Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 18
college-dictaat van een der studenten
Locus DE Deo
xviii
IV.
God
§
vindt Zijn einddoel in Zichzelf. Hij Het bestaansdoel van den mensch. 41
is
III.
40
Zichzelf genoegzaam.
De Deo decernente.
3.
44
„Decretuin Dei idem est ac Deus decernens."
De naam
I.
„besluit"
Samenhang tusschen
beter dan „raad des willens", het besluit en het kennen Gods. 51
„welbehagen",
Aan de veelheid der wereld gaat een hoogere eenheid De d e e ë n e e r. 56
II.
i
45
etc.
54
vooraf.
1
ideeën van alle dingen eeuwig, uit God zelf, 59, in Hem inzijnde, 57. Ideeën in den mensch, omdat hij geschapen is naar Zijn beeld. 57 God spiegelt Zich af in Zijne o n eindige volheid van ideeën, die creabilia, 58 (onderscheid tusschen idee en besluit, 57) zijn, die in creaturis kunnen (vrije keuze, 58, 60) worden gerealiseerd. De „idea sui" van God (de ideae te zamen) is volmaakt en heilig. 59 Ideeën species en genera. Nominalisme en Realisme. 60 De wetten voor ons intell., eth., aesth. bestaan genomen uit de ideeën Gods. 63 Dit had het besluit ook anders, maar nooit contradictoir kunnen doen. Het eeuwig besluit in God is een opus m m a n e n s. 64
De
;
i
Opus onderscheiden van dynamis,
besluit
Het Bij
III.
h.
energie, functie, instinct.
is het opus, het werk Gods. 67 moet geabstraheerd: P. h. creatuurlijke;
besluit
Het
2^.
h.
:
:
;
In
IV.
In
Gods
„besluit"
ligt
§
II.
4.
Het
F
n
i
De natura
71
72
76
Zijne „inclinaüo" ad creanda.
Wezen
zelf
80
Decreti.
82 en de besluitende God is éen. Toch te onderscheiden tusschen God en Zijn besluit. 82 De kwaliteit van den kosmos. 83 [God h. volkomcnst in Zijn besluit af ? 84 Criterium niet: Welke kosmos is de beste v.d. mensch? maar: Welke spiegelt 1 0. In G. eene imitabilitas in creandis; 20. h. besluit '\s de imitatio optima Dei i. er.
besluit
D
86 e i. s decreti Gods zelf verheerlijking, de g 1 o r a Onderscheid tusschen de eer, die in liet werk zelf ligt en de erkcnniiiR daarvan door anderen. 88 De verheerlijking door het schepsel kan geen „doel" zijn. God leest Zijn eigen eere in het gerealiseerde besluit. 90
i
i
:
III.
Die gloria reeds
IV.
Media
decreti:
vóór de schepping eeuwig
in
Gods
besluit zelf.
90 92
De zaligheid der uitverkorenen geen tweede doel, maar uitsluitend middel. 92 [tio decreti. 96 3. De verheerl. door h. schepsel ter wille v. d. mensch. 94 De Schepping niet noodig tot Gods eere. Realisatie v. h. besluit krachtens de inclina10. Het probleem der vrijheid, 99; 2o. dat der zonde, 104. 98 De val des menschen in het besluit Gods voorbepaald. 107 Is God dan de bewerker der zonde? 110 De verborgen en de geopenbaarde wil Gods. 1, 2.
V.
70
77
Naast de noodzakelijke sui imitatio Dei in het Goddel. de imitabilitas Dei in de creabilia. 78
I.
68
zondige.
een eenheid, die zich (als een organ.) spreidt in veclvuldigh. v. deelen. Anal. bij d. mensch als beelddrager Gods onf\vik/<eling v. cene idea simplex. De wereld is er nooit alleen is zij m. haar heden, verl. en toek. i. h. besluit. 74 h. besluit niet alleen de dingen en hun proces, maar ook de physische (natuurkrachten, plaats en tijd) en de 75 noëtische ('t zij onafhankel. of afh. v. onze wilskeuze) relat iën der dingen. is
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's