Kleine luyden in ontwikkeling - pagina 308

gerichtheid op de derde wereld

Vietnam – na de beëindiging van de oorlog, en de acties voor Nicaragua – na de Sandinistenrevolutie, en de daaruit voorvloeiende projecten. Is de interesse voor de Derde Wereld in de jaren zestig vooral te vinden bij de studenten, of ook bij de staf? Het zijn de studenten die het initiatief nemen voor een grote universitaire betrokkenheid op ‘de verre naaste’; maar dat streven krijgt grote weerklank bij enkele internationaal georiënteerde hoogleraren, onder wie oud-zendingsmensen. En wat de projecten betreft komt de concrete vormgeving en de uitvoering veelal in handen van jonge leden van de wetenschappelijke staf die zich internationaal willen oriënteren. De universiteit heeft, om iets te kunnen betekenen voor de Derde Wereld, ook zélf een ontwikkeling moeten doormaken. Zo heeft de vu de grote problemen in de ontwikkelingslanden eerst in de praktijk moeten ervaren. Om er een paar te noemen: de problemen van zwarte universiteiten in de regio zuidelijk Afrika, die tot 1990 door apartheid werd gedomineerd. En de dilemma’s van een kleine christelijke universiteit in Indonesië, die probeert vorm te geven aan het concept van een maatschappij-kritische horzelfunctie. Maar het is vooral ook een leerproces geweest om het vu-beleid en de eigen inzet voor ontwikkelingslanden goed te definiëren en strategisch te benutten. Hoe valt het werkpakket van ontwikkelingssamenwerking in te passen in de universitaire prioriteiten, en hoe valt het te relateren aan de kerntaken van onderwijs en onderzoek? Dat zijn vragen die steeds zijn blijven spelen. In de loop der jaren dienen zich heel wat veranderingen aan in de uitvoering van de projecten. Het accent valt aanvankelijk op een facultaire projectuitvoering, met grote inzet van projectcommissies en met zeer betrokken medewerkers in bepaalde subfaculteiten en vakgroepen, vooral: aardwetenschappen, biologie, natuurkunde, ontwikkelings- en agrarische economie en scheikunde. Omdat universitair onderwijs en onderzoek in Nederland onder grote druk komen te staan, moet de facultaire betrokkenheid worden teruggebracht. De projectuitvoering wordt dan steeds meer centraal georganiseerd in de professionele Dienst Ontwikkelingssamenwerking. De meeste projecten worden aanvankelijk uitgevoerd met langdurige uitzendingen, later komen er meer korte missies. Het heilige vuur van het begin wordt gaandeweg omgezet in een grotere professiona-

Kleine luyden in ontwikkeling; Perfect Service; pag 307

307

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen