GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 18

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 18

Rede uitgesproken ter aanvaarding van het ambt van hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

eischen, had den Christenen vaak veel hoofdbrekens gekost. In hoofdzaak had men haar beantwoording gezocht öf door te betoogen, dat de gewijde schrijvers opzettelijk i n eenvoudigen stijl hadden geschreven o m door allen verstaan te kunnen worden en o m niet door schoonen schijn, maar door innerlijke kracht te overreden, öf doordat men poogde aan te toonen, dat de Heilige Schrift wel degelijk aan de stilistische eischen v o l d e e d ) . Augustinus sluit zich bij deze laatste opvatting aan, maar is met haar alleen niet tevreden. „Evenals," zoo zegt hij, ,,er een welsprekendheid is, die meer den jeugdigen leeftijd en een die den ouderdom past, en men haar geen welsprekendheid meer kan noemen, wanneer ze niet overeenstemt met den persoon van den welsprekende, zoo is er ook een eloquentie, die past aan mannen, die het hoogste gezag waardig, ja die geheel en al goddelijk zijn. M e t deze welsprekendheid hebben zij gesproken; h u n past geen andere, noch de hunne aan anderen" ) . Augustinus stelt dus de Heilige Schrift afzonderlijk: haar eloquentie is een andere dan die der profane geschriften. D a t w i l niet zeggen, dat zij de schoonheden der profane rhetorica zou missen: integendeel die vertoont ze alle, maar de schrijvers der Heilige Schriften hebben de gewone welsprekendheid zoo aangewend bij hun eigen eloquentie, dat ze aan h u n geschriften niet ontbreekt, maar ook niet op den voorgrond treedt, of liever zij hebben zich niet gericht naar de voorschriften der rhetorica, maar omgekeerd heeft hun welsprekendheid h u n wijsheid gevolgd. E r is bij hen dus een natuurlijke eloquentie, die niet als bij de profane schrijvers de leiding heeft, maar geleid wordt door de wijsheid ) . O m dit alles door voorbeelden aan te toonen geeft Augustinus dan een technisch-rhetorische analyse van eenige plaatsen uit de brieven van Paulus en, o m den schijn te vermijden, dat hij met opzet dezen bestudeerden schrijver kiest, ook van een passage uit het boek van den veeherder A m o s , i n de vertaling van H i e r o n y m u s ) . 68

69

70

71

V o o r de practijk trekt Augustinus uit dit alles niet de conclusie, die men, lettend op de controvers inzake de literaire waardeering der Heilige Schrift, zou verwachten, n.1. deze, dat, waar de gewijde schrijvers het voorbeeld geven, de Christenen hen i n rhetorischen spreek- en schrijftrant moeten volgen: integendeel, uitdrukkelijk wijst hij er op, dat ze i n de 20

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1933

Inaugurele redes | 28 Pagina's

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1933

Inaugurele redes | 28 Pagina's