GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 578

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 578

Derde deel

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

gestuit, zoo reikt toch de

terstond die

XXXVI. HOOFDSTUK

ZOND.

580

we

als

blijken,

inhoud van

dit

I.

derde Gebod veel verder. Dit zal

ons eerst rekenschap geven van de beteekenis,.

„Naam van Jehovah" en we daartoe de aandacht de

dit „ijdele," hier heeft.

dit „opheffen", deze

Het

vestigen

eerst

van Jehovah",

in

die

dit

uitdrukking „de

Naam

Gebod het hoofdmoment vormt. Eerst daarna,

kan onderzocht, wat de zondaar met dezen Naam

doet, zoo hij dien „op-

heft naar het ijdele".

Nu weet men

wat we

uit

de behandeling van den

bij

Naam Jezus o vel-

den zin en de beduidenis van den „naam" schreven, dat de naam in de Heilige Schrift volstrekt niet een bloote klank of een conventioneel woord

waarmee

beteekent,

A dam

aan

maar zag

men als namen

dieren

de

bij

afspraak

gaf,

verzon

iets of

hij

niet

iemand noemt. Toen

maar zekere klanken,

het wezen van elk dier aan, doorzag elks natuur, en naar

hij

hem maakte,

uitte hij een klank, die

voor zijn menschelijk besef dien indruk weergaf.

Eva ontving haar naam

den

zulk een dier op

indruk dien

niet als een preutsch naampje, gelijk thans de jonge meisjes er vaak op

vreemd en mooiklinkend naampje bekend te staan,. zelfs hoe coquetter hoe liever; maar omdat in dien naam Eva de moeder des levens zich uitsprak. En ook nadat Adam en Eva het Paradijs zijn

gesteld zijn onder een

uitgedreven,

blijft

deze

zin

en beteekenis van de naamgeving in stand.

Eva haar oudsten zoon den naam Kaïn geeft, „omdat ze een man van den Heere had verworven." Noach heet de Trooster, omdat hij ons „troosten zal van onzen arbeid en onze moeite." En komen we aan de Patriarchen, dan zien we de namen zelfs wisselen als iemands Zie

maar

het

stand

het

in

als

Koninkrijk Gods wisselt.

wordt Sarah, evenals deze

later

Jakob in

verder

namen

en

hooger

klimt, tot

Israël overgaat, terwijl

met een

beiden in Isaak, evenzoo

Abram wordt Abraham en

naam

dan tusschen

vol beduidenis, inligt.

we komen hoe hooger dan de eindelijk in den naam van den

Sarai

Hoe

beteekenis van al deze

Gezalfde Gods de volle

rijkdom en het wezen van den „naam" zich ontplooit. Ten slotte wordt de „Naam van den Christus," de „Naam van Jezus" zelfs een macht in het

midden der gemeente Gods. In dien Naam gaan de gebeden op voor dien Naam lijdt men voor dien Naam van Jezus geeft men zich in den dood. ;

;

En

als

eindelijk

Drieëenheid

is

door

Jezus

ontvouwd,

al

zal in

de rijkdom van het mysterie van Gods-

den

Naam van

Vader, Zoon en Heiligen

Geest heel Gods kerk gedoopt worden. Onze Verbondsnaam, waarin voor alle heilig werk het begin is, de voorzetting en de voleinding.

nu droeg de Heere onze God ook bij Israël een Verbondsnaam. Dien Naam had Hij zelf aan Mozes in den braambosch geopenbaard. Stond bij Abraham nog meer de naam van El Sjaddai d. i. God In dien

zin

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 578

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's