GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 428

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 428

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

416

Vandaar dat de Heilige

XV.

HOOFDSTUK

Schrift de opstanding

V.

van Christus allerwegen

rechtstreeks met dit vonnis van Pilatus in verband brengt. Christus sterft

door den wereldlijken rechter, in den naam des Heeren En naar den stand der algemeene genade moet dus Jezus onder dit oordeel bezwijken. Maar juist omdat dit vonnis van Pilatus geen menschelijke opinie, maar een in naam van God gesproken oordeel was, kan nu ook de uitspraak van het oordeel Gods over heel deze wereldlijke als een overtreder,

gevonnist.

en menschelijke rechtsbedeeling niet uitblijven, en

moet God de Heere,

die in Pilatus' rechthuis een oordeel door den menschelijken rechter sprak,

nu

zelf als

Goddelijk rechter optreden,

om

én Immanuël

te

rechtvaardigen

én de menschelijke rechtspraak te veroordeelen.

En nu

zult ge

dan ook gevoelen, hoe de Catechismus zeggen kon, dat

bezwijken van Jezus onder het vonnis van Pilatus ons van het oordeel dat over ons gaan zoude, bevrijdt. dit

Wat

wachtte ons ? Een oordeel Gods, niet waar ? Ziet ge dus

in

het

vonnis van Pilatus niet een oordeel Gods, hoe ter wereld zou dit vonnis

u dan kunnen bevrijden?

Maar

voelt en tast ge,

dat Pilatus, in weerwil van

al

zijn

schuld en

gebrekkigheid en gruwelijk onrecht, toch als rechter op Gabbatha

in

den

naam des Heeren daar zat, zoodat er in zijn oordeel een oordeel Gods kwam, dan merkt en ziet ge ook, hoe hiermee een oordeel „dat over ons gaan zoude", op Christus kwam, en Hij, de Immanuël, door dit schriklijk oordeel te dragen, ons van het oordeel bevrijd heeft.

De Heere had gezegd: „Uw God is uw rechter"; de zondaar had geantwoord: „Neen, maar de mensch zal mijn rechter zijn!" En nu, dit geeft hem God nu naar de begeerte zijns harten, en het is dan nu door het

instrument van een menschelijken rechter, dat Hij

zijn

oordeel

uit

laat gaan.

Wie nu daarbij staan blijft, die zinkt weg, en voor dien is er geen ontkomen. Maar wie, ziende het vonnis van Pontius Pilatus, den opstand van het paradijs herroept, en betuigt: „Neen, Heere, wij zijn niet kennende het goed en het kwaad Wees Gij zelf, o, onze God, weer rechter over !

ons

!",

voor dien daagt

in Jezus' verrijzenis niet slechts

de rechtvaardiging

van den Gekruiste, maar ook de rechtvaardiging zijner eigen ziele. Overgeleverd om onze zonden, maar ook om onze rechtvaardigmaking

opgewekt

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 428

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's