GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Veertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 56

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

LVI

voor in gelooilooze tijden en tijden van afwijking, wanneer de kerk verachterd is. De gewone weg echter is, dat verreweg de meeste kinderen Gods weten, dat ze reeds als kind hun knieën gebogen hebben en bij hen het gezag van Gods Woord geboren is. Door eene „Drang- und Sturmperiode" kunnen ze daarvan dan wel afgebracht worden, maar dikwijls om, door God aangegrepen, het dan herwonnene in het heerlijkste licht te stellen. En nu zou het spreker leed doen, als het door Prof. Bavinck gesprokene den indruk maakte, alsof hij ons de Anabaptistische lijn wilde opdringen. Het feit, dat spreker zijn tegenstander niet is, geeft hem vrijheid, deze opmerking te maken. Mr. HEEMSKERK, het woord verkrijgende, verklaart evenmin een tegenstander van Dr. Bavinck te zijn; maar wel betreurt hij het, dat er thans geen tegenstanders optreden; zulks is bij een debat altoos jammer, vooral hier met het oog op de zaak zelf. Het verband tusschen geloof en wetenschap, van onze zijde algemeen vooropgesteld, is van rationalistische zijde dikwijls geloochend; ja, de tijd ligt nog niet zoo ver achter ons, dat het denkbeeld, dat de eerste grond van alle ware wetenschap in het geloof gelegen was, door de toongevers als verwerpelijk en dwaas werd ter zijde gesteld. Voor spreker zou het eene oorzaak van groote vreugde geweest zijn, indien over dit verband van geloof en wetenschap nu eens een principieel debat op deze meeting ware gevoerd en ook die stelling ware verdedigd, dat inderdaad geloof en wetenschap niets met elkander te maken hebben. Zonderling genoeg heeft hij deze laatste stelHng eens van geloovige zijde principieel hooren verdedigen ; maar daarbij werd van wetenschap zoodanige definitie gegeven, dat de conclusie wel moest zijn, dat geloof en wetenschap niets met elkaar hadden uit te staan. Wetenschap toch, zeide men, is kennis van hetgeen men kan waarnemen. In dien zin is er natuurlijk moeiliijk van verband sprake. Ook had spreker gaarne debat met tegenstanders willen zien, omdat hij in het klein op staatkundig gebied deze quaestie van het verband tusschen geloof en wetenschap meer in debat zag, en dan altijd de tegenstanders het zwakst waren. Dit had hij hier gaarne in 't groot herhaald gezien. De moderne Staat werd eens op een staatkundige meeting verdedigd met de bewering, dat hij er onder Gods leiding gekomen was, en daarom moest men hem goedkeuren. Deze opmerking toont het verband tusschen geloof en wetenschap proefondervindelijk aan. Immers naarmate men verschilt in den blik, dien men heeft op de wereldgeschiedenis, oordeelt men ook verschillend over den modernen Staat. Het is verkeerd, te zeggen, dat het gewordene moet geëerbiedigd, omdat het onder Gods voorzienigheid

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Jaarboeken | 207 Pagina's

Veertiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 56

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894

Jaarboeken | 207 Pagina's