Helpende handen - pagina 64

V R O U W E N V U - H U L P I N DE J A R E N

62

I937-I945

niveau in elkaar te schuiven. Dit betekende onder meer dat Vrouwen vu-Hulp voortaan vertegenwoordigd zou zijn in de provinciale, locale en plaatselijke organen van de Vereeniging, waardoor de aktiviteiten beter gecoördineerd konden worden. Een belangrijke wijziging was verder dat het aantal lichtingen om organisatorische redenen werd teruggebracht van drie naar twee per jaar: een voorjaars- en een najaarslichting. Om zoveel mogelijk vrouwen tot meesparen aan te sporen zou de nieuwe busjesaktie worden gevoerd onder het motto: 'Laat de vu leven door sparen en geven'. Meer diskussie dan over deze reorganisatie ontstond over de bestemming van het geld dat door Vrouwen vu-Hulp zou worden ingezameld. Al in de college-vergadering van 19 december 1936 vroeg het vrouwencomité wat het 'slagwoord' van de nieuwe aktie zou zijn: 'Zal die actie zijn ten bate van de vu als zoodanig of speciaal voor b.v. de medische faculteit?' Duidelijk was dat het comité aan het laatste de voorkeur gaf, maar het college van directeuren gaf te kennen dat het geld nodig was voor de exploitatie van de vu. Opvallend was dat het college van curatoren de wens van het vrouwencomité in februari 1937 steunde door eveneens te pleiten voor de medische faculteit. Opnieuw besloten directeuren dit advies niet op te volgen, zonder echter concreet aan te geven wat het doel van de aktie dan zou moeten zijn. Pas in hun brochure van december 1937, waarin de voortzetting van de vrouwenaktie officieel werd aangekondigd, maakten directeuren bekend dat de opbrengst bestemd was voor de uitbreiding, en dus niet voor de exploitatie van de vu. In hun vergadering van 19 februari 1938 besloten directeuren echter dat onder 'uitbreiding' voorlopig alleen de uitbreiding van de wis- en natuurkundige faculteit mocht worden verstaan. Tegen dit standpunt, dat inging tegen de expliciete wensen van het vrouwencomité, kwam Faber in het geweer. In de vergadering van directeuren van 19 maart 1938 deelde hij mee het 'op grond van tal van verzoeken en vragen, door mij ontvangen' wenselijk te achten, dat de opbrengst ook aan de uitbreiding van de medische faculteit ten goede zou komen. Om een eind te maken aan de blijkbaar bestaande onrust ging het college hiermee accoord en besloot het 'van de opbrengst 20% te bestemmen voor de gewone exploitatie (mede in verband met de onkosten, aan deze actie verbonden) en de rest aan te wenden voor de financiering van de uitbreiding, in welken vorm ook.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen