GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 181

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 181

[Deel 1]

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

POTCH EFSTROOM

Postma toonde zich verrast en vereerd, maar liet zich niet opjagen. Zijn definitieve antwoord gaf hij pas in een brief van zes kantjes aan Woltjer jr van 27 januari 1919. 2 3 9 'Ik had liever gezien dat mij nooit zulk 'n vraag gesteld ware, want ik heb geen aangename paar weken gehad. Sedert ik je brief ontvangen heb, liet de zaak mij geen oogenblik los', bekende hij in dat uitvoerige schrijven. Daarin somde hij eerst de redenen op, keurig genummerd van a tot f, voor een mogelijke overkomst. Allereerst: 'De principieele strijd aldaar, ook op het gebied van de wetenschap, heeft de volle liefde van mijn hart. Ik gevoel mij daardoor zeer sterk aangetrokken'. En dan nog wel samen met de andere professoren van de v u , 'die mannen die de leiding aangeven in de gereformeerde wereld, zoowel in Nederland als in Amerika en Afrika in verband met den grooten beginsel-strijd, die gestreden moet'. Als een aantrekkelijk punt van het hoogleraarschap op de v u zag Postma ook, dat hij daar meer dan in Potchefstroom invloed zou kunnen uitoefenen op vele Zuid-Afrikaanse studenten en via hen op 'de principieele strijd alhier'. Het zou ook een nauwere band tussen de Vrije Universiteit en Zuid-Afrika bewerken en 'De v . u . zal daardoor profiteeren en Zuid-Afrika zal gebaat zijn, vooral wanneer alzoo de weg voorbereid wordt voor de stichting van 'n dergelijk instituut alhier'. Maar nadat Postma ook nog gemeld had, dat zijn vrouw graag naar Nederland zou gaan, begon hij halverwege bladzijde drie met de tegenargumenten. Die kwamen eigenlijk allemaal neer op zijn onmisbaarheid voor de Potchefstroomse instelling. 'Ik wil ganschelijk niet beweren dat ik onmisbaar ben (niemand is onmisbaar) - zooals sommige broeders, met wie ik geraadpleegd heb, met nadruk (maar toch echt ongereformeerd) zeggen', maar toch: 'Mijn heengaan zal gewis zaken verergeren en den strijd om het bestaan van het Kollege misschien hopeloos maken'. Kortom: Postma stelde zich niet beschikbaar. Een van de broeders die Postma geraadpleegd had was zijn collega prof. S.O. Los. Die verwoordde in zijn antwoord de mening van allen: 'U is voor mij de ziel van onze school en als u gaat, blijven wij achter met een zielloos lichaam. God kan andere krachten zenden, en de schade herstellen, maar voor het oog is niet in te zien vanwaar die kracht komen moet'. 240 Maar Los voegde er wel iets aan toe dat anderen gemiddeld niet zeiden: 'Wat Amsterdam aangaat, God biedt U daar een arbeidsveld, dat de hele gereformeerde wereld bestrijkt, een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 181

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's