Locus de Consummatione Saeculi - pagina 508

176

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

een

Bij

ontwikkeling

geweest zijn. In Engeland

met een eigen

ziet

buiten

men

de

zou

zonde,

een poging daartoe.

idee. Zijn glorie is

om

de mensclilieid één dynastie

Het Engelsclie volk

is

een volk

het zoover te brengen, dat eens geheel

De geheele Engelsclie „nobitity" isaanhet ko)iingsJiuis opgenomen te worden, moet men dit eerst kunnen aantoonen. Zoo staat 't koningshuis in 't midden en de nobility er rondom. Onder de nobility staat de gentrg. Daaronder worden dan niet enkel de rijken verstaan, maar in engeren zin menschen, opgenomen in de antichambre der nobility, die in hun familie aan de nobility verwant zijn, en hare usanties overnemen en nabootsen. Zij vormen dus de onderlaag der nobility. Onder de rijken in Engeland openbaart zich nu weer het streven om in de gentry opgenomen te worden. Vooral in kleine steden wordt dit onderscheid zichtbaar; wat niet tot de gentry behoort wordt uitgestooten, de gentry gaat niet met parvenu's om. Doch niettegenstaande dit assimileert de 'gentry toch ook weer Engeland ééne dynastie

verwant.

Om

is.

in de nobility

wat Engelsch

den bloede

is,

saamhoort en als een pgramide culmince^'t in het koninklijk stamhuis. Deze dynastieke gedachte zat ook voor aan de organische staatsregeling

in

de kleine burgerklas. Y Ideaal

is

dus, dat alles,

in

Israël.

had staramen en geen provinciën. Een stam geeft een genealogische idee, Werd b. v. de drooggemaakte Zuiderzee niet ingedeeld bij andere provinciën, maar eene provincie op zich zelf, dan zouden er menschen komen w^onen, die genealogisch niets met elkaar te maken hebben. In Israël woonden de stammen naast efkaar, en hielden alle hun geneaIsraël

een provincie geeft een localiteit te kennen.

logie

bij.

(Bij

ons

rust

de

staatsregeling

niet

op

het genealogisch begrip,

daarom sloeg men geen acht op de genealogieën, zoodat men

b. v. in

Friesland

wie de eerste Fries geweest is. In de Schrift daarentegen staat juist de genealogie op den voorgrond.) De stammen in Israël hadden dus een jMtriarchaal karakter. Den dynastieken eerstgeborene uit Juda zouden wij den commissaris des konings van Juda noemen enz. Onder een stam stonden weer groepen farailiën met oversten over duizend. komt dit dynastieke uit bij den stam van Leei, immers door de 't Sterkst eminentie van het geslacht van Aiiron werd de genealogie streng bijgehouden. Aarons nakomelingen treden steeds op den voorgrond, omdat ze gesproten zijn uit den oudsten zoon van Levi. Altijd ontwikkelt zich de potestas patriarchalis, die niet buiten zonde en met magistraal karakter, maar genealogisch is en aan Israël een dynastieken grondslag geeft. Niet enkel bij Abraham dus, maar ook in de staatsregeling van Israël heerschtr de patriniet

w^eet,

arclialc idee.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen