1947 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 140

134 groep II 2 % en groep III 4 %. Aldus willen zij het mogelijk maken de groepen I en II het deficit van groep III te laten opbrengen. W a t betekent dit nu? Dit betekent, dat de ziekenfondsleden van groep I en II in alle gevallen relatief meer premie betalen dan groep III. Op zichzelf beschouwd zou dit niet erg zijn, indien de vers-trekkingen van groep III beantwoordden aan de eisen, welke men vanuit een oogpunt der gezondheidszorg daaraan met redelijkheid mag stellen. Gelijk wij reeds zagen, is dit echter niet het geval. Wanneer men het ziekenfonds ook wil laten betalen de dieetkosten voor suikerziekte, tuberculose, ziekte van Addison en dergelijke ziekten meer, wanneer men de huishoudelijke hulp wil gaan betalen bij ziekte der huisvrouw, begrafeniskosten wil vergoeden, enz., enz., dan worden de grenzen der redelijkheid schromelijk overschreden, wordt het ziekenfondswezen onnodig duur gemaakt en kan men niet meer betogen, dat het billijk en redelijk is, wanneer de groepen I en II het deficit van groep III opbrengen. Bovendien is er nog een ander bezwaar te opperen, ook al zou men de bovengenoemde uitbreiding der verstrekkingen niet tot stand brengen. Het is immers een bekend feit, dat aan het huidige ziekenfondswezen grote bezwaren kleven: kostbaar wegens inefficiënte wijze van werken en verspilling in meer dan één opzicht (b.v. onnodig inroepen van geneeskundige hulp en verspilling van medicamenten). Zolang deze misstanden bestaan kan men bezwaarlijk anderen verplichten in de onkosten bij te dragen. O.i. zou dit in hoge mate onbillijk zijn en terecht bij de groepen I en II een sterke ontevredenheid kweken. Behalve deze bezwaren van meer praktische aard zijn er ook belangrijke principiële bedenkingen tegen het plan B 1 a n k s m a — V a n d e r M a n d e l e te opperen. Deze bezwaren richten zich wel in de eerste plaats tegen het volledig willen doortrekken van het beginsel der sociale zekerheid naar het terrein der volksgezondheid. Het streven naar sociale zekerheid is ongetwijfeld een belangrijke sociaal-poJitieke stroming, welke ook ons land niet onopgemerkt voorbij is gegaan. ,,In deze jaren van gisting", aldus heet het in het bekende rapport van de commissie-Van R h i j n ^ ) , ,.waarin zoveel waarden zijn verschoven, zoveel bekende bakens uitgedoofd, zoveel verwachtingen in rook zijn opgegaan, is sociale zekerheid het vaste punt, waarnaar aHerwege de handen worden uitgestrekt." Het is derhalve alleszins nuttig wat dieper op dit begrip in te gaan. De vraag naar het wezen der sociale zekerheid is niet zo gemakkelijk te beantwoorden, eensdeels omdat het begrip sociale zekerheid nog al gecompliceerd is en anderdeels omdat niet iedereen hetzelfde onder sociale zekerheid verstaat. Wanneer men, zoals O s w a l d S t e i n 10)^ hieronder verstaat het juiste en rationele gebruik der menselijke arbeidskracht, dan is tegen het doortrekken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen