GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1962 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 18

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

6

G. E. MEULEMAN

Niet alleen de zaak, waarover het gaat in de Bijbel heeft gezag, maar de Bijbel zelf heeft gezag. Daarom kan er m.i. ook niet gesproken worden van bv. een conflict tussen de prediking van de brief van Jacobus en die van de brieven van Paulus. Op hetgeen de Bijbelschrijvers ons als het Woord Gods willen verkondigen, mogen wij m.i. geen critiek hebben. God heeft er door de „inspiratie" voor gezorgd, dat de Bijbelschrijvers zo over Hem spraken als Hij inderdaad is. Daarin ligt de onfeilbaarheid van de Bijbel. We spraken hierboven over het begrip „organische inspiratie". Ik laat nu in het midden in hoeverre het gewenst is, dat wij het adjectief „organisch" blijven gebruiken. Het gaat nu om de daarmee aangeduide zaak. Op een aspect van deze zaak werd reeds gewezen. We noemen nu een ander veel meer bekend aspect, dat ook door Bavinck wordt genoemd. Bavinck maakte niet alleen onderscheid tussen organische en verbale inspiratie, maar ook tussen organische en mechanische inspiratie. Het begrip organische inspiratie bedoelt ook tot uitdrukking te brengen, dat in de H. Schrift God tot ons spreekt door middel van mensen. De H. Schrift is niet alleen Gods Woord, maar ook het woord van mensen met hun eigenaardigheden, hun speciale ontwikkeling enz. De persoonlijkheid van de Bijbelschrijvers wordt niet onderdrukt. Vandaar, dat de inspiratie van de Bijbel niet uitsluit, dat hij in menig opzicht overeenkomt met andere boeken en dan met name met andere boeken uit de periode, waarin de Bijbelboeken ontstonden. Dit aspect van de inspiratie is niet verwonderlijk na hetgeen we er reeds over zeiden. We zagen, dat het doel van de inspiratie niet is de Bijbelschrijvers in staat te stellen ons inlichtingen op allerlei gebied te verschaffen. De inspiratie stelt hen in staat op onfeilbare wijze van Christus te getuigen, niet om vooruit te grijpen bv. op allerlei wetenschappelijke ontdekkingen uit later tijd. Daarom moet het ons ook niet verwonderen, als in de H. Schrift heel duidelijk blijkt, in welke tijd, in welke culturele situatie haar schrijvers hebben geleefd. We zullen in de Bijbel de invloed van voorstellingen ontdekken, die we in de tegenwoordige cultuursituatie als verouderd beschouwen. Het zou juist verwonderlijk zijn, als dat niet het geval was. Het strijdt m.i. dan ook tegen de aard van het Bijbelse inspiratiebegrip als men bv. Gen. 1 zo wil verklaren als dit gebeurt in de zg. concordistische opvattingen, waarbij de dagen worden verstaan als aanduiding van de in de moderne tijd ontdekte geologische tijdperken. Anderzijds is het niet verwonderlijk, dat men in de Bijbel b.v. invloe-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1962

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 350 Pagina's

1962 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1962

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 350 Pagina's