E voto Dordraceno - pagina 488
ZONDAG
476
Onze
staat
is
HOOFDSTUK
XVII.
we
de rechtspositie waarin
verkeeren; niet door wat
we
zijn
of
ons
II.
tegenover onzen
Souverein
maar
krachtens
aanmatigen,
hetgeen Hij bepaalt of over ons uitspreekt.
Voor zoover nu onze Souverein tevens onze Rechter is, kunnen we derin tweeërlei staat verkeeren; we kunnen óf vrij voor zijn recht staan, óf onder zijn recht bezwijken. Schuldig of Gerechtig Een derde is er niet. Zoo staat ook in onze vaderlandsche huishouding ieder gerechtig tegenover onzen Koning en Rechter, die geen vonnis te zijnen laste heeft. halve
!
En daarentegen schuldig een In
iegelijk
die bij
vonnis veroordeeld wierd.
deze „gerechtigheid" tegenover onzen aardschen Koning
zijn
we
's Konings wet een iegelijk kind, uit onderdanen des Konings geboren, erkent als staande in den staat van gerechtigheid. Wordt nu later zulk een oorspronkelijk gerechtig persoon aangeklaagd en veroordeeld, dan zet de Koning als Rechter hem uit den staat van een gerechtige in den staat van een schuldige over. En in dien staat van schuldige blijft hij, tot tijd en wijle diezelfde Koning als Rechter hem weer in den staat van een gerechtige terugbrengt: hetzij na afloop der straf hetzij door gratie. Hierbij is het volstrekt de vraag niet, of iemand al dan niet wezenlijk
geboren; overmits
iets
misdaan had.
Heel wat dieven loopen
vrij
en blijven dus in den staat van „gerechtige
lieden" verkeeren; terwijl het zeer goed zijn kan, eerlijke
personen, op valsche klacht
en
valsch
dat er
getuigenis
een
of
meer
veroordeeld,
gevangen zitten, en dus in den staat van een schuldige gezet zijn. En ook wacht de Koning met het verleenen van gratie niet tot het oogenblik, dat de diefachtige van hart in zijn hart eerlijk is geworden, maar hij brengt hem in den staat van gerechtigheid terug, al blijkt het straks misschien dat hij weer steelt en dus dief bleef. Onze staat tegenover den Koning van Nederland wordt niet bepaald door wat we zijn; maar enkel door de wijze waarop hij ons door zijn ambtenaren, krachtens zijn wet of recht, boekt. Ook al mocht een kind een ondergeschoven Belgisch wicht zijn, als het aangegeven wierd en geboekt staat als geboren uit Nederlandsche ouders, dan geldt het als Nederlandsch burger en voert, totdat het bedrog uitkomt en de fout hersteld wordt, ook den staat van een Nederlandsch burger. En zoo ook al mocht iemand tonnen gouds gestolen, of zelfs in het verborgene iemand vermoord hebben, zoolang de Koning hem als Rechter deswege niet veroordeeld heeft, voert hij den staat van een eerzaam burger en is hij onder de Nederlandsche burgers niet een schuldige, maar een gerechtige.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's