Ad Valvas 1972-1973 - pagina 226

1 VER

6 VERKIEZINGSKATERN ten horen, nog voor de wet was aangenomen. Toen de wet eenmaal een feit was zijn er t a l van brieven a a n de minister gericht met h e t verzoek de uitvoerbaarheid van de wet te verbeteren. Echter tevergeefs. Het enige wat de m i nister deed was richtlijnen sturen die nauwelijks de n a a m 'behoorlijk bestuur' verdienen en blijk geven van h e t totale onbegrip dat m Den Haag heerst over de problemen binnen de universiteiten. De VUSO-U.R.-leden zullen echter waar dit m a a r mogelijk is binnen de U.R. erop aandringen om de minister aan zijn verstand te brengen dat het zo niet gaat, d a t hij de oplossing zelf moet geven en niet zoals hij zelf graag wil de universiteiten voor hem. Al deze bezwaren doen echter niets af van het feit d a t er een wet ligt en d a t die uitgevoerd zal moeten worden.

Vervolg

van pagina

5

wetenschap te ontwikkelen. We vinden ook d a t de 'planning' van onder af moet worden opgebouwd, d.w.z. de ideeën en voorstellen moeten vanuit de vakgroep, via de fakulteiten en de universiteitsbesturen n a a r de Stuurgroep worden doorgespeeld. De leden van de Stuurgroep moeten voor h e t grootste deel ook door de universiteiten benoemd worden (via de Academische R a a d by voorbeeld). Als deze garanties gegeven kunnen worden, en wanneer de regering, met n a m e de minister van onderwas, verstandig van zijn invloed gebruik weet te maken, d a n geloven wij dat deze planningsstrukt u u r een zinvolle bijdrage k a n leveren a a n de problemen waarmee de universiteiten nu kampen.

Planninu,

van

het

Onderzoek

Een zaak die nog behandeld moet worden is het wetenschappelijk onderzoek. Ook bij dit onderwerp vinden wij d a t de universiteiten in dienst van de samenleving moet e n staan. We zullen dus bereid moeten zijn ons voor een groot deel a a n te passen a a n de behoeften van de maatschappij. Zo zullen de universiteiten h u n onderzoek ondermeer moeten richten op de grote maatschappijlijke problemen van deze tijd: milieu, vermindering inkomensongelijkheid, defensieprobleem. D a a r n a a s t moet ook een bescheiden ruimte blijven voor alle u n i versiteiten om zelf te kunnen bepalen wat voor onderzoek nodig is. Dit lijkt ons vanuit een democratisch s t a n d p u n t zeer gewenst. Anders zouden minderheden geen onderzoek k u n n e n doen, dat vanuit tiun standpunt gewenst zou zijn. Dit is ook de problematiek die a a n de orde is op de Vrije Universiteit als bijzondere universiteit. Naast een vrije beleidsruimte op de universiteiten zou h e t volgens de VUSO gewenst zijn d a t de regering fondsen ter beschikking heeft om onderzoek voor minderheden buiten de universiteiten te stimuleren. Wij vinden ook dat onderzoek dat in h e t kader van onderwijsaktivi-

teiten gebeurt onder de problematiek van h e t onderwijs valt, dus moet h e t worden gecoördineerd door de Stuurgroep. Dit onderzoek vereist soms andere criteria. Wel moet by de Stuurgroep duidelijk onderscheiden worden welk geld a a n onderzoek en welk geld a a n onderwijs wordt besteed. Van regeringszijde worden met betrekking tot de 'planning' van h e t wetenschappelijk onderzoek de volgende voorstellen gedaan. Per universiteit worden 'Centrale Universitaire Research Commissies' benoemd (onderzoekscommissies bestaan reeds a a n de fakulteiten). Verder ligt h e t in de bedoeling ZWO om te vormen tot een NRO (Nederlandse Research organisatie), die als t a a k ki'ijgt h e t geld van de overheid voor onderzoek te verdelen. Ook in dit geval lijkt h e t ons gewenst d a t de universitaire wereld direkt in deze organisatie wordt vertegenwoordigd. Een ander bezwaar tegen de voorgestelde p l a n n e n van de regering gedaan i n de zgn. G U O - n o t a ( = Gespreksgroep Universitair Onderzoek) is, d a t h e t onderzoek ged a a n in h e t kader van T.N.O, en verder al h e t andere van overheidswege en vanwege de industrie ondernomen onderzoek, o n der controle van de overheid moet worden gebracht. I n vele opzichten is dit onderzoek omvangrijker dan ooit op de universiteiten wordt ondernomen. Wanneer d a t niet gebeurt, is elke poging om tot een algemeen echt wetenschapsbeleid t e komen tot mislukken gedoemd.

Progressief

Uit h e t bovenstaande moet wel blijken, d a t inderdaad de universiteit van 1993 niet meer de u n i versiteit van 1973 zal zijn. Hoewel we van de noodzakelijkheid van veranderingen binnen h e t wetenschappelijk onderwijs overtuigd zijn, zijn wij h e t niet op alle p u n ten met de voorgestelde veranderingen eens. Wij willen ons in deze hele materie opbouwend-kritisch progressief opstellen. D a a r n a a s t willen we meer a a n dacht gaan schenken a a n h e t individu binnen de universiteit, en met n a m e de student, want we zijn tenslotte een studentenorganisatie. Wij zijn bang d a t in de stroomversnelling van allerlei veranderingen juist h e t individu vergeten wordt. Massaliteit heeft wat dat betreft zo zijn gevaren. Wij willen ons ook richten n a a r de spelregels zoals die op dit m o m e n t a a n de universiteit gelden. Wij willen overleggen in de u n i versitaii-e organen die speciaal daarvoor zijia opgericht en waar alle geledingen samen komen. Wij willen in onze progressiviteit in ieder geval democratisch zijn. En d a t betekent ook d a t wij onze ideeën voorleggen a a n de gehele studentengemeenschap. Die moet uiteindelijk bepalen of wij onze ideeèn kunnen uitvoeren. Wij vertrouwen erop d a t jullie bij de verkiezing v a n de studenten voor de universiteitsraad ons het vertrouwen geven om o.m. bovenstaande ideeën in de praktijk tot leven te brengen. Daarom, breng voor 19 mei 1973 in ieder geval je stem uit. Maar wij verwachten bovendien dat Jullie in grote getalen h e t stemhokje van de VUSO weten te vinden.

STUDENT m DE MAATSCHAPPIJ De studentenmaatschappij mag geen a p a r t e maatschappij zijn Zij behoort tot een groter geheel Men dient zich hiervan Oewust te zijn en de problemen die dit meebrengt onder ogen te zien Enerzijds zal de student moeten beseffen d a t hij in de maatschappij staat. Anderzijds zal hij zich ervan bewust moeten zijn dat hi) een bepaalde functie heeft. Dit leidt tot de konsekwentie d a t de student en ook de universiteit oog dienen te hebben voor de m a a t schappelijke problemen van vandaag. Helaas kan men al die problemen niet zelf oplossen. Ook hier zal men zich beperkingen dienen op te leggen i.v.m. tekort a a n deskundige pei'sonen, geld Allereerst dient m e n zich daarom bezig te houden met zaken die vallen binnen h e t doel van een universiteit, t.w. h e t verrichten van onderzoek en het geven van onderwijs.

Mo7idigheid;

Inspraak

én

Uitspraak

Personeelsbeleid Hoewel h e t beleid inzake personeelsaangelegenheden niet door de UR m a a r door h e t College van Bestuur wordt gevoerd en de competentie van de UR dus ophoudt bij h e t doen van suggesties hierover a a n h e t C.v.B., is de VUSO van mening dat l.v.nT. de lage graad van georganiseerdheid a a n de VU h e t niet juist is dat een werknemersdelegatie n a a r de Commissie van Overleg alleen wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van de vakbonden. Toch zaï een zekere g r a a d van georganiseerdheid nodig zijn, opd a t een eventuele delegatie weet voor wie zij optreedt. Een eenvoudiger organisatie binnen de VU zou al een oplossing kunnen brengen.

VUSO STEMADVIES Als U de VUSO-kandidaat in uw distrikt wil steunen is het van groot belang, d a t U uw stembiljet zo invult:

Vorming Academici worden vaak ingezet op leidinggevende functies. Voor leidinggeven is een diepgaand inzicht nodig in de maatschappelijke organisatie waarin men werkzaam is. Een afgestudeerd bedrijfsjurist weet meestal nauwelijks wat er a a n de lopende band gebeurt. Het zou een goede zaak ziJn de studie mede op dit soort zaken te richten.

Studiebegeleiding en studievoorlichting Beide verdienen verbetering. Begeleiding dient niet alleen plaats t e hebben t.a.v. het studieprog r a m m a m a a r ook t.a.v. h e t studeren op zichzelf. Vaak blijkt men hier vooral in h e t eerste studiejaar grote problemen mee te hebben. T.a.v. de voorlichting pleit de VUSO voor een periode a a n h e t begin van het eerste studiejaar, w a a r i n men zich kan verdiepen in de opzet van de studie, de materiële inhoud ei'van en wat men eigenlijk met die studie kan doen. Zo zou h e t mogelijk worden, dat men nog tijdig van studierichting k a n veranderen zonder daardoor gedupeerd te worden.

Studentenvoorzieningen De maatschappelijke behoeften van de student zijn geen andere d a n die v a n de niet-student. Alleen h e t Studentenbudget is in de meeste gevallen veel lager en ligt zelfs onder h e t bestaansminimum. De oplossing hiervoor, h e t creëren van studentenvoorzieningen is niet de beste. Het beleid zal zich moeten richten op inkomensverbetering van de student, en niet op subsidiëring van goederen en diensten. Tot dit echter gerealiseerd is, zal ook in de bestaande situatie verandering gebracht moeten worden. De huidige voorzieningen zullen moeten worden ingepast in de algemeenmaatschappelijke. De tijd d a t studenten als groep a p a r t in de samenleving stonden is voorbij. Naast deze door overheid en universiteit geregelde voorzieningen bestaan ook andere die door particuliere verenigingen of organisaties gegeven worden. De VUSO juicht deze initiatieven toe. Zij is echter van mening dat deze voorzieningen moeten gelden voor alle studenten en niet alleen voor de leden van bepaalde organisaties. Te gemakkelijk zouden aldus politieke en materiële belangen worden vermengd, w a t tot gevolg zou kunnen hebben d a t een a a n t a l s t u d e n t e n alleen lid wordt van een dergelijke organisatie voor de materiële belangen terwijl dit a a n t a l gebruikt wordt voor het h a r d m a k e n van de representativiteit bij h e t nastreven van politieke doeleinden. Militaire

afstel en dit geldt met n a m e voor studenten. Het ware wenselijk d a t de student hier gelijkgesteld zou worden met anderen. Anderzijds is het huidige systeem voor die studenten die geen vrijstelling krijgen, vaak in hoge mate frustrerend; m e n komt op vrij hoge leeftijd in h e t leger, dikwijls als men al diep in h e t maatschappelijk leven gedoken is en h e t leefpatroon wordt ontwricht. Wenselijk zou zijn een systeem waarbij men zijn dienstplicht vervult vóór men gaat studeren (waarop in bijzondere gevallen u i t e r a a r d uitzonderingen mogelijk moeten zijn). JVolstrekt verwerpelijk achten wij het dat een student zijn studie moet onderbreken. Dit is in alle opzichten nadelig.

Overigens zou vervangende dienstplicht m.i. in de welzijnssector op grotere schaal mogelijk moeten zijn dan t h a n s h e t geval is.

dienst

Zolang Nederland nog geen beroepsleger heeft of zijn leger afgeschaft heeft, zou een ander dienstplichtsysteem overwogen moeten worden. Enerzijds is h e t huidige systeem discriminerend. Uitstel betekent m a a r al te vaak

Letteren - Rechten - Centr. I n t r / S o c . Geografie - Economie I n deze distrikten is slechts één studentenzetel. Breng hier dus één voorkeursstem op de VUSO-kandidaat u i t en streep geen andere kandidaten a a n . Wis- en Natuurkunde - Medicijnen I n dit distrikt zijn twee studentenzetels, en één VUSO-kandidaat. Breng hier één voorkeurstem op de VUSO-kandidaat uit, en streep geen andere kandidaten aan. Sociale Wetenschappen I n dit distrikt ziJn twee studentenzetels en twee VUSO-kandidaten: Willem-Gert Aldershoff is onze eerste k a n d i d a a t ; geef h e m dus uw eerste voorkeurstem. Lolke Polkertsma is onze tweede kandidaat; geeft U h e m uw tweede voorkeurstem, en streep verder geen andere kandidaten aan.

STRUKTUUR VAN DE VUSO Aan de struktuur van de VUSO willen wij hier, zij h e t kort, enige a a n d a c h t besteden. De VUSO is opgericht als kiesvereniging. Na de verkiezingen is h e t de bedoeling d a t de VUSO tot een volwaardige studentenorganisatie zal uitgroeien, die n a a s t politieke ook andere studentenbelangen zal gaan behartigen. De organisatiestruktuur zal er dan als volgt uitzien. Het hoogste orgaan, d a t beleidsbepalend zal zün, is de VUSO-raad. Deze R a a d zal worden gekozen door de VUSO-leden, en wel zo d a t er uit iedere faculteit minsitens een raadslid in komt te zitten. De R a a d benoemt h e t bestuur, d a t de dagelijkse zaken zal g a a n behartigen. W a t betreft de relatie tussen VUSO en de UR-leden het volgende. Regelmatig zal de VUSO vergaderingen per faculteit uitschrijven waar h e t VUSO raadslid de meningen k a n peilen over de belangrijkste agenda p u n t e n voor de komende vergadering (en). Deze faculteitsvergaderingen zijn voor alle studenten binnen de faculteit toegankelijk, omdat de leden van de UR formeel niet n a m e n s een bepaalde organisatie, m a a r n a m e n s h u n geleding, per distrikt gekozen zijn.

Wordt MJSO-lid! Stort men ƒ 5,— op postgiro 2391 van de Anirobank, v. Baerlestr,, t.n.v. penningmeester VUSO, banknummer 43.30.37.059. Bel eens op (tel. 482662) of kom even langs op kamer OD-06 in hex Hoofdgebouw.

trotten geicomei omdat i wen, 00 Het mei in het de univt progresi gekomei streept, zaken a wijs, de het loeti name v( loegiiig i onderde

ON Op basi i'sub)fa< wijs en plaatsvi haar S(t£ Hierond voor.

Conse mzuin De onde ook voo gen, die ken als massaü! toeneme leidend« De bezi het gev heden i

RECHTEN O NI DE VERKI EN Op 3 april is er een vergadering van de Juridische studenten gehouden, georganiseerd door de Juridische faculteitsvereniging QBDBD. Op deze vergadering kon een k a n d i d a a t voor de UR gekozen worden. Besloten werd dat deze k a n d i d a a t als onafhankelijke a a n de verkiezingen zou deelnemen. Als k a n d i d a a t werd gekozen NANKO VAN KAMPEN.

Waarom

onafhankelijk?

De motivatie om onafhankelijk te blijven is de volgende: 1. vanwege de open struktuur van QBD. I n deze struktuur past een onafhankelijke k a n d i d a a t beter d a n een partijgebonden; 2. de k a n d i d a a t moet bereikbaar zijn voor alle jm-idische studenten; 3. de k a n d i d a a t moet verantwoordelijk zijn aan de vergadering van juridische studenten. Deze vergadering k a n bijeengeroepen worden door QBD, de individuele studenten zelf en door Nanko.

Beleid Het beleid wordt mede bepaald door deze vergadering, d a a r n a a s t is er h e t plan een werkgroep 'Rechten' uit de juridische studenten te vormen, waar in h e t bijzonder de Universiteitskwesties besproken en behandeld worden. De vergadering besloot eveneens d a t Nanko vrij is om in de UR te gaan samenwerken met de a n dere universiteitsraadsleden n a a r zijn keuze. Zijn motivering om zich voor de UR kandidaat te stellen ziJn (in het kort) de volgende: Werkwijze: 'Ik ben van mening dat h e t voor een verantwoorde en goede werkwijze nodig is d a t een UR lid direct contact houdt met degene, die de zaak aangaat. Mijn uitgangspunt is d a n ook dat iedere student en iedere organisatie bij h e t beleid betrokken dient te worden. Dit bereikt men niet door zich op voorhand negatief op te stellen, en daarmee velen van zich vervreemdend. Naar mijn ondervinden heeft het PKV wel een brede basis en biedt

Hanko 15 jaai Je jaa, raaljaa HnktU Kjördi laars, mn Ql 5 jaar nevolgc haar s deze bi Posthu telt zie Sevolg« Met n ramm vooruit UR h« ging VI studen rorder te verg niaatsc lijkshe Met 1 til anc (lat d moet naar belasti

f aar ~ omi achter - ome de op gebrul !ij in werkt ganisa

,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen