De verflauwing der grenzen - pagina 33
Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit op 20 october 1892
31
starend,
terwijl
de
wilde
struiken
zich
om hem
vlechten, en
een vogel zonder zang het sombere nest bouwt op schouders
En wat wierd
126J.
tige phantasieën
?
zijne heilige
er in China van Lao-tse's prach-
Taoïsme
Sir Balfour, die het
als
ooggetuige
kennen leerde, klaagt in zijn South flace Institute ledure^ dat het Taöisme wegzonk in „een laag en verachtelijk bijgeloof, den slechtsten en laagsten zin van het woord, En toen hij in de a hocus pocus and imposture" 127). provincie Khiang-hsi den Chang Fien Shih of hoogepriester een
religie
in
van deze sekte bezocht, wees paleis
heiligheid
hem
in zijn
prachtig
een kamer vol met rakken, en die rakken vol met
op
kruiken,
zijn
wel
toegekurkt
en
verzegeld,
waarin
hij
toovermacht honderden booze geesten had opgesloten
door
zijn
128).
Tot
wat menschelijke zelfverlaging en gruwelijke zedeloosheid de VaOphieten onder de Gnostieken vervallen zijn, behoeft
lentijnen en niet
meer aangetoond
mystieke
ook
Wat
zedelijke verwoesting ditzelfde
onder de
Begharden en consorten, en
129).
Pantheïsme
hier te lande onder de Naaktloopers en antinomiaansche
sekten heeft aangericht,
is
u allen
uit
de historie bekend
130).
Het liep alles uit op de „Rehabilitation des Fleisches", gelijk Hundeshagen dit drijven noemt. Aller stelsel is, qïiod Deus formaliter est, onme id quod est. Zoo valt de grens tusschen goed en kwaad weg. „Der Wille Gottes disponirt uns, und hatte der Mensch auch tausend Todtsünde beg-angen, falls er dazu disponirt gewesen, so darf er eben nicht wünschen sie De les der historie is dus )nclit begangen zu haben' 131). afschrikwekkend genoeg. Feuerbach schreef eens „Der ewige, :
übersinnliche
Tod
ist
Gott"
;
den nationalen en
alles
in
Maar
natuurlijk ik
moet
en metterdaad het schijnt hier
zedelijken
dood onder
te gaan.
dit schrikbeeld, althans in zijn
trekken, nader voor u ontleden.
groote
Laat mij het doen mogen
in
de drievoudige gradatie van ons persoonlijk, ons kerkelijk en ons staatktmdig bestaan.
Een denker,
die zich
stroom meê had laten
op de
verleidelijke
wateren van dezen
de voorrede op zijne vertaling van een van Herbart's werken, dit veelzeggend getuigenis af. Ik liet er mij door meeslepen, „want het beloofde afdrijven, legt, in
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's