GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1961 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 48

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

32

A. C. LIT

handelt wel mild, door de houding van de bestuurderen alleen maar patriarchaal te noemen. Na fel verzet van het verplegend personeel, dat niet opbracht „de liefde en het vertrouwen in degenen, die door de Heer over het personeel gesteld waren", boog het bestuur het hoofd voor een niet te stuiten ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen. Gezien de opzet van de „Vereeniging" wekt het nu onze bevreemding als wij horen, dat aanvankelijk de patiënten geen eigen geestelijk verzorger kregen. Eerst mochten slechts Gereformeerde, NederlandsHervormde of Lutherse patiënten hun eigen predikant laten komen. Later werd men soepeler en zette men ook geen pastoors meer buiten de deur. Pas in 1917 werd Ds. Van Dijken, hoewel als gedeeltelijke taak, de geestelijke verzorging van de patiënten opgedragen. Met de komst van Ds. Popma is dit terecht een volledige taak geworden. Ondertussen bleven de huwelijks-moeilijkheden bestaan. Tot groot verdriet van Lindeboom ging Bouman rustig zijn van alle zijden gewaardeerde wetenschappelijke werk opbouwen. In 1922 richtte Lindeboom felle verwijten tot Bouman en eigenlijk alle geneesheren, die maar niets deden aan de „concentratie van alle gereformeerde krachten inzake de studie van psychiatrie en psychologie". Of deze „rel" invloed gehad heeft op het betreurenswaardige vertrek van Bouman in 1925 naar Utrecht en van Buytendijk, toendertijd al een zeer eminent en oorspronkelijk geleerde, in 1924 naar Groningen, liet Wieringa in het midden. Een hoofdstuk in de kliniek-geschiedenis werd hiermee afgesloten. Heidema werd voorlopig tot waarnemend geneesheer-direkteur benoemd. Pas in 1928 werd een nieuwe hoogleraar benoemd, Van der Horst. Aan de onbevredigende toestand van twee kapiteins op een schip kwam pas een eind toen Van der Horst in 1936, na het vertrek van Heidema, ook geneesheer-direkteur werd. Na dit interregnum begon het tweede hoofdstuk, een door grote expansie gekenmerkt stuk geschiedenis. De grondige verbouwing en modernisering van de kliniek zeggen op dit punt meer dan voldoende en deze veranderingen liepen evenwijdig met een zeer veelzijdige uitbouw en ontwikkeling van de wetenschappelijke aktiviteiten, met het aantal bedden en met het aantal per jaar opgenomen patiënten. De Valerius-kliniek, opgezet als opleidingscentrum van gestichtsartsen, is onder Van der Horst uitgegroeid tot een instituut, dat de vergelijking met andere neurologisch-psychiatrische klinieken glansrijk kan doorstaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1961

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 308 Pagina's

1961 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 48

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1961

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 308 Pagina's