Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 39

GEMEENE GRATIE.

Op

Spreekt.

ook verre van ondenkbaar gestraks 60 eeuwen het zintuig van het dan

het

van

verloop

na

dat

weest,

ware

zichzelf

31

rechtsgevoel geheel verstompt ware.

Dat

dit

nu

zoo uitkwam, maar dat integendeel,

niet

verzwakking en

onze

onrecht

het

tegen

vermogen

het

afdoling,

gevoelen, nog zoo in

te

slechts in gedegenereerde kringen, en uitsleet,

Gemeene

Gratie"

en

gestuit,

weer

ijlings

waar ze een oogenblik

te

ingeschapen

1795, en onder de

in

niet

rechtskennis

in

ons

hield,

van Calvijn

verwildering

doorbrak,

Communards

Geheel

gedaan.

weerwil van

gemeen stand

geestverwanten

de

in

voor het recht en

ook daar nog maar voor een

De algemeene

belijden.

ook,

Septembristen

wat

van

vrucht

is

't

om

te Parijs in

van

afgezien

huist, is

't

is

gelijk

en

deel,

„de

als

hierdoor

onder de 1871, toch

de vraag, of er

het ons ingeschapen en

tegen alle verbastering in gehandhaafde rechisgevoel, dat een geordende

saamleving onder de menschen mogelijk heeft gemaakt, en niet hoog

genoeg kan

het

op

worden

prijs

Gemeene

val hiertegen oprees, door de

nu deze Gemeene Gratie

niet

Gratie ondervangen

met name

lijk

zoo

in

alle

natiën

buiten

waarvan

vinden

verfijning optrad, hare verklaring

keurige

de

;

Heilige

Niet

uit

den

wetenschap

der

volken

geeft.

is.

valt,

Israël,

Rome's machtigen burgerstaat, althans privaatrechte-

in

natuurlijke menschelijke leven karakter,

Daar

onder de Bijzondere Openbaring

moet de geheele rechtsbedeeling, die onder en

den

gesteld, dat het gevaar, dat uit

Bijbel,

de gegevens

van bijzonder

en niet

in

Schrift

ons het beeld

te

de natuur, de

historie,

maar

uit

in het

aanschouwen en

de

buiten Israël, moet deze ten troon verheffing

van het recht worden gekend.

§

11..

Doch een

Gemeene

al

Gratie.

moest

juist

met het oog op deze

tot

natuurlijke rechtsbedeeling, die wel door de

stand koming van

Gemeene

Gratie ge-

dragen wordt, maar toch buiten de Heilige Schrift omging, bijzonderen nadruk gelegd op het zintuig van de rechtssensatie, dat van onze natuur onafscheidelijk

is,

hiermede

is

geenszins gezegd, dat daarom deze

vóór-Christelijke

rechtsbedeeling buiten alle Openbaring plaats greep.

Het vermoeden,

dat

dit

alzoo

geweest zou

zijn,

pleegt alleen op te

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen