Officieele berichten uit de Ued. Geref. kerken.

HYLAARD. Onder hartelijken dank hebben we de volgende giften nog te vermelden:

Uit Amsterdam, door den hesr W. H. ƒ i; L. G. W. / 10.50; Ds. V. L. ƒ 2.10 en ƒ3; van mej. A. d. R. / 1.23I/2; van N, N. te Z. ƒ o =; o; A. de B. te B. ƒ 5; J. L. te Cincinnati (N.-A.J een dollar; gecollecteerd te Leeuwarden ƒ 2; Vlissingen ƒ 1, 20; Oudewater ƒ 2.50; Deventer ƒ 1.88; Gouda ƒ i; Driebergen f 10; R4jsoord ƒ 0.25.

Wat de oveiige schuld cp het kerkgebouw betreft, die is thans zoo goed als gevonden door eene leening. Evenwel blijft met betrekking tot de kerkewoningen, waaruit de Ned. Gereformeerden verdreven worden, de toestand nog zorgelijk. De Heere zal het echter voorzien. Gedenkt onzer in uwe gebeden.

D. J. B. WiJERS,

dienaar des Woords.

De raad der Ned. Geref. kerk van Werken dam c. a. roept de Ned. Geref. kerken uit Noord-Brabant en Limburg samen ter classe op, D. V, , Dinsdag 18 en Woensdag 19 Februari 1890 in het catechisatielokaal der Nieuwe kerk te Klundeit. Aanvang n uur voormiddag (9.58 aan station Zevenbergen). Dringend wordend worden de kerken uitgenoodigd, zich door minstens tivee afgevaardigden te doen vertegenwoordigen. Voor nachtverblijf zorgt de kerk van Klundert.

Punten ter behandeling. j

1. Opening door den praeses der vorige classis, onderzoek der credentiebrieven, en benoeming van een moderamen.

2. Notulen, en uitvoering van art. i> c der huishoudelijke regeling.

31 Colloquium.

4. Onderzoek naar artt 41 en 43 der Kerkenordening.

5. Benoeming van deputaten ter kerkenvisitatie.

6. Verrekening van den classicalen quaestor.

7. Rapporten: a. Inzake de huishoudelijke regeling, b. Deputaten voor approbatiën (met aftreding), c. Classicalen correspondent over convocatie van alle kerken, samenwerking met Zeeland, aanhangige combinatieregeling, correspondentie mer de classis Arnhem, en ontheffing van een opgelegden last. < /. Deputaten inzake vrijmaKing der Icerken.

8. Classicale predicatie, 's avonds om half zeven in de Nieuwe kerk.

9. Beoordeeling der classicale predicatie.

10. Gravamina wegens benoemingen in een der kerken.

11. Twee gravamina op het gebied der Zondagsheiliging.

12. Voorstellen van Klundert: a. Vacaturegelden regeling, b-Aanwijzing van een maatstaf ter beoordeeling van predikantstraktementen bij kerkenvisitatie en bij approbatiën. c. Verbetering van de beroepsbrieven. d. Begin van zorg voor predikants weduwen en weezen. e. Regeling der bijdragen aan de noodlijdende kerk van Helmond overeenkomstig de classicale circulaire.

13. Vraag van Willemstad aangaande de leermiddelen bij het catechetisch onderwijs.

Namens Depp, class, ter convocatie voornoemd,

H. GAY, ouderling.

Vergadering der gecombineerde classis Utrecht—Wijk, op Donderdag 23 Januari 1.1.

Als praeses is, bij toerbeurt, aangewezen Ds. G. J. Barger, van Driebergen; als scriba Ds. G. Ringnalda, van Utrecht.

Na de opening met gebed, psalmgezang, het lezen van ee.i gedeelte uit des Heeren Woord en een toespraak van den praeses, blijkt uit het onderzoek der credentialen, dat vertegenwoordigd zijn II kerken door 20 afgevaardigden.

In tegenwoordigheid van de deputaten Synodi, Ds. B. van Schelven, van Amsterdam, en Dr. G. van Goor, van Bunschoten, in de plaats van Dr. W. van den Bergh, die door krankheid was verhinderd, heeft de hervatting plaats van het peremptoir examen van den heer E. J. de Groot, beroepen predikant te Venendaal. Na de onderzoeking werd tol toelating van den heer De Groot besloten.

Nu worden de notulen der vorige vergadering gelezen, goedgekeurd en onderteekend.

Als oefenaar wordt de heer J. Kroeskamp geëxamineerd in de daarvoor vereischte vakken en toegelaten.

De classicale deputaten, adviseurs en kerkvisitatoren worden gecontinueerd.

Bij monde van Ds. H. Hoekstra wordt verslag uitgebracht van de gehouden kerkvisitatie.

Voorloopige regeling geschiedt van de predikbeurten in de vacante kerken voor drie maanden, terwijl de broeders Ds W. Ringnalda, van Harmeien, en Ds. J. J. Westerbeek van Eerten, van Mijdrecht, gecommitteerd worden, om in de volg2nde vergadering aangaande nadere regeling te adviseeren.

Omtrent eene vraag van de kerk van Utrecht, aangaande den eisch, dien de classis stelt aan hen, die in het Synodaal genootschap akte voor godsdienstonderwijzers hebben verkregen, cm als oefenaars in onze kerken op te treden, wordt verwezen naar de bespreking dezer zaak in de vergadering van 25 April 1889, en bepaald, dat met zoodanige personen, wanneer zij zich aanmelden, eene samenspreking zal gehouden worden door de deputaten der classis en den consulent, en dat deze van den uitslag daarvan in een volgende vergadering advies zullen uitbrengen, teneinde de classis qordeele, of nog een volledig examen noodig ? ij, dan of de samenspreking voldoende kan geacht worden-

Een voorstel van de kerk van Utrecht aangaande de vacatuurgelden , vordt aangehouden, totdat eene regeling daai omtrent door de classis zal gemaakt zijn, tot welk einde aan eene commissie, bestaande uit Ds. W. Ring nalda en Dsi J. J. Westerbeek van Eerten, wordt opgedragen, in de volgende vergadering een concept ter tafel te brengen.

Naar aanleiding eener vraag van de kerken van Utrecht en Driebergen omtrent het catechiseeren in de vacante kerken, wordt besloten, deze kerken in een schrijven te herinneren aan een vroeger gemaakte bepaling, volgens welke de dienaren des Woords, als consulenten, niet verplicht zijn tot hec houden dier catechisatiën, en de wenschelijkheid uit te drukken, dat de vacante kerken, indien het catechetisch onderwijs door de eigen opzieners niet of niet voldoende kan gegeven worden, daartoe gebruik maken van den dienst der door de classis toegelaten oefenaars.

Door enkele kerken wordt geklaagd, dat een der classicale oefenaars telkens voorgaat in vacante kerken buiten de classis, zoodat ds kerken in de classis te zeer van zijn dienst verstoken zijn. Bepaald wordt, dat te dezer zake aan dien broeder een schrijven zal gericht worden.

De kerk van Mijdrecht vraagt het advies der classis, hoe te handelen met betrekking tot bezwaren van benoemde kerkeraadsleden, om hunne benoeming aan te nemen, dewijl zij in hunne harten het getuigenis des Heiligen Geestes, aangaande het Goddelijke der roeping, niet gevoelen. Gelijk reeds door den kerkeraad van Mijdrecht is geschied, doch tot hiertoe vruchteloos, besluit de classis, in een schrijven aan bedoelde broeders, te beproeven, hen tot de overtuiging te brengen, dat een wettige roeping der kerk, als het orgaan des Heiligen Geestes, als een Goddelijke roeping rnoet worden aangemerkt, en zij wettiglijk van Gods gemeente en mitsdien van God zelven tot deze heilige diensten geroepen, schuldig zijn die aan te nemen.

Nadat de kerk van Benschop is aangewezen tot samenroeping der volgende samenkomst, wordt deze vergadering met dankgebed, bij monde van Ds. J. J. Westerbeek van Eerten, gesloten.

Namens de classis,

G. RTNGNAI.DA,

h. t. scriba.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen