1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 214
STATISTISCHE METHODEN IN DE GENEESKUNDE
175
nen verantwoorden. Voor hem, die de waarde van een therapie pleegt te beoordelen naar de uitkomst van een wetenschappelijk verantwoorde proef en niet naar het intuïtieve oordeel, zal het stellig in vele gevallen moreel toelaatbaar zijn om in de eerste fase van het onderzoek de nieuwe behandeling bij een deel van de patiënten achterwege te laten. Het „als controle behandelen" van patiënten vormt in dat geval geen ongeoorloofde daad. Bij het zoeken naar het bewijs van de superioriteit van een bepaalde therapie staat de onderzoeker niet zozeer het welzijn van de thans behandelde als wel dat van de toekomstige patiënten voor ogen. In verband daarmee wordt wel eens de vraag gesteld, of hier de belangen van individuen ten achter mogen worden gesteld bij die van de gemeenschap. Als antwoord op een dergelijke vraag lijkt een onvoorwaardelijk neen op zijn plaats. De behandelende onderzoeker zou dan immers in strijd komen met de eerder genoemde artsenbelofte, dat hij de gezondheid van zijn patiënt als voornaamste zorg zal beschouwen. Dat hier een enkelvoud (patiënt en niet patiënten) staat, is geen toeval. De voornaamste zorg van de arts richt zich op die patiënt, die zijn hulp zoekt, en niet op die vage groep van eventuele toekomstige patiënten ten koste van de zieke, die hij thans ontmoet. Het valt evenwel te betwijfelen of het zoeven genoemde probleem wel juist gesteld is. Wordt hier werkelijk het belang van enkelingen opgeofferd ten bate van dat van de gemeenschap? Zolang het bewijs van de superioriteit van een der te vergelijken therapieën nog niet is geleverd kan immers noch ten aanzien van de ene noch ten aanzien van de andere groep patiënten van opofferen worden gesproken. De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat achteraf duidelijk wordt dat een van de groepen in het nadeel was. Dat iets dergelijks blijkt is zelfs het doel van het experiment. Zolang echter het uitgangspunt van het onderzoek gevormd wordt door het feit, dat het niet zeker is of de nieuwe therapie beter is, terwijl verwacht kan worden dat ze niet slechter is dan de gebruikelijke, is er geen sprake van ten achter stellen van de belangen van één van de te behandelen groepen zieken. Het spreekt vanzelf, dat bij ieder onderzoek de vraag rijst, hoe uitgemaakt moet worden op wie de nieuwe behandelingswijze zal worden toegepast en wie volgens de beste tot dusverre beschikbare methode — als „controle" — zal worden behandeld. Uit het voorafgaande zal het duidelijk zijn, dat er geen bezwaar tegen behoeft te bestaan door het toepassen van een of andere
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959
Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's