1954 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 264
WAT IS DE MENS ? door Dr F. J. TOLSMA
De vraag „Wat is de Mens?" kunnen we zeker een fundamenteel karakter toekennen. Elke waarom-vraag stoot na een kortere of langere reeks als voorlopig eindpunt op deze fundamentele bezinning : Wat is de mens? De geschiedenis der wijsbegeerte doet ons tegelijk reeds vrezen, dat de vraag onoplosbaar is. De meest intrinsieke waarde van elke wijsbegeerte schijnt steeds weer haar critische gedeelte te zijn, elk nieuw ontwerp schijnt door de tijd ondermijnd te moeten worden, niet in die zin zozeer, dat elke waarde en waarheid hun karakter onherroepelijk moeten verliezen. Immers de geschiedenis der wijsbegeerte weet de grote mannen in ere te houden, hun namen blijven schitteren als lichtende voorbeelden. Mocht dit niet meer het geval zijn, dan zou de wetenschap haar wetenschapskarakter verliezen. De gerijpte twijfel zal in tegenstelling met de naïeve, welke zo gemakkelijk in aggressiviteit vervloeit, weliswaar een stellen der betrekkelijkheid van elke wijsgerige visie afzonderlijk met zich mee moeten brengen, maar mede ontsproten uit het gevoel van eerbiedige verbondenheid met hen, die waarlijk groot zijn geweest, zal ze tevens het gevoel doen oproepen van een wijsgerige, resp. wetenschappelijke oecumeniciteit, welke de mens doet staren in lichtende verten en elke door aggressiviteit beperkte instelling uitbant. Het menszijn evenwel vereist niet alleen een zien in de verte, het is niet slechts een zich verwijdende horizon, maar de mens is tevens de beperkte, uitgekristalliseerd in de concrete situatie van hier en nu. We zullen trachten de mens te benaderen vanuit enkele wijsgerige opvattingen, welke hun stempel hebben gezet op het m.edisch denken. Daarvoor is allereerst gewenst, dat wij ons losmaken van onze naïeve realiteits-ervaring, dat we ons terugtrekken uit het naïeve zijn in de wereld, dat wij onszelf met behulp der reflectie en abstractie daaruit terugnemen om de wereld daarna op een getransformeerde wijze wederom tegemoet te treden. De mens kent dus zo de mogelijkheid tot reflectie en abstractie, welke, afhankelijk van het stadium der ontwikkeling, bij de een meer
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 290 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1954
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 290 Pagina's