dien aard men Item niet met stilzwijgen kan voorbijgaan. Toch doet Dr. Kuy-
heer De Beaufort kent, dat, wat misschien op
moge is,
zijn,
dat
per dat.
„Wat
Mr.
De Beaufort
gaf,
zijn—
losse opmerkingen, ingeleid door
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1889
Abraham Kuyper Collection | 60 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1889
Abraham Kuyper Collection | 60 Pagina's