Locus de Consummatione Saeculi - pagina 774
College-dictaat van een der studenten
442 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).
waar de Kerk toch uitwendig slechts kan bestaan in dominio magistratus, de Overheid de Kerk niet mag dwingen zich te schikken en te plooien in een vorm aan het staats- of maatscha.x>In de tweede plaats volgt hieruit, dat,
2^.
alleen
De kerk is een univocuni, heeft een eigen aard en wezen. De kerk mag geen ander kleed dragen, dan een kleed van eigen snit. Ze moet er aanspraak op maken, dat de Overheid haar plaats inruimt om op haar gebied in zoodanigen vorm op te treden, als door haar eigen geaardheid, wezen en tijd van bestaan wordt geëischt. De Overheid mag niet tot de Kerk zeggen: „ziedaar allerlei vormen, zoek er nu een uit," maar ze moet aan de Kerk vragen, welke is de vorm, waarin gij moet optreden en dien vorm moet de Overheid staatsrechtelijk legitimeeren. De Overheid mag geen algemeene loet
peli/jk leven ontleend.
op de kerkgenootschaiipen hebben, die ook voor Joden en alle anderen geldt, geen wet op vereenigingen, die voor dans- en schermvereenigingen geldende, ook voor de kerk geldt, maar een afzonderlijke titel moet er in het burgerlijk wetboek zijn, waaruit blijkt, dat de kerk in een eigen vorm optreedt, voor haar rechten in verweer opkomt, goederen bezit etc. 3". Ten derde volgt, uit hetgeen reeds gezegd is, dat de Overheid geen partij ma'g kiezen tusschen Kerk en Kerk, maar de Kerken onderling hare worsteling
moet laten uitworstelen. Zoodra toch de Overheid voor de een of andere Kerk
partij
mag
kiezen,
ontstaat de mogelijkheid, dat de Overheid partij kiest voor de ware Kerk,
meer voor de verkeerde Kerk. Omdat de Overheid per
veel
openbaring en dus geen hooger
kerk kiezen,
sche
gezind
En
is,
licht bezit, zal ze altijd eerder
dan
maar
se geen hoogere
voor een wereld-
omdat ze daaraan meer verwant en meer sympathetisch
dan voor een kerk, die daarin juist geheel tegenover haar staat. aan de Overheid den plicht en het recht geeft om partvj te
elke 2)oging, die
kiezen, loopt er altoos óp uit, dat er voor de verkeerde
Kerk partij gekozen wordt.
beschouwd, zou dit nog een utiliteitsquaestie kunnen zijn, maar heeft men dit recht eenmaal aan de Overheid toegekend, dan keurt de Overheid de Kerk. Om te keuren moet men zelf een geestelijk beginsel, een geestelijk lichaam, norma en uitgangspunt hebben, Be magistraat als zoodanig bezit dit geestelijk beginsel niet, dus van partij kiezen mag voor de Overheid
Op
zichzelf
gee7t
sprake
zijn.
Daar
elke magistraat dienaresse Gods is m,oet elke magistraat zooveel Gods loil zoeken te iveten te komen als mogelijk is. Dan eerst is de Overheid metterdaad dienares. Elke Overheid, die er toe in staat is, moet zelf onderzoeken, wat Gods Woord haar over de uitoefening van haar eigen oiïicie openbaart. De Overheid, zelf een goddelijke instelling, moet de Kerk, die ook 4.
omtrent
een goddelijke instelling
is,
niet verdrukken,
maar haar welwillendhiidbetoo-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's