GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 95

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 95

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

91

tot bijzondere opmerkingen. En evenmin heb ik te gewagen van tuchtgevallen. Ofschoon dit laatste natuurlijk nog geenszins inhoudt dat er ten deze geen enkele aanmerking te maken zou zijn en steeds ten volle werd voldaan aan het door art. 2 van het Reglement zowel docenten als studenten voorgehouden ideaal, „de Universiteit dienstbaar te maken aan de bevordering van Gods eer en van godzaligheid in den lande", mag het toch met ootmoedigen dank vermeld worden. Wel echter moet ik in verband met inschrijving en tucht iets mededelen over een van de naweeën der bezetting : de épineuse quaestie der zuivering. In de praktijk heeft deze quaestie voor mij geen moeilijkheden opgeleverd: in de paar gevallen dat ik ermede te maken had, heb ik mij eenvoudig aan het advies der Zuiveringscommissie gehouden. Deze Commissie werd echter op haar eigen voorstel door Directeuren onder dankzegging voor de bewezen diensten met ingang van 1 Augustus 1947 ontbonden. Directeuren verklaarden zich, overeenkomstig haar advies bereid, een nieuwe kleine commissie van drie personen te benoemen, maar gaven tegelijkertijd als hun mening te kennen, ,,dat met betrekking tot de zuivering van de studenten, de Vrije Universiteit voor de toekomst niet een uitzonderingspositie tegenover de andere instellingen voor hooger onderwijs hier te lande behoort te blijven innemen", en dus „in dit opzicht voortaan de gedragslijn" dient te worden gevolgd, ,,welke geldt voor de Rijksuniversiteiten en hoogescholen". Dit gaf den Voorzitter der ontbonden Commissie, den Heer H. A. Höweler, aanleiding, Directeuren een wijziging van de tot dusver gevolgde werkmethode in overweging te geven, waardoor zou kunnen worden vermeden, dat er meeningsverschillen aan den dag kwamen over het al dan niet strafwaardig zijn van ,,teekenaars" en over de wenschelijkheid van consequentie bij de beoordeeling van hun daad, en het den leden van de oude commissie mogelijk zou worden gemaakt, een benoeming in de nieuwe commissie te aanvaarden. De bedoelde wijziging bestond hierin, dat „in het vervolg de commissie slechts dan advies zou moeten geven, als de RectorMagnificus er om vraagt", zodat ,,deze b.v. over de „teeke-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 95

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's