GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1935 - pagina 84

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1935 - pagina 84

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

82

Oostersche volken, maar daaraan met velerlei vezelen verbonden is. Aan de discussie, die over dit referaat werd gevoerd, werd deelgenomen door Prof. Mr. V. H. Rutgers; Prof. Dr. F. W. Grosheide en Ds. E. Prinsen. Na een woord van waardeering voor het referaat en dank aan referent en debaters, werd de morgenvergadering gesloten. Des middag werd aan de orde gesteld het referaat van Dr. R. Hooykaas, te Utrecht, over: „Natuurwetenschap en Religie in het licht der historie". Het verband tusschen de ontwikkeling der natuurwetenschap en de verhouding, die deze in den loop der tijden had tot de religie, wordt allereerst onderzocht. Daarbij letten we vooral op de z.g. exacte wetenschappen: astronomie, physica en chemie. Onderlinge historische vergelijking toont ons, dat de moderne chemie van veel jongeren datum (+ 1800) is dan de moderne physica (+ 1600). Eén der oorzaken van dit groote verschil ligt in de onjuiste verhouding tusschen religie en natuurwetenschap, vooral bij de chemie. In haar oorsprong was de chemie theosophisch, wilde ze langs wetenschappelijken weg de Godheid a.h.w. dwingen zich te openbaren. Het resultaat van ons historisch onderzoek toont welke verkeerde gevolgen deze vermenging van godsdienst en natuurwetenschap voor beiden heeft. In haar geboorteland, Egypte, symboliseerde de chemie het Osirismysterie; in het Chiistelijke Europa gaf zij een schaduwachtige afbeelding van Christus' leven en sterven. Deze vermenging van religie en wetenschap is, evenals de moderne theosophie, een typisch decadentieverschijnsel. Het kennen Gods uit de natuur heeft onder Gereformeerden een geheel andere, een niet-wetenschappelijke beteekenis. In de tweede plaats verzetten we ons tegen de z.g. Mozaïsche wijsbegeerte: het afleiden van natuurkundige gegevens uit de Schrift. Ook dit is schadelijk: niet alleen wordt de vrijheid van wetenschappelijk onderzoek belemmerd, maar ook de eerbied voor de H. Schrift verzwakt. Nóch Calvijn, nóch de grondleggers der moderne physica, Kepler en Galilei, wilden de Schrift als bron voor natuurwetenschappelijke kennis gebruiken. De physica heeft deze klippen weten te omzeilen. De organische natuurbeschouwing, die in de natuur een levend wezien ziet, verliet ze voor de mechanische. Vooral bij Kepler zien we hoe soms deze twee opvattingen in één persoon botsen. Een belangrijke functie bij het ontstaan der nieuwe natuurwetenschap had de wiskunde. Op zichzelf brengt zij niet de scheiding tusschen oude en moderne natuurwetenschap. Het kan zijn, dat ze slechts dient voor beschrijving, zood'at daarnaast metaphysische verklaring optreedt óf ze dient zelf als zoodanig. Haar taak in de nieuwe physica is echter de transformatie der empirische waarneming tot causale wetmatigheid; zij maakt een waarlijk phy-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1935

Jaarboeken | 175 Pagina's

Jaarboek 1935 - pagina 84

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1935

Jaarboeken | 175 Pagina's